Brusselaars zijn in België de actiefste deelnemers aan de deeleconomie, het tegen betaling delen van goederen en diensten. 16,1 procent van de Brusselaars doet dat tegenwoordig wel eens, tegenover 8,5 procent van alle Belgen. Inwoners van Brussel vinden ook vaker dat nieuwe (commerciële) spelers als AirBnB en Uber andere regels nodig hebben dan de klassieke bedrijfssectoren.
Brusselaar koploper in deeleconomie
Dat blijkt uit een enquête van de bank ING bij consumenten in dertien Europese landen, de VS en Australië. In België werden 1.030 mensen bevraagd, van wie een 100-tal Brusselaars.
‘Deeleconomie’ blijft nog een vrij onbekend begrip: driekwart van de Belgen zegt er nog nooit van gehoord te hebben. De onderzoekers bedoelen daarmee het betaald delen van goederen tussen consumenten, voor een korte termijn. Ze focusten voor dit onderwerp vooral op goederen, in plaats van (commerciële) diensten zoals bijvoorbeeld BlaBlaCar of Uber.
Als de onderzoekers concrete voorbeelden gaven, bleken nogal wat mensen toch al goederen gedeeld te hebben: gemiddeld 8,5 procent van de Belgen. Bij de Brusselaars liep dat aantal op tot 16,1 procent, bij de -34-jarigen tot 15,5 procent. Brusselaars gaven ook vaker aan dat ze het komende jaar nog meer aan delen zouden doen.
“In de stad wonen meer jongeren en hoogopgeleiden, die sowieso al meer geneigd zijn om goederen te delen”, zegt econoom Anthony Baert van ING België aan brusselnieuws.be. Bij jongeren, maar vooral bij hoger opgeleiden lijkt het vertrouwen in anderen hoger te liggen, stelt de studie. Deze groepen zouden veel meer geneigd zijn om met anderen te delen dan ouderen en lager opgeleiden, en beschikken ook vaker over de smartphone die er dikwijls voor nodig is.
Minder eigen vervoer: meer delen
De Brusselaar deelde het afgelopen jaar het vaakst een auto: een op de tien leent of ontleent wel eens tegen een vergoeding een wagen, tegenover een nationaal gemiddelde van 3,5 procent. Dat slechts twee derde van de Brusselaars een auto bezit, tegenover een Belgisch gemiddelde van 80 procent, zal daar wel mee te maken hebben.
“Brusselaars hebben minder vaak zelf een vervoermiddel als een auto of fiets”, zegt Baert. “Er is meer openbaar vervoer en het is veel moeilijker om in de stad plaats te vinden voor je voertuig.”
Niet alleen auto’s, ook fietsen delen de Brusselaars vaker: 5 procent van hen, tegenover 1,8 procent gemiddeld op nationaal vlak. Ook daar speelt wellicht mee dat minder dan de helft van de Brusselaars een eigen tweewieler hebben (48 procent), tegenover 66 procent van alle Belgen.
Ten slotte zijn er in Brussel een aantal deelsystemen als Cambio, Villo of Uber die niet of minder aanwezig zijn in de rest van België.
Aangepaste wetgeving
De opkomst van nieuwe spelers zoals Airbnb en Uber, die de bestaande wetgeving en fiscaliteit omzeilen, heeft recent heel wat stof doen opwaaien. Dit soort nieuwe spelers minimaal reguleren is voor de meeste respondenten geen optie. Slechts een op de tien Belgen (en Brusselaars) vindt dat de nieuwe spelers zo min mogelijk regels opgelegd moeten krijgen.
De meningen over hoe de wetgever dan wel moet omgaan met deze nieuwe spelers lopen uiteen. De Brusselaar heeft er al meer over nagedacht, waarschijnlijk omdat deze spelers in Brussel al bekender zijn, en antwoordde minder vaak met ‘weet niet’. Brusselaars vinden vaker dan hun collega’s in Vlaanderen en Wallonië dat de nieuwe bedrijven ‘andere regels’ nodig hebben dan klassieke sectoren.
Lees meer over: Samenleving , Economie
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.