Op deze Vlaamse feestdag staat Brussels staatssecretaris Bianca Debaets (CD&V) stil bij de moeilijke spreidstand voor Brusselse Vlamingen, die steevast voor een keuze worden geplaatst: Brussel of Vlaanderen. “Een aantal Franstalige stemmen pleit zelfs voor tweetalige verkiezingslijsten. Ik zou hen willen aanraden om eerst werk te maken van goed onderwijs van de twee landstalen in de Franstalige scholen.” Verder pleit ze er opnieuw voor om de meeste bevoegdheden van de Brusselse gemeenten over te hevelen naar het gewest.
11 juli volgens Debaets: ‘Brusselse Vlamingen laveren tussen twee vuren’
Lees ook: 'Veu goeie stoemp moet eu goe schuppe'
"Al is de situatie moeilijk en bevreemdend – in België is een vleugje surrealisme nooit ver weg, en in Brussel zeker niet – toch doet onze hoofdstad het goed. En dat is niet in het minst te danken aan de Vlaamse aanwezigheid en investeringen in Brussel. Daar mag bij de 11e juli ook lof voor gezwaaid worden naar Vlaanderen.
We hebben het laagste aantal jonge Brusselse werkzoekenden sinds 1990. Mede door de – door sommige zo vervloekte maar door Vlaamse partijen aangedreven zesde staatshervorming – kunnen de regio’s hun verschillende arbeidsmarkt beter aansturen. We kunnen jongeren nog meer kansen geven – via de Jeugdgarantie – en ook in andere gewesten van jobervaringen laten proeven. Nog nooit werkten zoveel jonge Brusselaars in Vlaanderen (een stijging vorig jaar met 8,3%).
Nog nooit gingen zoveel jonge Brusselaars naar het Nederlandstalig onderwijs: meer dan 45.000. De schooluitval die vroeger epidemisch was, is aanzienlijk verlaagd door een resem begeleidende maatregelen en nu zelfs lager in Brussel dan in andere Vlaamse grootsteden. Vaak merken we in Brussel de problemen het eerst op, en doen we ervaringen op met remedies, voor problemen die een paar jaar later opduiken in andere Vlaamse grootsteden. Brussel heeft op die manier een soort barometer-functie voor de rest van Vlaanderen. De kinderarmoede is zo ook in Antwerpen de voorbije jaren sterk toegenomen zoals Kris Peeters dit weekend nog aankaartte. In de Brusselse kinderopvang hebben we grote investeringen gedaan in inkomensafhankelijke plaatsen – waarbij we expliciet mikken op een mix van Nederlandstalige gezinnen, kansarme ouders en gezinnen met migratie-achtergrond. We gaan zo van 3.870 inkomensgerelateerde naar 4.236 kindplaatsen in 2017.
'Geen Vlamingen, et alors?'
Toch kom je als Brusselse Vlaming altijd tussen twee vuren terecht. Aan de alt-right Vlaamse kant krijg je te horen: “Dat zijn toch geen Vlamingen?” Et alors? Dat moeten we durven zeggen. Het belangrijkste is dat de kennis van het Nederlands aanzienlijk vergroot, via de Nederlandstalige scholen, via vorming – dat zien we ook aan de verhoogde inschrijvingen bij het Huis van het Nederlands. Ons Nederlandstalig onderwijs vormt zo een enorme hefboom voor de talenten van vele Brusselse kinderen, en zo leggen ze tegelijkertijd een stevige fond onder het tweetalig statuut en de toekomst van Brussel.
Aan Franstalige kant is de kritiek anders: daar wordt er op gewezen dat we te veel de ‘Vlaamse’ kaart trekken en te weinig voor de ‘Brusselse’ zouden kiezen. Een aantal Franstalige stemmen pleit zelfs voor tweetalige verkiezingslijsten. Ik zou hen willen aanraden om eerst werk te maken van goed onderwijs van de twee landstalen in de Franstalige scholen. De schooluitval is er gigantisch en 60% van de leerlingen heeft er op 15-jarige leeftijd (!) al een jaar gedubbeld. Dat kost hen meer dan 300 miljoen euro per jaar. Actiris wijst er nochtans al jaren op dat de kennis van beide landstalen een groot voordeel op de arbeidsmarkt is: er zijn bijna geen werklozen in Brussel die beide talen spreken. De huidige politieke crisis in Franstalig België moet snel opgelost worden, om het Franstalig onderwijs de broodnodige kwaliteitsinjectie te geven waar het veld al lang voor pleit.
Vlaamse waakhond
Op de Vlaamse feestdag moeten we ook extra aandachtig zijn voor valse oplossingen. Die komen soms van Franstalige politici, maar vreemd genoeg ook van Vlaamse. Enkele maanden geleden schreven twee N-VA politici niet onterecht in De Standaard (‘Onvoltooid Brussel’): “We bepleiten geen Vlaamse schoonmoeder, wel een Vlaamse waakhond voor de rechten van de Vlamingen in Vlaanderen én Brussel.”
Toch heb ik geen van beide gehoord toen hun voorzitter voorstelde om het aantal politieke mandaten in Brussel met de helft te verminderen. Zelfs als het aantal gemeenteraadsleden ‘maar’ met 30% zou verminderen, zou er geen enkele Vlaamse verkozene meer zijn in de Brusselse gemeenteraden. Ook geen N-VA’er overigens. In het weinig gedetailleerde plan (‘de helft minder’) was er geen enkele sprake van garanties voor Vlamingen. Het is vreemd dat een partij die pleit voor een ‘Vlaamse waakhond’ de rechten op politieke vertegenwoordiging van de Vlamingen in Brussel verpatst in ruil voor een paar minuten prime time. Alles waar voor Vlaamse partijen zo lang gevochten hebben in Brussel – de Volksunie nog het meest – werd zomaar weggegeven. Zonder Vlaamse schepenen zouden heel wat Nederlandstalige kinderopvang, jeugdcentra of scholen er minder snel of helemaal niet komen.
Wat Brussel wel nodig heeft, is een aantal slimme structurele hervormingen: de fusie van de politiezones, een verlaging van het aantal mandaten mét garanties voor de Vlaamse vertegenwoordigers, de overheveling van het gros van bevoegdheden naar het gewest, en een vereenvoudiging van de taken voor de gemeentes (de wijkgebonden bevoegdheden). Het subsidiariteitsprincipe indachtig: bevoegdheden die het aanzien en de toekomst van het gewest bepalen en waar een grotere schaal effectiever is (veiligheid, mobiliteit, stadsontwikkeling,..) gaan naar het gewest; bevoegdheden waar dienstverlening primair is (wijkleven, senioren, sportverenigingen, …) blijven bij de gemeente.
Zo kunnen de Brusselse Vlamingen toch tussen de twee vuren laveren en tegelijk voor een beter bestuur in de hoofdstad gaan. Het is minder sexy dan simpele slogans, maar het is het enige waar alle (Vlaamse) Brusselaars beter mee af zijn.
11 juli 2017
Lees meer over: Politiek , Opinie , 11 juli 2017
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.