Reportage

Een dag in drugscentrum Abrigado: ‘Dit zijn mensen. Ze verdienen onze hulp’

Toon Hendrikx
© BRUZZ
28/10/2021

| Een verslaafde man slaapt zijn roes uit in drugscentrum Abrigado in Luxemburg-Stad.

Vanaf december kunnen Brusselse drugsverslaafden terecht in een gebruiksruimte aan Lemonnier. Daar zullen ze hun drugs veilig en legaal in kunnen nemen. Een primeur in Brussel. In Luxemburg-Stad bestaat er al meer dan vijftien jaar zo’n plek: Abrigado. BRUZZ trok ernaartoe om te kijken hoe ze daar voor hun verslaafden zorgen. Een reportage over pijn en leed. Maar vooral een over mensen.

“Zouden we u mogen filmen terwijl u uw naalden omruilt, meneer?” We staan dik 220 kilometer van huis, voor de poort van drugscentrum Abrigado in Luxemburg-Stad. Het mag. Hem interviewen liever niet. De man lacht monkel. Schimmig, bijna. Gegroefde huid, blik strak naar beneden. Alsof hij zich schaamt. De tijd heelt wonden, zeggen ze. De tijd maakt ze soms ook groter.

“Veel van onze cliënten zijn doorheen de jaren alles verloren”, zegt Claudia Allar, de verantwoordelijke van drugscentrum Abrigado. “Maar deze mensen zijn ziek. We moeten hen proberen te helpen. Ook al lukt dat vaak niet.”

"Veel van onze cliënten zijn doorheen de jaren alles verloren. We moeten hen helpen."

Claudia Allar (centrumverantwoordelijke Abrigado)

Sinds 2005 al kunnen drugsverslaafden terecht bij Abrigado. Het centrum is al een paar keer van locatie veranderd, maar heeft nu een vaste stek gevonden. Op een boogscheut van het centraal station van Luxemburg-Stad vormen nu een tiental opeengestapelde containers samen centrum Abrigado. Binnen is het rustig, sereen bijna. Buiten de toegangspoorten gaat het er anders aan toe.

Overlast

Tientallen verslaafde mensen troepen samen voor de poort. Er is zelfs een bescheiden tentenkamp. Hoewel ze binnen in alle rust en kalmte hun drugs kunnen gebruiken, spuiten sommigen in de openlucht, nauwelijks buiten het zicht van voorbijgangers. “Dit is inderdaad een bijkomstig probleem”, geeft Maurice Bauer toe. Bauer is schepen van Sociale Zaken in Luxemburg-Stad en is – in tegenstelling tot een aantal van zijn collega’s binnen het schepencollege – een voorstander van het drugscentrum. “Elke dag kloppen hier zo’n 180 verslaafden aan. Uiteraard brengt dat overlast met zich mee. Daar kan je niet omheen.”

"Sinds ons centrum bestaat, is er geen enkele verslaafde meer gestorven aan een overdosis."

Maurice Bauer (schepen van Sociale Zaken in Luxemburg-Stad)

Op de vraag of de buurtbewoners geen steen en been klagen en of buren die de financiële mogelijkheden hebben om in een andere wijk te gaan wonen nu hun buurt is overgenomen door verslaafden dat niet massaal doen, heeft de schepen snel een antwoord klaar. “We zijn hier in de stationsbuurt. Als die mensen hier niet samenkomen, doen ze het wel een paar honderd meter verderop. Drugs zullen er altijd zijn. Verslaafden dus ook. We doen wat we kunnen, al is het verre van perfect.”

Boeket bloemen

Claudia Allar loopt door de gangen van het centrum en maakt een praatje met enkele verslaafden die wachten op hun beurt in de consumptieruimte. Ondanks de miserie die ze dagelijks ziet, is ze goedgezind en lacht ze veel.

“Wij geven aan elke gebruiker die hier binnenstapt een spreekwoordelijk boeket bloemen. Ze mogen zelf kiezen welke bloem ze eruit nemen, en welke niet. Sommige verslaafden ruilen hier enkel hun naalden om. Anderen springen wekelijks binnen bij de dokter of de psycholoog. We reiken hen alle tools aan om van hun verslaving af te raken, maar dwingen niemand tot iets. Het is belangrijk dat het vanuit henzelf komt, anders werkt het niet.”

Feit is dat een deel van de mensen die naar Abrigado komen, helemaal niet willen afkicken. “Dat is waar. Maar wat moeten we dan doen? Helemaal niemand helpen? Neen, dit zijn mensen. We moeten hen dan ook als mensen behandelen. Ze vallen, ze staan weer recht. Wij zijn er om hen de weg te wijzen. Dat doen we door hen opnieuw zelfvertrouwen en waardigheid te geven.”

