Belgisch gerecht niet bevoegd voor klacht Abdeslam

Het Belgische gerecht is territoriaal niet bevoegd om de klacht te onderzoeken die Salah Abdeslam had ingediend tegen de procureur van Parijs, François Molins. Dat heeft de Brusselse raadkamer donderdag beslist. Abdeslam kan in theorie een nieuwe klacht indienen bij het Franse gerecht maar ook die heeft weinig kans op slagen. De Franse wet voorziet dat de procureur, als hij dat nodig of nuttig vindt, punctueel de pers of het publiek kan informeren over elementen uit het strafdossier.

Salah Abdeslam werd op 18 maart, na een maandenlange klopjacht, opgepakt in Sint-Jans-Molenbeek en de dag nadien, zaterdag 19 maart, door de Brusselse federale gerechtelijke politie en de Brusselse onderzoeksrechter verhoord over zijn aandeel in de aanslagen van 13 november in Parijs. Diezelfde avond citeerde de Parijse procureur Molins tijdens een persconferentie uit dat verhoor van Abdeslam. Zo onthulde hij dat Abdeslam zichzelf op 13 november wilde opblazen aan het Stade de France, maar dat hij finaal terugkrabbelde.

Meester Sven Mary, op dat moment de advocaat van Salah Abdeslam, diende daarop klacht in tegen procureur Molins. Volgens Mary hield het voorlezen van een deel van het verhoor van zijn cliënt tijdens een persconferentie een schending in van het geheim van het onderzoek.

Experten strafrecht wezen er toen al op dat die klacht weinig kans op slagen had. De Belgische wetgeving voorziet immers een uitzondering op het geheim van het onderzoek waarbij de procureur tegenover de pers een stand van zaken kan opmaken over een bepaald dossier.

Niet bevoegd
De Brusselse raadkamer heeft nu geoordeeld dat de Brusselse onderzoeksrechter de klacht niet kan onderzoeken omdat het Belgische gerecht territoriaal niet bevoegd is.

In theorie zou Salah Abdeslam nu een klacht kunnen indienen bij het Franse gerecht, maar dat zou hij dan eigenhandig moeten doen, aangezien hij niet langer bijgestaan wordt door een advocaat. Bovendien dreigt hij ook in Frankrijk nul op het rekest te krijgen. Toen Abdeslams klacht in maart aangekondigd werd, reageerde procureur Molins door erop te wijzen dat het onderzoek naar de aanslagen in Parijs eigenlijk bestaat uit twee onderzoeken, in België en Frankrijk, gevoerd door een Joint Investigation Team van Belgische en Franse speurders, die processen-verbaal uitwisselen.

"In het kader van een dergelijk gezamenlijk dossier kan elk parket communiceren volgens de regels die zijn nationale wetgeving hem opleggen. Het Franse wetboek voorziet dat de procureur, als hij dat nodig of nuttig vindt, punctueel de pers of het publiek kan informeren over elementen uit het strafdossier", klonk het.

Een andere mogelijkheid is dat Abdeslam een eventuele nieuwe klacht niet richt tegen de procureur zelf, maar tegen de Franse staat. Of dat meer zoden aan de dijk zou zetten, is twijfelachtig.