Alle Brusselse administraties moeten volgend jaar vijf procent besparen

Dat het Brussels Gewest financieel in slechte papieren zit, is niets nieuws, maar nu vraagt minister van Begroting Sven Gatz alle gewestadministraties om een budgettaire inspanning te leveren. Concreet moeten ze volgend jaar vijf procent besparen, al kan daarvan worden afgeweken.

In mei heeft minister van Financiën en Begroting Sven Gatz (Open VLD) een omzendbrief verstuurd naar alle gewestelijke diensten. Daarin vraagt hij alle administraties om de kaasschaaf boven te halen. Alle Brusselse overheidsadministraties moeten bekijken hoe ze volgend jaar vijf procent kunnen besparen tegenover de budgetten van 2023. Dat schrijft L’Echo en bevestigt de minister aan BRUZZ.

Het Brussels Gewest verkeert dan ook in een financieel moeilijke situatie. Naast de corona- en Oekraïnecrisis, en de inflatie zorgden ook strategische investeringen in onder meer mobiliteit voor oplopende schulden. Op vijf jaar tijd is de brutoschuld van het Brussels Gewest meer dan verdubbeld, van 4,7 miljard euro in 2018 naar 10,4 miljard euro in 2022.

Daar komt nog de rentestijging bij. Experts verwachten dat het doel van de Brusselse regering om een begrotingsevenwicht te halen in 2024 zo goed als onhaalbaar is. De besparingsoefening van volgend jaar moet in totaal ongeveer 584 miljoen euro opleveren, op een begroting van om en bij de zeven miljard euro. Het is de eerste keer tijdens deze legislatuur dat de Brusselse administraties in deze fase van de toewijzingen van de budgetten al zulke grote inspanningen moeten leveren.

Afwijkingen

Hoe de verschillende overheidsadministraties besparen, moeten zij zelf bepalen. “Daarin gaan wij niet zelf sturen,” klinkt het op het kabinet van Gatz. Het geheel wordt verder besproken tijdens het begrotingsconclaaf in oktober.

“Het klopt dat we de administraties vragen om een besparingsoefening te maken van vijf procent. Zij zijn ook het best geplaatst om die oefening in eerste instantie zelf te maken. Met hun voorstellen gaan we nadien aan de slag,” zegt Gatz zelf. “Dat we naar een besparingsoefening werken om de begroting onder controle te krijgen, is niet nieuw. Deze aanpak, in verschillende fases, zorgt ervoor dat elke minister en elke administratie zijn verantwoordelijkheid kan nemen.”

Het streefdoel van vijf procent geldt alleen voor de werkingskosten. Daarin zullen alle gewestelijke administraties en autonome bestuursinstellingen moeten snoeien, van Leefmilieu Brussel tot Actiris en Visit.brussels. Wel zou het voor sommige overheidsinstellingen, zoals de MIVB en Net Brussel, moeilijker zijn om zoveel te besparen op de werkingskosten, omdat die vooral bestaan uit personeelskosten. Zij kunnen een afwijking van die vijf procent aanvragen, als ze die goed kunnen motiveren.

Op investeringen wordt (voorlopig) niet bespaard.