Aantal Brusselaars dat auto opgeeft stagneert

Vorig jaar hebben 890 Brusselaars een Brussel'air-premie gekregen omdat ze hun auto van de hand hebben gedaan. Dat is een cijfer vergelijkbaar met dat in 2012, maar ligt wel twee keer lager dan in 2008. "Het was een politieke beslissing van de vorige regering om geen reclame meer te voeren rond dit systeem."

Om oude auto’s met vervuilende motoren zo snel mogelijk uit het Brusselse wagenpark te krijgen en Brusselaars aan te moedigen meer voor het openbaar vervoer te kiezen, biedt het Gewest sinds 2006 een premie aan.

Er zijn twee manieren om de ‘Brussel’air’-premie op te strijken. Wie zijn nummerplaat laat schrappen, heeft recht op een Cambio- en MIVB-abonnement voor een jaar, of kan kiezen voor datzelfde MIVB-abonnement en een premie om een fiets te kopen.

Wie nog een stapje verder gaat en zijn auto (ouder dan tien jaar) laat vernietigen, krijgt diezelfde voordelen voor een langere tijd.

Nieuwe cijfers
De MIVB beheert het systeem, en de krant La Capitale citeert in haar dinsdageditie de nieuwste cijfers. In 2013 deden 890 Brusselse autobezitters hun voertuig van de hand, een vergelijkbaar aantal als in 2012 (879).

Maar in 2011 waren dat er nog 1.087, in 2010 waren ze nog met 1.429 en in 2009 met 1.618. Topjaar was 2008, toen maar liefst 1.847 Brusselse chauffeurs hun wagen opgaven.

“We maken geen enkele reclame meer voor het systeem”, zegt Inge Paemen van Mobiel Brussel aan brusselnieuws.be. Tussen 2006 en 2012 was Bruxell’air een cofinanciering tussen Mobiel Brussel en Leefmilieu Brussel. Maar die laatste trok zich vorig jaar terug. “Het is een politieke beslissing geweest van de vorige minister om daar geen middelen meer voor vrij te maken.”

Bij Leefmilieu Brussel liet men in 2010 een onderzoek uitvoeren bij 600 mensen die afstand hadden gedaan van hun wagen.

Daaruit bleek dat 30 procent van de premie-opstrijkers enkel een tweede auto opgaf, en nog altijd een wagen achter de hand had. De voornaamste reden om de auto aan de kant te zetten was dat die overbodig was geworden (60 procent), terwijl slechts 15 procent milieubescherming als drijfveer had. “De premie was vooral een leuk extraatje voor autobezitters die sowieso al besloten hadden hem van de hand te doen”, klinkt het bij Leefmilieu Brussel in La Capitale.

Zen Car en Villo
​Het herbekijken van de Brussel’air-premie wordt zeker een taak voor de nieuwe minister van Mobiliteit (Pascal Smet, red.), zegt Inge Paemen van Mobiel Brussel.

“Fietsdeelsysteem Villo en het deelsysteem voor elektrische auto’s Zen Car bestonden nog niet toen deze premie werd ingevoerd, en het loont zeker de moeite om te bekijken of we het systeem daar niet moeten mee uitbreiden.”