Brussels stadsbestuur wil omstreden 'danstaks' opdoeken

De decenniaoude danstaks van de stad Brussel gaat op de schop. Dat gaf burgemeester Philippe Close (PS) maandag aan in de gemeenteraad.

Het was gemeenteraadslid Mathias Vanden Borre (N-VA) die tijdens de bespreking van de gemeentebelastingen maandagavond de danstaks weer vanonder het stof haalde.

De ‘belasting op danslokalen’ bepaalt dat horecazaken, nachtclubs of andere evenementenzalen 40 eurocent per danser per nacht moeten betalen. Uit cijfers die uit 2016 dateren, blijkt dat de danstaks op jaarbasis dankzij tientallen etablissementen in de hoofdstad zo’n 90.000 euro in het stadslaatje brengt.

In datzelfde jaar kwam de danstaks in het nieuws via danscafé Bonnefooi, dat tot grote verbazing na een bezoek van incognitocontroleurs maandelijks een danstaks van 160 euro moest gaan betalen. Tot dan toe bleef Bonnefooi opvallend genoeg gespaard van de belasting. Het voorval zwengelde de kritiek tegen de volgens velen achterhaalde taks aan.

‘Absurd’

Maandag kwam het onderwerp opnieuw ter sprake in het Brusselse stadhuis. “Kost het niet meer geld aan de stad om het controlemechanisme van deze taks in leven te houden dan dat de belasting opbrengt?”, vroeg Vanden Borre zich af.

“Belastingen die weinig opbrengen, zouden beter geschrapt worden, want ze zijn enkel een extra kost voor de stad Brussel. Daarbij gaat het in dit geval om een absurde belasting.”

Burgemeester Close ging akkoord met Vanden Borre. “Soms ga ik akkoord met u”, gaf hij toe. “Deze taks stemt overeen met een klein deel van de gemeentebegroting en is inderdaad moeilijk te controleren.”

Carole Poncin, de woordvoerster van Close, laat weten dat de taks nog niet geschrapt is “maar dat dat wel de ambitie is op lange termijn”.