Chou de Bruxelles: Philippe Debroe

Bekende en minder bekende inwoners van deze stad zoeken allemaal hun weg in het Brusselse labyrint. Benieuwd naar hun bevindingen laten wij elke week een van hen aan het woord. Philippe Debroe is fotograaf en noemt zichzelf zowel portrettist als reportagefotograaf. Verwondert het u dan dat we hier een verhaal krijgen dat met beelden van de stad te maken heeft ?

Eerste herinnering
Ik denk dat ik die kan situeren op mijn vijftiende. Ik woonde toen nog in Turnhout, maar één keer om de twee zaterdagen kwam ik met mijn vader naar Brussel. Als verwoed verzamelaar van strips spendeerden we haast een volledige dag in de oude Pêle-Mêle (nu Philo, red.) op de Lemonnierlaan. Daar doken we dan onder in de kelder, waar een enorme collectie Robbedoes- en Kuifjes-materiaal te vinden was. Het resultaat is dat we nu over een complete verzameling Kuifjes-magazines beschikken en een quasi volledige verzameling Robbedoes. Rond drie uur 's middags verlieten we dan de winkel om het gevonden materiaal even van naderbij te bekijken.

Brusselaar aller tijden
Voor mij zijn dat de architecten Victor Horta, Paul Hankar en Henry Van de Velde. Met hun visie en benadering van de art nouveau hebben ze een stempel op onze stad gedrukt. Natuurlijk hebben zij ervoor gezorgd dat ook hun volgelingen, elk op een eigen specifieke manier, Brussel een plaats op de wereldkaart hebben gegeven. Brussel is voor mij een heel veelzijdige stad, en de architectuur heeft daar veel mee te maken.

Geheim plekje
De Ateliers Mommen in Sint-Joost-ten-Node zijn een heel speciale plek in Brussel omdat het de enige echte 'kunstenaarscité' is. Een plek waar kunstenaars niet alleen hun atelier hebben, maar waar ze ook wonen. Het geheel werd gesticht in 1870 door Felix Mommen, een handelaar in kunstenaarsmaterialen. Hij had dus een winkel en heeft daarachter panden gekocht en uitgebouwd om er voor de kunstenaars een werkplaats te creëren. Een heel speciale plek daarbinnen is het atelier van André Barthelemy, een kunstenaar van 87 jaar die nog altijd heel creatief actief is.

Favoriete winkel
Wat mij op dat gebied vooral interesseert, zijn boekenwinkels als Pêle-Mêle op de Lemonnierlaan en Évasions in de Zuidstraat. Een winkel waar je ook voor heel interessante boeken terechtkunt, is Tropismes in de Prinsengalerij. Ik heb vijf jaar in de Beenhouwersstraat gewoond en voor mij was dat toen echt de 'winkel om de hoek'.

Lekkerste restaurant
Ik heb me altijd al de vraag gesteld of het in Brussel interessant is om op restaurant te gaan. Door de prijs-kwaliteitsverhouding zijn er weinig restaurants die mij echt aanspreken. Ik eet nog het liefste wat mijn vrouw en mijn schoonouders thuis klaarmaken. Maar slagerij Roma, vlak bij Plattesteen, is wél een aanrader voor de lekkere bouletten.

Tofste café
Arcadi en Mokafé zijn twee cafés waar ik graag kom. Ik zou het een beetje mijn uitvalsbasissen noemen vanwaar ik nadien de stad in trek. Naar de Monk en de Roskam bijvoorbeeld, allebei vlak bij het Sint-Katelijneplein. En in Schaarbeek kom ik graag in L'Espérance, een aangenaam Brussels volkscafé met in de zomer een prachtig terras.

Waarvan krijg je een kick?
Ik ben gaan beseffen dat je je in Brussel heel goed kunt uitleven. Omdat ik de meeste verplaatsingen per fiets doe, komt mij dat prachtig uit. In feite ontdek je heel veel al fietsend, en zul je niet zelden sneller dan met de wagen ter bestemming komen.

Grootste ergernis
Dat mensen de moeite niet nemen om gebruik te maken van de openbare vuilnisbakken die toch haast overal in de stad voorhanden zijn.

Markant moment
De feestelijkheden rond Brussel 2000 hadden hoofdzakelijk in de buurt plaats waar ik toen woonde. Dat was voor mij dé gelegenheid om Brussel te verkennen. Maar ook het feit dat mijn grootmoeder enkele dagen voordat ze stierf, nog in de weer was om voor mij een appartement in Brussel te vinden, zal me bijblijven.