De leerling-tovenaar van de Zuidwijk
De Emile Féronstraat in Sint-Gillis, aan het eind van de zeventiger jaren van de vorige eeuw. Ondergetekende huurt er gemeubelde kamers bij een gepensioneerde Griekse mijnwerker. In de tuin staat een vervallen achterhuis, dat de eigenaars willen renoveren. Op aanraden van de NMBS, die grote veranderingen in de wijk in het vooruitzicht stelt, ziet de Griekse familie hiervan af.
In de strenge winter van 1979 is de waterleiding in zowat de helft van de huizen van de straat bevroren; de ene bewoner na de andere trekt naar de Vlaamse bakker met een emmer.
Drie decennia later geraakt de Zuidwijk toch weer volgebouwd. Het einde van de werkzaamheden staat volgens Breës gepland voor 2012. Als de laatste huizen dit jaar onteigend zijn, vertelt Breës, dan hebben de buurtbewoners er een lijdensweg van zeventien jaar op zitten. Officieel werd in 1992 aangekondigd dat de Zuidwijk stedenbouwkundig opnieuw op de kaart gezet zou worden. Maar zoals bovenstaande anekdote laat zien, interesseerde de spoorwegmaatschappij zich al langer, veel langer, voor de wijde omgeving van het Zuidstation.
Hoofdrolspeler in de recente geschiedenis van de Zuidwijk is Charles Picqué (PS), sinds 1983 politiek actief in Sint-Gillis, eerst als schepen, dan als burgemeester en uiteindelijk met afwisselend het petje van burgemeester en minister-president op. Picqué heeft gevochten om van het Zuidstation het hst-station te maken. Picqué, eerder een sociaal-democraat dan een socialist, heeft altijd heilig geloofd in een samenwerking met de privésector. Want dat zou weleens de verklaring kunnen worden voor het tergend lange proces van onteigenen, herhuisvesten en wederopbouwen van de Zuidwijk: armlastige overheden. De federale én de Brusselse regering, om de NMBS en de gemeente Sint-Gillis nog niet te noemen, hadden en hebben niet de middelen om hun ambities waar te maken. Dus speelden ze met hun grootse plannen volgens Breës leerling-tovenaar. Toch is Breës er rotsvast van overtuigd dat naast vastgoedontwikkelaars (uit de privésector) en de NMBS ook de gemeente Sint-Gillis, die kantoorbelastingen int, uiteindelijk als winnaar beschouwd mag worden.
Bruxelles-Midi van Breës is een doorwrocht en goed gedocumenteerd werkstuk. De auteur steekt ook niet weg aan welke kant hij staat. Hij vindt de herinrichting van de Zuidwijk een ramp voor de bewoners, en hij gelooft duidelijk niet in de internationale rol van Brussel.
De conclusies van het boek leunen erg dicht aan bij het andersglobalistische discours. En Breës mag dan al goed gedocumenteerd zijn, soms gaat hij ver in zijn interpretatie. Menigeen heeft heimwee naar Café Zottegem en andere drankgelegenheden waar pendelaars na de uren bleven plakken, maar de Zuidwijk-oude stijl romantiseren is nu ook weer niet bepaald een goed idee.
Nu maar hopen dat er opnieuw cafés en restaurantjes op de benedenverdiepingen van de kantoorgebouwen komen. Voorlopig is er alleen maar een politiekantoor. Dat enkel open is tijdens de kantooruren. Op werkdagen.
:: Gwenaël Breës, Bruxelles-Midi - L'urbanisme du sacrifice et des bouts de ficelle, uitg. Aden, 384 blz., 18 euro, online te bestellen op www.rezolibre.com
Lees meer over: Sint-Gillis , Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.