Opinie: Vijftig per uur in vierde versnelling

John Willemsen
© Brussel Deze Week
17/08/2012
"Wilt u ook wel wat geld besparen? Wilt u een schoner milieu? Een veiliger verkeer? Minder stress tijdens het rijden? Die vier zaken bereikt u makkelijk door een rijstijl toe te passen die het autorijden eenvoudiger en ook nog eens goedkoper maakt." John Willemsen leert u ecodriving.

Ecodriving wordt al jaren toegepast. Sterker nog, voor veel landen is ecodriving de regel, niet de uitzondering. Ecodriving is de rijstijl die is aangepast aan de moderne auto en die optimaal gebruikmaakt van alle mogelijkheden om brandstof te besparen. Door ecodriving toe te passen kan uw verbruik met gemak met twintig procent of meer dalen.

Hoe werkt ecodriving? Het betekent dat je iets moet loslaten wat je hebt geleerd: terugschakelen. Ecodriving houdt in dat je niet meer terugschakelt. Nu hoor ik iedereen al zeggen: "Maar je móét terugschakelen!" Waarom? U hebt het zo geleerd, u bent het gewend, maar niet elke gewoonte is een goede gewoonte...

Wat is de bedoeling bij ecodriving? Simpel. Wanneer je moet afremmen, schakel je niet terug en druk je de koppeling niet in. Laat alleen het gas los, rem zo nodig bij, en laat de auto uitrollen in de versnelling waarin je staat. Doe dit dan ook zo vroeg mogelijk; hoe vroeger je dit doet, des te meer brandstof je bespaart. Dit noemen we het rollend vermogen, de bewegingsenergie, de snelheid die de auto heeft. Om die energie in de auto te steken geef je gas en verbrand je dus brandstof. Dat kost geld. Maar waarom nog brandstof blijven verbruiken als het verkeerslicht verderop rood is, als er een voetganger oversteekt, er auto's van rechts komen, enzovoorts? Zo gooit u geld weg!

Nu kun je zeggen: "Dan zet ik hem in 'de vrij'," maar dan ben je ten eerste voor een deel de controle kwijt, wat nooit ideaal is. Ten tweede is dit een onnodige handeling die de aandacht afleidt, zeker bij beginnende bestuurders, en ook tot minder (stuur)controle leidt. Ten derde moet de motor dan brandstof verbruiken om (stationair) te blijven draaien. Wanneer je echter het gas loslaat, zorgt de snelheid van de auto ervoor dat de motor blijft draaien. Natuurlijk moet je soms de koppeling indrukken. Maar dit is alleen nodig als de motor stationair draait en je nóg langzamer wilt gaan. Een deel van het 'eco'-pakket van een auto is een toerenteller, juist zodat je dit kunt zien.

Natuurlijk kun je niet altijd in dezelfde versnelling blijven rijden. Dat is ook niet de bedoeling. Maar je schakelt simpelweg wanneer dat nodig is, en dan direct naar de correcte versnelling. Dus in plaats van 5-4-3-2 kun je 5-2 schakelen. Omlaagschakelen via alle tussenliggende versnellingen is compleet nutteloos. Je bespaart er niet door, het is onnodig en logischerwijs kun je niet betwisten dat je met één hand aan het stuur altijd minder controle hebt dan met twee handen.

Sportief?
Ook belangrijk is anticiperen, wat van ecodriving een veilige rijstijl maakt. Om op de beschreven manier te kunnen besparen, moet je oplettend zijn, ver voor je uit kijken en vroeg reageren. Hoe verder je voor je uit kijkt, des te eerder je kunt reageren en des te eerder je dus kunt beginnen besparen. Moeten remmen of stoppen kan immers altijd nodig zijn (ook onvoorzien) bij mogelijke conflictpunten, zoals kruispunten en zebrapaden. Die benader je dus best rustig, waardoor je jezelf direct meer tijd geeft om de situatie waar te nemen en beter - eerder - te reageren. Wanneer je ziet dat je moet afremmen, doe je dat best vroeg, zodat stoppen bij voorkeur niet nodig is en je in de tweede versnelling door kunt rijden. Terugschakelen naar eerste is in principe alleen nodig bij snelheden onder vijf per uur.

Opvallend genoeg is de grootste besparing juist te boeken binnen de bebouwde kom, en gebeuren de meeste ongelukken juist binnen die bebouwde kom, op diezelfde conflictpunten... De toerenteller vertelt je bovendien wanneer je omhoog moet schakelen, namelijk rond 2.000 toeren. Schakel je vroeger, dan mist de auto kracht bij het optrekken. Schakel je later, dan verbruik je meer brandstof dan nodig. Later schakelen is een kenmerk van een 'sportieve' rijstijl. Sportief - én brandstofverslindend...
Nu gaat onze veiligheid natuurlijk altijd vóór besparen. Daarom mag u bij ecodriving soms best versnellingen overslaan als u omhoog schakelt; 3-5 is dan het meest voorkomend. Zo kunt u met voldoende snelheid invoegen, bijvoorbeeld als u wilt invoegen op een provinciale weg of op de autosnelweg.

U zult ook moeten wennen aan andere versnellingen kiezen: derde voor 30, de vierde voor 50 en de vijfde voor 70 kilometer per uur. Heeft uw auto een zesde, dan die vanaf 90 kilometer per uur.

Tot slot, de tien belangrijkste principes van ecodriving:

1. Schakel zo vroeg mogelijk, tussen 2.000 en 2.500 toeren, naar een hogere versnelling.
2. Rij zoveel mogelijk in de hoogste versnelling waarin de motor nog soepel loopt.
3. Rijd 30 km/u in derde, 50 km/u in vierde en 70 km/u in vijfde versnelling.
4. Kijk zo ver mogelijk vooruit en anticipeer op veranderingen in het verkeer.
5. Houd voldoende afstand.
6. Vermijd sterk optrekken en afremmen.
7. Ziet u dat u snelheid moet minderen of moet stoppen, laat dan op tijd het gas los, trap de koppeling niet in en laat de auto uitrollen in dezelfde versnelling.
8. Houd u aan de snelheidslimiet.
9. Zet de motor uit wanneer dat kan. Het loont al bij stops van ongeveer een halve minuut. Gebruik het start/stop-systeem als u dat hebt.
10. Vermijd onnodig energieverbruik door energievreters zoals de airconditioning en de achterruitverwarming.

John Willemsen is rijinstructeur in Brussel. Hij heeft een blog: geefjekindzelfrijles.joral.be, en geeft op 17 en 24 september en 1 oktober (19-22 uur) een driedelige cursus ecodriving in GC Den Dam in Oudergem (10 euro voor de reeks; meer op 02-663.89.50)

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni