Te midden van een groot maatschappelijk debat over kolonialisme en racisme wordt op 30 juni de zestigste verjaardag van de Congolese onafhankelijkheid van België herdacht. Nicole Nketo Bomele (Défi) en Kalvin Soiresse Njall (Ecolo), allebei sinds vorig jaar in het Brussels parlement, dienden samen met anderen een voorstel in over hoe Brussel om zou moeten gaan met het alomtegenwoordige en gecontesteerde koloniale erfgoed in de stad. “We moeten een antwoord bieden waar iedereen zich kan in vinden.”
| Parlementsleden Nicole Nketo Bomele (Défi) en Kalvin Soiresse Njall (Ecolo) dienden een parlementsvoorstel in over hoe Brussel om zou moeten gaan met het gecontesteerde en alomtegenwoordige koloniale erfgoed in de stad.
Wie is Nicole Nketo Bomele?
- Geboren in 1967 in Kinshasa
- Verhuist op jonge leeftijd naar New York en Genève vanwege haar vaders werk als VN-diplomaat
- Gaat in 1976 op kostschool in België
- Studeert internationale relaties aan de UCL
- Werkt eerst als diplomate in Madrid, later in Kinshasa en Congo-Brazzaville
- Is van 1996 tot 1999 tv-journaliste in Kinshasa
- Van 2006 tot 2018 gemeenteraadslid in Anderlecht voor PS
- Voorzitster van festival ‘Anderlecht en couleurs’
- Gemeenteraadslid in Anderlecht voor Défi in 2018
- Nu Brussels parlementslid voor Défi
Wie is Kalvin Soiresse Njall?
- Geboren in 1982 in Togo
- Verhuist in 2004 naar Brussel tijdens zijn studie rechten wegens onlusten aan de Universiteit van Lomé
- Studeert rechten en internationale betrekkingen in Brussel
- Werkt van 2007 tot 2016 als (sport)journalist voor radiozenders BBC Afrique, Sport FM Togo, en Radio Campus ULB
- 2010-2012: juridisch verantwoordelijke en projectleider bij de Beweging tegen Racisme, Antisemitisme en Xenofobie (MRAX)
- Richt in 2012 het antikolonialistische collectief Mémoire Coloniale op
- Is van 2013 tot 2019 leraar sociale wetenschappen
- Wordt in 2018 verkozen tot Ecolo-gemeenteraadslid in Ganshoren
- Nu Brussels parlementslid voor Ecolo, ook lid van het Franse Gemeenschapsparlement
"Lumumba fait attendre les femmes," merkt ex-diplomate en tv-presentatrice Nicole Nketo Bomele (53), van Congolese afkomst, lachend op wanneer Kalvin Soiresse Njall (37), al jarenlang actief in het collectief Mémoire Coloniale, te laat de bar binnenkomt. Die maakt er, ondanks zijn Togolese afkomst, geen geheim van dat zijn brilmontuur en haarsnit geïnspireerd werden door de vermoorde eerste Congolese premier. Soiresse Njall en Nketo Bomele kennen elkaar intussen, dus een grapje kan wel en de sfeer is zo meteen gezet.
Had u verwacht dat de Black Lives Matter-beweging uit de VS zoveel zou losmaken in Brussel?
Nicole Nketo Bomele: Ik was verbaasd dat het niet eerder gebeurde.
Kalvin Soiresse Njall: De omvang van het protest heeft me verrast, moet ik bekennen. Ik voelde het borrelen, zeker bij de jongeren, maar ik had niet gedacht dat de aanleiding uit de VS zou komen. Plots was racisme opnieuw actueel, dit is een van die momenten in de geschiedenis waarop de zaken vooruitgaan.
Door de betogingen tegen politiegeweld en Black Lives Matter kwam ons koloniale erfgoed opnieuw ter discussie te staan. Had u verwacht dat mensen die link zouden leggen?
Soiresse Njall: Helemaal niet.
Nketo Bomele: Nee. Ik ben wel heel blij dat er nu eindelijk een echt debat over op gang komt. Zelfs bij de Congolezen is de geschiedenis van kolonialisatie en onafhankelijkheid niet altijd bekend.
Soiresse Njall: Maar het is een historische evolutie, dit moest gebeuren. De invloed van Afro-Amerikaanse sterren is enorm groot bij de jeugd. Jongeren hier trekken een parallel tussen de slavernij in de VS en de koloniale geschiedenis in West-Europa. Als we praten over disproportioneel politiegeweld tegenover minderheden, leggen zij het verband met de racistische mentaliteit die daarin zijn oorsprong vond.