‘Nog nooit meegemaakt’

Brussels parlementslid Bianca Debaets (CD&V) trekt grote ogen wanneer ze uit één van de twee consumptieruimtes komt. Achter een groot glazen raam zitten drie verslaafden heroïne te ‘chinezen’ (via een stuk zilverpapier drugs roken, nvdr.). In kleinere, van elkaar afgescheiden hokjes kunnen gebruikers hun drugs in alle privacy inspuiten.

"In vijftien jaar politiek heb ik nog nooit zoiets aangrijpends gezien."

Bianca Debaets (Brussels parlementslid voor CD&V)

“In de vijftien jaar dat ik aan politiek doe, is dit het meest aangrijpende wat ik al gezien heb. Deze mensen zijn levende lijken. Zombies. Schimmen van zichzelf. Deze mensen hebben ook een gezin, een familie. We moeten hen helpen.”

Maar op de vraag hoe die hulp dan het best georganiseerd kan worden, heeft Debaets niet meteen een pasklaar antwoord. “Het goede aan dit centrum is dat verslaafden hier op weg gezet worden naar afkicken, en later ook naar huisvesting en werk. Dat zit absoluut niet in de plannen van het aangekondigde drugscentrum aan Lemonnier. Nochtans zou dat de finale ambitie moeten zijn.”

Methadon

Sinds april 2020 kunnen verslaafden die dat willen, zich inschrijven voor een zogenaamde subsitutiebehandeling. In plaats van heroïne, krijgen ze methadon. Dat is een zware pijnstiller die de afkickverschijnselen na een opiatenverslaving (opiaten zijn de actieve bestanddelen van o.a. heroïne, nvdr.) tegengaat. Een shot methadon duurt acht tot tien uur, terwijl een heroïneverslaafde gemiddeld om de vier uur een shot nodig heeft. De roes is ook een pak minder, waardoor de afkickende verslaafde kan wennen aan een leven zonder high.

“Elke maand gaan er zo’n 900 mensen langs bij onze verplegers. Bij de helft van die bezoeken gaat het om een verslaafde die een substitutiebehandeling vraagt”, zegt Abrigado-directeur Raul Schaaf. “In de jaren 80 en 90 hadden we hier in Luxemburg de ene overdosis na de andere. We hebben die trieste cijfers tot nul kunnen herleiden. En met een substitutiebehandeling die goed werkt, ziet ook de toekomst er (relatief) rooskleurig uit.

"Het werk dat we in ons centrum doen, is voordelig voor de hele maatschappij."

Raul Schaaf (directeur Abrigado)

400.000 naalden

“Weet je”, gaat de directeur verder, “een maatschappij zonder drugs bestaat niet. Hoezeer sommigen dat ook zouden willen. Een centrum zoals het onze komt iedereen ten goede, omdat we hier een globale aanpak aanbieden.”

Elk jaar komen de verslaafden bij Abrigado in totaal 400.000 gebruikte naalden omwisselen voor steriele exemplaren. “Dat is veel”, zegt centrumverantwoordelijke Claudia. “Maar elke naald die we hier verzamelen, is er één minder op straat. Dat is dus in ieders belang. Reken daarbij dat nu bijna al onze verslaafden steriele naalden gebruiken en dus veel minder kans hebben om HIV of Hepatitis B op te lopen, en je weet dat ons centrum goed is voor de volksgezondheid.”

Een geïntegreerd zorgcentrum zoals Abrigado, dat komt er bij ons in Brussel pas in 2026. Tot dan zullen de Brusselse verslaafden het met een consumptieruimte moeten doen. Een plek waar ze in alle veiligheid en rust kunnen gebruiken, maar niet perse naar een leven zonder drugs begeleid worden.

“Een onbegrijpelijk idee”, vindt Bianca Debaets. “Onze verslaafden verdienen meer dan enkel een propere spuit. Een ‘spuitruimte’ zal het probleem niet oplossen, maar alleen maar groter maken. De publieke ruimte hier rond Abrigado is een niemandsland geworden, bevolkt door schimmen. Ik mag er niet aan denken hoe de wijk rond Lemonnier er zal uitzien wanneer daar in december een drugscentrum komt. Ik hou mijn hart vast.”

Dealen met drugs

Steeds vaker word je in het straatbeeld geconfronteerd met mensen die harddrugs gebruiken. Een gebruikersruimte moet de overlast helpen beperken. Maar Brussel worstelt met het toenemend druggebruik.

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni