Emeritus hoogleraar Lode Wils over België, Vlaanderen en Wallonië
Lode Wils (80) is emeritus hoogleraar Nieuwste Geschiedenis aan de KU Leuven. Buiten de academische wereld werd hij vooral bekend met Van Clovis tot Happart - De lange weg van de naties in de Lage Landen (1993), later herwerkt tot Van Clovis tot Di Rupo.
Toen wij Lode Wils vier jaar geleden (in september 2005) interviewden over zijn boek, en we hem vroegen hoe lang België nog zou blijven bestaan, vertrouwde hij ons toe: "Mijn Belgisch patriottisme heeft zijn wortels in de Tweede Wereldoorlog, ik behoor tot de laatste generatie, die ondertussen tegen de tachtig loopt, die de Duitse bezetting heeft meegemaakt. Tijdens de oorlog mocht de 'Brabançonne' alleen met de nationale feestdag en met het Feest van de Dynastie op 15 november gespeeld worden. Ik herinner me hoe de tranen over mijn wangen liepen toen na de mis het volkslied op het kerkorgel werd gespeeld. Ik was toen vijftien jaar. De kerken zaten vol, en dat was zeker niet voor de mis."
En op de vraag of België in 2030 zijn tweehonderdste verjaardag zal vieren, antwoordde Wils: "Dat denk ik wel, maar dat hangt af van de twee grote struikelblokken, Brussel en de Rand."
Gezelle
Afgaand op de opiniestukken (' Wrokkige Vlamingen' ) en lezersbrieven ('Vlaanderen splitst België'), verklaringen en standpunten allerhande zal de discussie over de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde en de staatshervorming die ons wacht, hevig zijn. Heel opvallend is dat er niet alleen gediscussieerd en geruzied wordt tussen Vlamingen en Franstaligen (heel normaal), maar ook onder Vlamingen (gelukkig maar), maar dan weer heel weinig of niet onder Franstaligen.
Omdat glazen bollen geen uitkomst bieden, is het af en toe heel rustgevend om, à la Annie Romein-Verschoor, even om te zien in verwondering. Het jongste boek van Lode Wils, een verzameling onlangs geschreven teksten, de vrucht van een halve eeuw historisch onderzoek, is een dergelijk boek. Wils heeft zijn academische carrière gewijd aan de verwevenheid van het levensbeschouwelijke, het sociale en het communautaire.
Wils' boek telt meer dan driehonderd bladzijden en behandelt een breed spectrum aan onderwerpen. Heel verhelderend is zijn hoofdstuk over de grote dichter Guido Gezelle (wordt die nog gelezen op de middelbare scholen?).
Gezelle, de taalparticularist die het West-Vlaams promootte, is door vrijzinnigen en vrijdenkers al te lang beschouwd als alleen maar een 'zwartrok'. Gezelle was het product van de Belgische natievorming, schrijft Wils. Leest u even mee, dit is een citaat uit een commentaar van Guido Gezelle uit 1864: "In 1830 zijn wij politieke burgers geworden en vrije Belgen en hebben wij een overeenkomst gesloten, de grondwet, die te onderhouden 'de eerste plicht van elke burger' is."
En, verduidelijkt Wils: "De meeste kleine talen in Europa werden vooral gebruikt en gesteund door de geestelijkheid, die er een middel in zag tot het behoud van de nationale religieuze identiteit. Daarom werden ze veelal door de liberale bourgeoisie en door de socialistische leiders verwaarloosd, ja zelfs gewantrouwd, als instrumenten van de reactie en de onwetendheid."
De positie van Gezelle laat duidelijk zien dat Vlaams en Belgisch lang hand in hand zijn gegaan. En dat ze niet tegenstrijdig waren. Om het met Lode Wils te zeggen: "Pas na de dood van Gezelle, rond de viering van 75 jaar Belgische onafhankelijkheid in 1905, blijkt er bij een merkelijke minderheid van flaminganten een spanning te bestaat tussen hun Vlaams en Belgisch bewustzijn."
Rijk verleden
Vanaf 1968 stonden in België de tegenstellingen voorgoed op de voorgrond, schrijft Wils nog. Onder de paragraaf Een staatshervorming zonder einde: "Onder leiding van eerste minister Jean-Luc Dehaene werd een akkoord bereikt, en in 1993 grotendeels in de grondwet en de bijzondere wetten ingeschreven voor 'voltooiing van de staatshervorming'." Maar op 3 maart 1999 keurde het Vlaams parlement met een grote meerderheid vijf resoluties goed die de grote lijnen aangaven van een nieuwe staatshervorming.
En Wils besluit zijn boek met: "Het is duidelijk dat het verleden van België veel ouder en rijker is dan dat van Vlaanderen of Wallonië. Maar het gaat om de herinnering aan dat verleden, en die is in Vlaanderen al sinds een eeuw zeer sterk bepaald door Vlaamse intellectuelen die een Vlaamse tegenhegemonie tegenover de Belgische geestelijke hegemonie geschapen hebben. Wallonië maakt, vooral sinds de Tweede Wereldoorlog, met vertraging eenzelfde evolutie door. Het verleden van België wordt, zeker in Vlaanderen, dus niet meer gekoesterd."
Nu moeten nog de (Vlaamse) Brusselaars hun plaats vinden. En die blijven maar beter bij de les. Want België en Brussel zijn (tot op vandaag) innig verbonden.
:: Lode Wils, Van de Belgische naar de Vlaamse Natie - Een geschiedenis van de Vlaamse Beweging, uitg. Acco, 366 blz., 27,50 euro
Lees meer over: Politiek
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.