Geluidsoverlast door sirenes: ‘Ingrijpen op federaal niveau’

Geluidsoverlast door sirenes is een probleem in Brussel, maar het is aan het federale niveau om maatregelen te nemen. Dat zegt minister van Leefmilieu Evelyne Huytebroeck (Ecolo). Ze wil een rondetafelgesprek met haar federale collega Wathelet (CDH).

Dat antwoordde Huytebroeck in de Commissie Leefmilieu op een vraag van parlementslid Dominiek Lootens (Vlaams Belang).

Heel wat mensen storen zich aan het lawaai van sirenes van prioritaire voertuigen. Maar het Gewest kan daar zelf weinig aan doen, verklaart Huytebroeck.
"We weten al sinds 2009 dat het federale niveau verantwoordelijk is voor het verkeersreglement en de productnormen," zegt ze. "En in België bestaat er geen enkele norm die een maximaal geluidsniveau bepaalt voor de sirenes waarmee prioritaire voertuigen zijn uitgerust."

Het probleem situeert zich volgens haar bij de bepaling in de wegcode over de vrije doorgang. Die bepaalt dat een ambulance, brandweerwagen of politiewagen enkel de vrije baan krijgt (en bijvoorbeeld door het rode licht mag) als het zwaailicht én de sirene werken. "Daardoor is het helaas de tendens om de sirène zo vaak mogelijk te gebruiken, zodat de bestuurder niet verantwoordelijk gesteld kan worden bij een ongeval."

'Zwaailicht voldoende'
Huytebroeck vindt dat het gebruik van het zwaailicht voldoende zou moeten zijn om de vrije doorgang te garanderen, vooral dan 's nachts. "Ten slotte is het vooral noodzakelijk dat de federale regering in het technisch reglement op de voertuigen de normen bepaalt voor het geluidsniveau, de frequentie en de melodie van de sirenes waarmee prioritaire voertuigen zijn uitgerust."

Ze zal daarom een rondetafelgesprek organiseren met de Brusselse betrokkenen en en haar federale collega Wathelet.

Vlaams Belang pleit ondertussen voor het gebruik van rumblers. Dat zijn toestellen die, in tegenstelling tot gewone sirenes, zeer lage tonen uitzenden en die door automobilisten meer gevoeld dan gehoord worden.