De derde Franse verdachte in het onderzoek naar de aanslag op het Joods Museum in Brussel, de 28-jarige Mounir Atallah, heeft hoofdverdachte Mehdi Nemmouche in april 2014 ontmoet in Marseille.
Derde verdachte Joods Museum ontmoette Nemmouche in april
Dat meldde het Franse persbureau AFP reeds in juni, kort voor de man werd uitgeleverd aan België.
De tweede verdachte Nacer Bendrer zou verklaard hebben dat Atallah Nemmouche mogelijk geholpen had om aan wapens te komen, maar volgens zijn Franse advocate, meester Christine D'Arrigo, is de man volkomen onschuldig.
Mounir Atallah zou Mehdi Nemmouche leren kennen hebben toen beiden in 2010 in de gevangenis van Salon-en-Provence verbleven. Tijdens het onderzoek naar de aanslag op het Joods Museum kwam aan het licht dat Nemmouche van einde maart tot einde mei 2014 in Brussel verbleef, maar dat hij wel van 24 tot 29 april in Marseille was. In die periode ontmoette hij Mounir Atallah, zo gaf die laatste toe toen hij in juni 2015 voor de onderzoekskamer van het hof van beroep in Aix-en-Provence verscheen, aldus AFP.
Mounir Atallah werd op 9 december 2014 al eens opgepakt, net als Nacer Bendrer. Die laatste werd in februari 2015 aan België uitgeleverd terwijl Atallah werd vrijgelaten. Nadat Bendrer had verklaard dat Atallah mogelijk een rol had gespeeld in de levering van wapens aan Mehdi Nemmouche, vroeg België om de uitlevering van de man. Atallah stemde daar meteen mee in en zit sinds 1 juli in een Belgische gevangenis.
Hij is in verdenking gesteld als dader, mededader of medeplichtige van een viervoudige doodslag in terroristische context. Atallah zelf ontkent elke betrokkenheid bij de aanslag.
Aanslag Joods Museum
Lees meer over: Samenleving , Aanslag Joods Museum
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.