Smet dient VGC-college van antwoord

Vlaams minister voor Brussel Pascal Smet (SP.A) heeft een stevige reactie in huis op de uithalen van het VGC-college. “Het enige wat dit College blijkbaar bindt, is een aversie ten opzichte van de Vlaamse Minister van Brussel,” zegt hij in een mededeling.

Het college van de VGC, bestaande uit Jean-Luc Vanraes (Open VLD), Brigitte Grouwels (CD&V) en Bruno De Lille (Groen!) verweet Smet "als een schoonmoeder" toe te zien op het geld dat de VGC uitgaf na uitspraken van de minister in een artikel in BDW. "Het is ongezien dat de Vlaamse minister bevoegd voor Brussel op grond van een financieringsargument denkt de bevoegdheid te kunnen claimen over het volledige investeringsbeleid van de VGC," verklaarden de drie in een gezamenlijke mededeling.

Smet slaat nu zelf hard terug. "Het College beweert dat ik het investeringsplan van de VGC claim. Dat ze mij eens uitleggen op basis waarvan," zegt hij. "Ik werd, ondanks herhaalde vragen, op geen enkel ogenblik betrokken bij de opmaak van dat investeringsplan. Ondanks het feit dat alle keuzes die gemaakt worden voor bijkomende scholen voor 80 procent door de Vlaamse Regering moeten gefinancierd worden. Ondanks het feit dat ik 75 procent van de brede schoolcampus van Nieuwland financier en ondanks de financiering van de gemeenschapscentra."

'Flagrante leugen'
"DIk zou de dotatie aan de VGC leeghalen om het geld zelf uit te geven," gaat de minister verder. "Ik daag het college uit om die flagrante leugen hard te maken. Het omgekeerde is waar. Ik heb minder hard bespaard op de middelen voor de VGC, dan in mijn andere bevoegdheden, er is twee miljoen euro extra om te investeren in gemeenschapsinfrastructuur. De VGC snoeit daarentegen zelf in werkingsmiddelen, ondanks stijgende inkomsten van hun kant."

Minister Smet ziet zichzelf dan ook vooral als zondebok die interne problemen binnen de VGC moet maskeren. Minister Smet concludeert: "Deze uithaal van de VGC is onbegrijpelijk," zegt hij. "Ik begrijp de ambtenaren van de VGC die in het beste geval genegeerd worden, ik begrijp het onbegrip van verenigingen die moeten inleveren. Ik begrijp de onrust van het personeel van de HOB, die amper weten wat er hen te gebeuren staat. Wat ik niet begrijp, is de klaagzang van het College, dat zelf verantwoordelijk is voor onvrede en onbegrip bij iedereen: Vlaamse overheid, eigen administratie, en Brussels middenveld. En die elkaar pas vinden als het erop aankomt een gemeenschappelijke zondebok te vinden voor die onvrede: Pascal Smet."