Nketo Bomele: Er is ook een verband met de Covid 19-pandemie. In de VS zijn veel arme zwarten bezweken aan de ziekte. Ook in Europa zijn buitensporig veel zwarten gestorven, omdat ze oververtegenwoordigd zijn in eerstelijnsberoepen. Mensen waren al kwaad, en het politiegeweld waardoor George Floyd omkwam, was de druppel die de emmer deed overlopen. (Lees verder onder de foto)
In Brussel staan er vier standbeelden en bustes van Leopold II op straat, al zijn twee ervan intussen opgeborgen na vandalisme. Er zijn nog tal van andere koloniale gebouwen, straatnamen en standbeelden. Kan Brussel een voortrekkersrol spelen in hoe we daar moeten mee omgaan?
Nketo Bomele: Ja, een grote rol. Jammer genoeg is er geen consensus over de aanwezigheid van Leopold II in de publieke ruimte. Voor sommige Belgo-Belgen heeft Leopold II de beschaving naar de Afrikanen gebracht. Afro-descendanten zien juist die beelden als een kaakslag, een uitbeelding van het koloniale geweld. Het zijn twee heel verschillende visies.
Daarom zal het weghalen van standbeelden en straatnamen in overleg moeten gebeuren. Wij willen koloniaal erfgoed contextualiseren, en een memoriaal voor de slachtoffers. Het is ook het moment om de publieke ruimte te vervrouwelijken.
Al die voorstellen maken deel uit van de resolutie die wij beiden, samen met leden van andere meerderheidspartijen, in het parlement hebben ingediend, en waarover in juli in de plenaire vergadering zal worden gedebatteerd. Zo willen we ook Belgo-Belgen meekrijgen die vinden dat hun grootvaders door het slijk worden gehaald.
Soiresse Njall: We kunnen sowieso niet alle standbeelden weghalen. En hoe ga je het Jubelpark doen verdwijnen bijvoorbeeld? Maar kunstenaars, beeldhouwers, poëten kunnen de stad mooier maken en tegelijk het koloniale erfgoed een context geven. Er moet een veelheid van gedenktekens in het straatbeeld zijn, ook voor de verzetslieden tegen het koloniale bewind, zowel zwart als wit.
Nketo Bomele: Daarnaast moet je kijken waarom jongeren die beelden uit het straatbeeld willen. Zij begrijpen dat structureel racisme zijn oorsprong vindt in het kolonialisme. We hebben het afgelopen woensdag nog in de gelijkekansencommissie gezegd: België is het land waar het meest gediscrimineerd wordt in Europa. Terwijl Brussel een kosmopolitische stad is, bestaat er discriminatie op de woning- en arbeidsmarkt, en racisme. We kunnen de koloniale overblijfselen weghalen, of excuses vragen, maar als er geen oplossing komt voor de structurele discriminatie, dan hebben we niets gedaan.
Soiresse Njall: We moeten inderdaad niet alleen de publieke ruimte aanpakken. Brussel is een zeer gemengde stad waarin het lijkt alsof verschillende bevolkingsgroepen met elkaar mixen. Maar ze bouwen niet samen aan de samenleving. Een concreet voorbeeld: drie jaar geleden bleek uit een enquête dat twee derde van de witte mensen in Brussel er categoriek tegen is dat hun kinderen met zwarte of Maghrebijnse jongeren zouden trouwen. Ongeloofl ijk, toch?
Elke keer als ik op de sociale media iets post over racisme, krijg ik reacties dat ik “moet terugkeren naar mijn land”. Er was zelfs iemand die schreef: “Doordat je land van oorsprong Togo door de Duitsers gekoloniseerd is, ben je zelf een beetje nazi.” (Schaterlach bij beiden)
De opdeling in verschillende hokjes begint al op de eerste schooldag, door de schoolkeuze van ouders. En er leven stereotypen bij leerkrachten, waardoor ze zwarte of Maghrebijnse jongeren sneller naar het beroepsonderwijs of het bijzonder onderwijs sturen. Verder zijn praktijktesten extreem belangrijk. Wij vragen dat de gewestelijke huisvestingsinspectie voldoende geld krijgt, zodat ze de testen zelf kan opzetten. (Lees verder onder de foto)
Drie jaar geleden bracht de Koning Boudewijnstichting een studie uit over de Congolese, Rwandese en Burundese diaspora in België, die aantoonde dat zij vier keer vaker werkloos zijn dan blanke Belgen, hoewel ze gemiddeld hoger geschoold zijn. Heeft die studie volgens u politieke gevolgen gehad?
