In het militaire ziekenhuis Koningin Astrid in Neder-Over-Heembeek is er vrijdag een hele dag lang een grote oefening op slachtofferidentificatie. De bedoeling is de slachtoffers na een ramp zo snel mogelijk te identificeren.
Grote oefening op slachtofferidentificatie in Neder-Over-Heembeek
Het scenario gaat als volgt. Een tankwagen ontploft in een benzinestation vlakbij het station in Etterbeek. Er zijn een dertigtal slachtoffers, onder wie negen doden en één zwaar verbrande persoon die het bewustzijn is verloren.
Die negen lichamen en de zwaar gewonde persoon worden binnengebracht in het Militair Hospitaal Koningin Astrid. Daar moet de identificatie zo snel mogelijk gebeuren. Daarnaast, ook deel van de oefening, worden de families in de best mogelijke omstandigheden opgevangen.
Het is een multidisciplinaire oefening, die als bedoeling heeft de samenwerking tussen alle diensten, die ook in een reële situatie bij zo'n ramp zouden betrokken zijn, te verbeteren. Dat zijn er heel wat: het Disaster Victim Identification Team (DVI) van de Federale Politie, Defensie, de civiele bescherming die technische ondersteuning biedt, het Rode Kruis en de dienst Volkgsgezondheid die zich bekommeren om de naasten van de slachtoffers, het federale parket en experts: wetsdokters en orthodontisten.
Vingerafdruk
Commissaris Christian Decobecq, commandant van het DVI, legt uit wat de verschillende stappen zijn in de oefening: "Eén stap wordt overgeslagen, dat is de berging van de lichamen. Dus we simuleren dat de lichamen binnenkomen in het mortuarium van het hospitaal zodra ze zijn samengesteld. Daar wordt een vingerafdruk genomen van het lichaam, worden de kleren uitgedaan en wordt het lichaam afgespoeld."
"Vervolgens geeft de wetsdokter een beschrijving van het lichaam met mogelijke littekens, tatoeages, moedervlekken, een beschrijving van de kleren, horloge, trouwring. Wat daarna volgt, is de afname van het DNA en tot slot is er een tandonderzoek," aldus Decobecq.
Meer middelen
Sinds de aanslagen van 22 maart 2016 en de parlementaire onderzoekscommissie die daarop volgde, beschikt het DVI over meer middelen. Commissaris Decobecq vertelt wat er aangekocht is: "Nu hebben we een mobiel mortuarium dat overal ontplooid kan worden, aluminium autopsietafels en een softwaresysteem waarmee de gegevens van het lichaam die de autopsie blootlegt, onmiddellijk kunnen worden gematcht met de gegevens die de families meedelen."
Voor de opvang van de families, die een cruciale rol spelen in de identificatie, is er veel aandacht tijdens de oefening. Belangrijk is dat er onmiddellijk psychologische bijstand is bij het arriveren aan het militair hospitaal. Er is een afzonderlijk parcours voorzien voor de families en voor de lichamen die binnengebracht worden. De families met nieuws en zij zonder nieuws worden gescheiden en er is een ruimte voorzien waar er hommage kan worden gebracht aan het slachtoffer.
Lees meer over: Neder-Over-Heembeek , Samenleving , militair ziekenhuis , rampoefening , slachtofferidentificatie
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.