Delforge over tram 71: 'Smet vervalt in Brusselse ziekte'

Minister van Mobiliteit Pascal Smet (SP.A) vervalt in "de Brusselse ziekte" door tram 71 opnieuw in vraag te stellen. Dat zegt Ecolo-parlementslid Céline Delforge. "Als we projecten altijd herbekijken, realiseren we nooit iets", zegt ze. Smet benadrukt dat hij "de emotie uit het debat wil halen."

Nog maar eens een verhit debat over tram 71 woensdagochtend in de commissie Infrastructuur van het Brussels parlement. Niet minder dan zes commissieleden wilden van Smet horen hoe het nu staat met de veelbesproken vertramming van Brussels drukste buslijn.

Het project is ondanks jarenlange tegenwerking van de gemeente Elsene opgenomen in het beheerscontract van de MIVB en staat ook in het regeerakkoord. In de vorige legislatuur was 2015 nog naar voor geschoven als begindatum voor de werken. Maar Smet koos ervoor om een nieuwe consultatieronde te organiseren vooraleer het licht definitief op groen te zetten. "Ik ben niet getrouwd met een tracé", verklaarde hij daarbij. Coalitiepartner PS deed er nog een schep bovenop door te stellen dat de vertramming beter geschrapt wordt als de tegenstand te groot blijkt.

"Ik vrees dat u tram 71 gaat begraven", aldus Delforge in de commissie. "Uw partners willen niet weten van de tram en dus zoekt u een excuus om hem te laten vallen. U vervalt in de Brusselse ziekte. Als we projecten altijd opnieuw gaan herbekijken gaan we nooit iets realiseren en dan houdt geen enkel akkoord nog stand."

Alternatief tracé?
Volgens Smet is extra overleg nodig. "In de vorige legislatuur is er misschien veel gecommuniceerd over de tram, maar niet altijd geluisterd", repliceerde Smet. "Er is ook veel bestudeerd, maar zeker niet alles. Ik wil luisteren naar de argumenten voor en tegen. Ik begrijp de vrees voor de werken, want het Gewest heeft nu eenmaal geen goede reputatie. Wat ik wil is de emotie uit het debat halen en het dossier objectiveren. Dat extra jaar zal het verschil niet maken."

De minister blijft ervan overtuigd dat er iets moet gebeuren met de drukke buslijn en de Elsensesteenweg, waar winkels over enkele jaren ook zullen moeten afrekenen met de concurrentie van nieuwe winkelcentra. Maar voor Smet moet tram niet per se door die winkelstraat rijden. Over alternatieve tracés wil hij zich echter (nog) niet uitspreken.

Prioriteit voor auto of openbaar vervoer?
Julie De Groote (CDH) brak een lans voor een tram op de Kroon- en Troonlaan, nu het terrein van bus 95. "De weg is er breder en de aansluiting naar de Koningsstraat zou gemakkelijker zijn", klonk het.

Richting ULB worden de Pleinlaan en de Rooseveltlaan genoemd als pistes, maar dat is niet naar de zin van de groenen. "Als bus 71 zo succesvol is dan is het omdat hij de ULB verbindt met Flagey én de Naamsepoort én het centrum", aldus nog Delforge. "Anders zouden de mensen meer bus 95 gebruiken. Het heeft geen zin om een tram te leggen in de pampa's. De vraag is fundamenteel. Moet het openbaar vervoer wijken voor de auto of omgekeerd?"

Over een zaak was er wel consensus in de commissie: de nieuwe tram moet tot in het centrum rijden en mag niet beperkt worden tot de Naamsepoort. Maar het laatste woord over tram 71 is zeker nog niet gezegd. Smet wil het dossier tegen de zomer uitwerken en opnieuw voorleggen aan de gemeente en bewoners van Elsene. Tegen het einde van het jaar hoopt hij de knoop definitief door te hakken met de Brusselse regering.