Standpunt BDW: zonder morren

Steven Van Garsse
© Brussel Deze Week
07/10/2015

Het gewestelijk parkeerbeleid lijkt aan een nieuwe start te kunnen beginnen. Voor de zomer keurde de Brusselse regering, in eerste lezing, de aanpassing aan de Brusselse parkeerwet goed. Die dateert van 2009 maar is nooit uitgevoerd. Daardoor is er op dit moment geen sprake van een noemenswaardig gewestelijk parkeerbeleid.

Minister van Mobiliteit Pascal Smet (SP.A) wou niet dezelfde fout maken als zijn voorganger Brigitte Grouwels (CD&V). Hij heeft goed willen overleggen met de Brusselse burgemeesters. Want het zijn zij die het mee moeten uitvoeren. Een groot deel van de burgemeesters hebben er vorige legislatuur alles aan gedaan om het gewestelijk parkeerbeleid te torpederen. Soms openlijk, meestal slinks.

Dat de regering een wetswijziging klaar heeft lijkt erop te wijzen dat gewest en lokale besturen min of meer op één lijn zitten. Dat is, uitgaande van een realpolitik, een goede zaak.

Toch zullen de aanpassingen best met een vergrootglas bekeken worden. De belangen van de lokale overheden verschillen immers van die van het gewest. Het Brussels Gewest wil een vlotte mobiliteit, met minder autoverkeer. Een doortastend parkeerbeleid is een van de weinige instrumenten die het gewest heeft om hier toe te komen.

De gemeenten hebben meestal andere besognes. Zij willen de eigen inwoners zo comfortabel mogelijk laten parkeren.

Het verklaart bijvoorbeeld waarom de burgemeesters gekant zijn tegen de sectorisatie: het opdelen van de gemeente in kleinere gebieden. Nogal wat burgemeesters willen dat de inwoners met hun bewonerskaart in de hele gemeente terecht kunnen. Ze willen ook vlotjes uitzonderingen kunnen toestaan bij het uitreiken van de parkeerpassen.

Als het de Brusselse regering echt menens is met de uitdaging om het autoverkeer in het gewest terug te dringen, dan mag ze zich niet soepel opstellen tegenover de lokale besturen. Grotere gebieden instellen zorgt voor meer autoverkeer, want de Brusselaar zal minder rap geneigd zijn om de auto te laten staan als zijn bewonerskaart toch in de hele gemeente geldt.

Het vlotter uitreiken van parkeerpassen geeft dan weer de indruk dat er altijd en overal geparkeerd kan worden, terwijl de plaats in de openbare ruimte beperkt is.

Er zijn intussen hoopgevende signalen dat de burgemeesters mee zijn in een verhaal van een gewestelijke aansturing van het parkeerbeleid. Een tiental gemeenten heeft al een gemeentelijk parkeeractieplan klaar, of is daar mee bezig. Ze krijgen de tijd om het aan te passen aan de nieuwe wet. Als die goed is, kan dat tweesporenbeleid zijn vruchten afwerpen. Maar dan mag die wet geen afbreuk doen aan de oorspronkelijke opzet: het gewest bepaalt, de gemeenten voeren uit. Zonder morren.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni