Hubert Van Herreweghen BRUZZ 1546

Afscheid van VRT-coryfee en dichter Hubert van Herreweghen (1920-2016)

Jean-Marie Binst
© BRUZZ
09/11/2016

Zaterdag wordt de Vlaams-Brusselse dichter Hubert van Herreweghen begraven in Onze-Lieve-Vrouw-Lombeek: ‘Die ‘t langst leven, gaan ‘t eerst dood’. Al woonde hij sinds 1953 in de wijk Paloke, de Franstalige hoofdstad kreeg hij nooit te vriend.

Wie filmles krijgt over de kracht van Vlaamse tv-series, kan niet voorbij de pioniersjaren, met ‘Wij, Heren van Zichem’ en ‘Schipper naast Mathilde’. Van de eerste serie was Van Herreweghen producer, bij de tweede was hij al hoofd van de Dienst Drama van de BRT, die het luistertheater en tv-drama als volksverheffing stimuleerde. Eerst was de jonge dichter, die tot de ‘bezettingsgeneratie’ behoort, en sterk getekend werd door de dood om hem heen, nog journalist bij De Standaard en radiocommentator (vanaf 1950). Maar de pen liet hij nooit los, als redacteur van literaire tijdschriften als Podium (1943-1944) en vanaf 1947 van Dietsche Warande & Belfort. Ook was hij schatbewaker van de Nederlandse poëzie, als samensteller van talloze bloemlezingen van gedichten.

Sinds zijn eerste gedichten als soldaat (1942-1943), behekst door de dualiteit liefde en dood, heeft hij zijn herkomst, Pamel, nooit verloochend. ‘Waar paarden gaan en ploegen blinken (...) daar kom ik vandaan’ (uit ‘De bulleman’). Verwondering om de natuur tekende het oeuvre van de taalslijper, tevens behoeder van een alaambak aan oude Vlaamse woorden. Behalve het rijm en de cadans, vormden die voorvaderwoorden het zuurdesem van zijn poëzie.

hubert BRUZZ 1546
Vorig jaar las Van Herreweghen nog voor uit eigen werk (zie foto rechts) tijdens de presentatie van zijn jongste bundel ‘De bulleman en de vogels’. Hij had toen met erkenningen als de Prijs van het Leger, de Driejaarlijkse Staatsprijs voor Pöezie, de Sabamprijs en Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies voor het gezamenlijk oeuvre, al lang zijn tribuut betaald voor de hoofdstad van Vlaanderen. Toevallig had de Pajotter een bouwgrond in Sint-Jans-Molenbeek gekocht, hij dacht dat het op Dilbeek was. Maar op een gemeentelijke viering in het Karreveldskasteel na - “In een soort Nederlands, waardoor het zelfs charmant werd en ik vereerd was” - bleef hij de Franstalige Brusselaar afwijzen. “‘Spreekt u Nederlands?’ vraag ik dan. Ja, ik laat ze het wel voelen. (...) Ik voel me Mozes, die over het Beloofde Land uitkijkt. En denkt: ik zal het nooit zien, Vlaanderen dat dat verschrikkelijk heidense Brussel platloopt. Ik kan het niet, en zal het nooit doen. Maar mijn opvolger, zal het doen.” Met Van Herreweghen sterft het laatste Vlaamse literaire strijdros van de twintigste eeuw. Zijn retabel aan plattelandstaferelen in dichtklanken wordt geschiedschrijving.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Jans-Molenbeek , Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni