Christophe Mercier over Flageyplein : 'Jammer van de tramsporen'

Flagey is het eerste plein in Brussel waarvoor een internationale architectuurwedstrijd werd uitgeschreven. Met dank aan Disturb, die ertoe opriep. Maar wat vindt deze groep van architecten en stedenbouwkundigen nú van het plein?

We vroegen het Christophe Mercier, architect en een van de initiatiefnemers van Disturb, een groep die pleit voor meer kwaliteitsvolle architectuur in Brussel. Via Platform Flagey hebben ze geijverd voor een internationale architectuurwedstrijd.

Mercier wil geen esthetisch oordeel vellen over het plein - want over kleur en smaak valt niet te twisten -, "maar we kunnen wel de functionaliteit beoordelen. Wérkt het plein? Het is alvast met veel talent ontworpen. Het is een stijlbreuk met het verleden, dat blijkt alleen al uit het stadsmeubilair."

Toch is er ook kritiek, niet zozeer op de architect, als wel op de bouwheer. "Het volstaat niet om een architectuurwedstrijd te organiseren. De bouwheer moet de plannen ook goed uitvoeren. Onze kritiek op de eerste plannen, van Agora/Bagon, was dat er geen plein werd ontworpen, maar een rotonde. Dat het plein niet van gevel tot gevel werd aangelegd. De huidige architect had dat wel ingecalculeerd, maar de bouwheer heeft uiteindelijk toch de straten en tramsporen bewaard, zodat het plein geïsoleerd ligt van de gebouwen én van de Vijvers. Dat is jammer. Heel flagrant is ook hoe de MIVB de her­aanleg van de tram heeft uitgevoerd, los van de plannen."

Mercier hoopt dat architectuurwedstrijden het mooie weer zullen blijven maken in Brussel. Naast het Flageyplein zijn er nog drie andere geweest: Rogier-, Schweitzer- en Muntplein. "Wedstrijden zijn nodig, want Brussel is een reactionaire stad. Er verdwijnen een paar parkeerplaatsen en het protest laait meteen op."

Platform Flagey wil ook in de toekomst een rol spelen. "Het gevaar bestaat een beetje dat het Flageyplein 'het plein van Flagey' wordt. Dat de culturele vzw het plein als haar uitstalraam gaat gebruiken, met evenementen boven de hoofden van de buurtbewoners. Dat is niet de bedoeling. Het plein moet van iedereen zijn."