Brussel kan zelf niet beslissen om het gebruik van vuurwerk te verbieden. Dat blijkt uit een vraag van Brussels parlementslid Victoria Austraet aan minister-president Rudi Vervoort (PS) in de commissie Binnenlandse Zaken. Eerder werd Vlaanderen al teruggefloten door het Grondwettelijk Hof. Uit dat arrest volgt dat ook de andere gewesten vuurwerk niet mogen verbieden.
Brussel mag vuurwerk zelf niet verbieden
Austraet vroeg in de commissie of het verbod op het afsteken van vuurwerk van permanente aard is. Dat verbod trad in werking eind november en was bedoeld om samenscholingen en fysieke contacten te vermijden in de strijd tegen het coronavirus. Ook moest het verbod voorkomen dat mensen in het ziekenhuis zouden belanden. Het verbod was echter van tijdelijke aard en werd opgeheven met een ministerieel besluit op 12 januari 2021, laat Vervoort weten.
Ook in Vlaanderen gold een verbod op het afsteken van vuurwerk. Dat verbod bestond sinds 2019. Gemeenten konden wel afwijken van de algemene regel en vuurwerk toch toelaten, maar dan enkel op toegestane plaatsen en momenten.
Grondwettelijk Hof vernietigt verbod
Het Grondwettelijk Hof oordeelde dat het Vlaamse decreet inbreuk maakt op de bevoegdheid van de federale overheid betreft het gebruik van ontplofbare stoffen. Uit dat arrest volgt dat ook de andere gewesten vuurwerk niet mogen verbieden.
Het federale tijdelijke verbod op het afsteken van vuurwerk had geen betrekking op de verkoop van vuurwerk. Dat zorgde voor surrealistische situaties. In Brussel werd in de nacht van 2020 tot 2021 toch nog heel wat vuurwerk afgestoken. De politie heeft die nacht in de zes zones van het Brussels Gewest 22 proces-verbalen opgemaakt voor het illegaal afsteken van vuurwerk.
Lees meer over: Brussel , Politiek , Vuurwerk , vuurwerkverbod , Rudi Vervoort