150 betogers tegen gemeenschapsdienst voor leefloontrekkers OCMW

Op de Kunstberg in Brussel zijn donderdagochtend zowat 150 betogers bijeen om te protesteren tegen de gemeenschapsdienst die OCMW-leefloners sinds 1 november vrijwillig kunnen presteren.

De betoging is een initiatief van het RWLP, de Franstalige tegenhanger van het Netwerk Tegen Armoede, en komt er niet toevallig net voor een evenement van de POD Maatschappelijke Integratie naar aanleiding van de 40ste verjaardag van de OCMW's.

Sinds 1 november kunnen de OCMW's in ons land de cliënten die bij hen een leefloon krijgen, voorstellen om op vrijwillige basis aan gemeenschapsdienst te doen. Dat kadert in de geïndividualiseerde projecten voor maatschappelijke integratie (GPMI), een begeleidingstraject om leefloners opnieuw te integreren in de maatschappij, dat voorwaarden koppelt aan het leefloon.

Niet verplicht
Het GPMI was voorheen verplicht voor alle leefloontrekkers jonger dan 25 jaar, maar sinds kort kunnen ook andere leefloners in dat traject instappen. Het OCMW kan de gemeenschapsdienst dan wel niet opleggen: de leefloner moet akkoord gaan met het GPMI-contract. De maatregel is er gekomen om het aantal leefloners te beperken, door hen actiever te begeleiden.

België telde vorig jaar 115.027 leefloontrekkers, of 12,4 procent meer dan in 2014. Het Waalse Netwerk Tegen Armoede spreekt van een "historische sociale achteruitgang". Secretaris-generaal Christine Mahy vreest dat de leefloners in de praktijk toch verplicht zullen worden om gemeenschapsdienst te presteren. Het Netwerk roept de minister van Maatschappelijke Integratie Willy Borsus (MR) op om de maatregel in te trekken.

Borsus zelf herhaalde donderdag dat "niemand verplicht is om de gemeenschapsdienst voor te stellen of uit te voeren" en beloofde het Netwerk over een jaar te zullen ontvangen om de balans op te maken.