Nketo Bomele: Ik ken dat probleem heel goed, ik heb het zelf meegemaakt toen ik naar België kwam. Onze gemeenschap heeft het hoogste opleidingsniveau, maar ondervindt veel discriminatie. Minister Gosuin (Défi ) heeft tijdens de vorige legislatuur praktijktesten op de werkvloer ingevoerd in Brussel, en er is de antidiscriminatiewetgeving.
Maar in de praktijk verandert er niet veel omdat mensen geen klacht durven in te dienen. En als ze het toch doen, wordt die vaak niet juridisch opgevolgd. Ik ben lid van de parlementaire commissie Gelijke Kansen en Vrouwenrechten, waar ik staatssecretaris Nawal Ben Hamou (PS) net heb geïnterpelleerd over het interfederale actieplan ter bestrijding van racisme en discriminatie. Zij gaat dat herlanceren.
Het plan bestaat al negentien jaar, maar is nooit van de grond gekomen. Daarnaast staat er in het huidige regeerakkoord ook een gewestelijk plan, Ben Hamou heeft beloofd dat dat in maart 2021 af zal zijn. (Lees verder onder de foto)
Waarom zijn jullie zelf in politiek gegaan?
Nketo Bomele: Ik ben opgegroeid in een politieke familie. Mijn grootvader nam deel aan de Ronde Tafel, de Congolezen die de onafhankelijkheid hebben gevraagd. In mijn familie praten we altijd over politiek. Ik ben steeds betrokken geweest bij het verenigingsleven, en zo ben ik in de politiek gerold.
Ik ben eerst gemeenteraadslid geworden in Anderlecht in 2006, maar toen voor de PS. Drie jaar geleden ben ik overgestapt naar Défi. Omdat het een progressieve partij is, die goed naar de basis luistert.
Soiresse Njall: In mijn geval is het een lange intellectuele weg geweest. Ik zag de problemen van dichtbij, toen ik aan het collectief Mémoire Coloniale werkte, en daarvoor bij MRAX.
Ik wou ook een rolmodel zijn. Toen ik nog leraar was, kwam een zwarte leerling, de enige in zijn klas, me eens opzoeken. Hij vroeg me twee dingen: “Hoe bent u leraar geworden?” Hij had nog nooit een zwarte leerkracht gehad. “En hoe bent u op de tv geraakt?”
Rolmodellen zijn heel belangrijk. Als jongeren zelfvertrouwen kunnen kweken, raken ze verder. En op bepaalde vlakken heb ik meer impact vanuit de politiek. Wij parlementariërs zijn rolmodellen. Zolang zwarte mensen niet talrijk aanwezig zijn in verantwoordelijke functies in alle domeinen, zal het niet lukken.
Is de zwarte diaspora al genoeg vertegenwoordigd in Brussel en België?
Soiresse Njall: Federaal is het erger gesteld (gelach bij beiden).
Nketo Bomele: We zijn nog niet genoeg vertegenwoordigd, ook niet in Brussel. Veel partijen hebben wel Afrikaanse Belgen op de lijst, maar niet op verkiesbare plaatsen. Op gemeentelijk vlak bijvoorbeeld zijn er maar een handvol gekozenen. En als ze er al in slagen om een zichtbare plaats te krijgen, dan moeten ze vaak een half mandaat aanvaarden. Dat is zo ook bij onze broer Pierre Kompany (CDH-burgemeester Ganshoren, red.).
Soiresse Njall: De politieke vertegenwoordiging moet uiteraard de Brusselse diversiteit reflecteren. Maar kijk gewoon maar eens naar de hoeveelheid ‘kinderen van’ binnen de Belgische partijen. Een Europese studie heeft aangetoond dat België het land is met het meeste nepotisme. Zo’n systeem gaat niet van de ene dag op de andere veranderen.
Bij Ecolo is de dertigjarige Rajae Maouane uit Molenbeek nu partijleidster, en dat komt omdat Zakia Khattabi haar voor is gegaan. Zij heeft van diversiteit een prioriteit gemaakt. Maar het is een proces. Net als in de VS moeten we in België bondgenoten vinden om de zaken te veranderen.
Lees meer over: Brussel-Stad , Samenleving , Brussels Parlement , nicole nketo bomele , Kalvin Soiresse Njall , onafhankelijkheid congo
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.