Twee weken geleden heeft de Brusselse regering eindelijk beslist om in 2017 het hele hoofdstedelijk gewest in een lage-emissiezone te veranderen. Dat is een welkome trendbreuk in het beleid van de stad waar wij wonen, werken en vaak naar adem happen. Luchtvervuiling is al jaren een probleem. Sinds 2010 is Brussel formeel in gebreke met de Europese regelgeving voor luchtkwaliteit. Dit is dus een belangrijke stap op weg naar het Brussel waarvan wij als moeders en vaders van SchoneLuchtBXL dromen: een stad waar de gezondste keuze de gemakkelijkste wordt. Zover zijn we nog lang niet.
Schone lucht voor iedereen
Luchtverontreiniging doodt en maakt ons ziek zonder dat we het in de gaten hebben. De optimist onder u zal zeggen dat we erop vooruitgaan. Maar de droevige realiteit is dat we in onze hoofdstad jaarlijks meer dan 600 mensen vroegtijdig verliezen aan luchtvervuiling. In Brussel, net als in veel andere Europese steden, is het vervoer goed voor de helft van de slechte luchtkwaliteit. Er is vooral een probleem met giftige stikstofoxiden (NOx) die voornamelijk afkomstig zijn van dieselvoertuigen. Jarenlang werden dieselwagens door de overheid fiscaal gestimuleerd waardoor diesel ons wagenpark domineert.
37 procent van de Brusselse bevolking woont binnen een straal van 75 meter van drukke verkeersstraten en -wegen, 64 procent in een straal van 150 meter. Wetenschappelijk is er een oorzakelijk verband vastgesteld tussen blootstelling aan luchtverontreiniging door het verkeer en een astma-aanval, luchtwegklachten en het optreden van hart- en vaatziekten. Kinderen die worden blootgesteld aan vervuiling lopen een verhoogd risico op astma. Dat is een van de meest frequente chronische aandoeningen op kinderleeftijd. Het leidt tot afwezigheid op school en weegt op ons gezondheidsbudget, terwijl we het volledig zouden kunnen vermijden. Daarom weigeren we dit als een abstract statistisch gegeven te zien. Dit gaat over ons. Over wij die hier werken en onze kinderen die hier schoollopen, over wij allemaal die hier wonen en graag oud worden.
De lage-emissiezone is een eerste poging van onze politici om dit een halt toe te roepen, maar het voorstel om dit te faseren over acht jaar verhindert dat de luchtkwaliteit snel zal verbeteren. In een eerste fase worden enkel de oudste diesels gebannen. We weten dat er daarvan nog slechts 10 procent rondrijden. Vanaf 2022 worden ook de wagens zonder roetfilters gebannen, zodat het fijnstof kan dalen. Maar kunnen we ook voor NOx op verbetering hopen? In het lab voldoen de nieuwe diesels aan de normen, maar ondertussen weten we dat op straat de normen ruimschoots worden overtreden. Dit is niet in het algemeen belang.
Nietsdoen kost geld
Elke dag worstelen we met de bezorgdheid: hoe vervuild is de lucht die wij en onze kinderen inademen en hoe schadelijk is dit voor onze gezondheid? Het antwoord luidt helaas dat nagenoeg elke dag we de deur openen en naar buiten stappen we worden blootgesteld aan illegale NOx-uitstoot. Als je in een verkeersluwe zone woont, is het risico stukken lager, maar dat geldt maar voor een derde van de Brusselaars.
Wat moet er dan gebeuren? We zijn natuurlijk niet naïef. Als moeders en vaders die wonen en werken in de stad, kennen we maar al te goed de ochtendstress om het jongste kind naar de crèche te brengen, het oudere kind naar school en daarna op tijd op het werk te geraken, allemaal verspreid over de stad. Met een beetje geluk lukt het met het openbaar vervoer, de allermoedigsten proberen het met de fiets. Maar velen onder ons ontkomen niet aan de auto. We gaan autobestuurders niet persoonlijk met de vinger wijzen. Wat we vooral vragen is dat de overheid een beleid voert waardoor de gezondste keuze de gemakkelijkste wordt. En dat vergt een integrale aanpak.
Vaak wordt er gezegd dat het invoeren van nieuwe maatregelen handenvol geld kost. Maar de kost van nietsdoen is veel hoger. Volgens de OESO en de Wereldgezondheidsorganisatie kost de luchtvervuiling België jaarlijks 4,6 procent van het bbp. Deze kost betreft vroegtijdige sterfte en ziekte, en ligt hoger dan de filekost die economische spelers overigens volledig terecht aanklagen. Vervuiling aanpakken staat dus gelijk aan onnodig leed vermijden en besparen.
Doorbraak
Waarom zouden we geen voorbeeld nemen aan andere grootsteden zoals Parijs en Londen die luchtvervuiling willen bannen? En waarom zouden we niet nog een stap verder gaan en willen uitblinken? Politici willen terecht van Brussel een smartcity of slimme stad maken. Wel, laten we verder gaan dan die enkele vaste luchtkwaliteitsmeetpunten en op een slimme manier de luchtvervuiling op alle drukke verkeerslocaties in Brussel continu meten en meedelen aan de bevolking om alternatieve routes voor fietsers en voetgangers uit te stippelen. Dit kan in Zürich via meters op stadsbussen, in Boston via lantaarnpalen, in Antwerpen via postwagens.
30 procent van het verkeer zijn auto’s die op zoek zijn naar parking en nodeloos voor schadelijke uitstoot zorgen. Laten we er snel voor zorgen dat rondjes draaien om een parkeerplaats te vinden tot het verleden behoort door slimme verkeersborden en apps die alle lege plekjes aanwijzen. Onderzoek toont aan dat nieuwe parkings niet nodig zijn, want betere benutting van bestaande parkings is mogelijk. In plaats van in ons eentje in de auto te kruipen, laten we het snel mogelijk maken dat iedereen flexibel allerlei schone vervoersmiddelen (wagen, fiets, trein, tram, bus of metro) kan delen en combineren met één verkeersabonnement. Laten we snel schoon en gezond vervoer fiscaal belonen.
Met de juiste politieke wil en planning kan Brussel een lichtend voorbeeld van schone en vlotte mobiliteit worden voor de rest van Europa. Al het talent is aanwezig om onze hoofdstad om te toveren in een schone, gezonde plek waar het aantrekkelijk en aangenaam vertoeven is. Meer dan ooit vragen burgers – en we zijn er zeker van ook bedrijven – naar een echte doorbraak. Uiteindelijk ademen we allemaal. Dag in, dag uit.
Lees meer over: Opinie
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.