Jacques Urbain werkt in luwte mee aan succes van Union

Tim Schoonjans
© Brussel Deze Week
08/04/2015

Union Sint-Gillis is goed op weg om de promotie naar tweede klasse af te dwingen. Dat sommige derdeklassers door strenge licentievoorwaarden niet wensen te promoveren helpt een handje, maar dat neemt niet weg dat Union sportief goed bezig is. Jacques Urbain (65) is na jarenlang trainer nu technisch directeur. Het succes is ook een beetje het zijne.

‘Elf keer ben ik als trainer gepromoveerd naar een hogere divisie,” vertelt Urbain. “In 2004 was dat met Union, toen we voor het laatst in tweede klasse hebben gespeeld. Het zou mooi zijn mocht ik tijdens mijn derde passage bij deze club nog eens kunnen promoveren. De kaarten liggen alvast goed.”

Urbain werd vorig seizoen terug aan boord gehaald bij Union. Zijn tweede termijn had nochtans een wrang gevoel nagelaten, onder meer door een bestuurswissel. Maar nu er met voorzitter Alain Vander Borght en hoofdinvesteerder Jurgen Baatsch een stevig bestuur aan het roer is, hapte hij toch toe.

“Ik werd aangetrokken om te werken aan de coördinatie met de jeugdschool. Ik ken de club goed. Een toffe, maar ook wel speciale club. Het is zeer familiaal en dat heeft ook mindere kanten. Zo trachten heel wat mensen – niet altijd met slechte bedoelingen, hoor – hun neus in allerhande zaken te steken. Dat heb ik hier ook als trainer meegemaakt.”

“Ik vind dat iedereen zijn plaats moet kennen. Op een bepaald moment moet je kordaat zijn en je verantwoordelijkheid nemen. Op alle niveaus. Door de functie van technisch directeur te creëren is er nu meer structuur.”

Alvorens die functie op te nemen, moest Urbain eind vorig seizoen nog inspringen als trainer. De ploeg strandde alsnog op een zucht van promotie naar tweede klasse, maar na het seizoen ruilde de interimcoach zijn functie voor die van technisch directeur.

“Mijn functie is nieuw binnen de club, al was er vorig seizoen met Abdel Borak wel een manager. Maar hij is eveneens spelersmakelaar en dat is geen evidente combinatie. Hij heeft heel wat spelers aangekocht die, hoewel ze niet slecht waren, volgens mij niet echt samen in een ploeg pasten. Er is niet genoeg gekeken naar de complementariteit van de spelers, zowel tactisch als psychologisch. Elf namen bijeen kopen kan iedereen. Maar je moet net een ploeg kunnen vormen.”

Geen geniepigaard
Urbain moest dus op zoek naar een nieuwe coach. Hij maakte een eerste selectie en ging in een later stadium de gesprekken aan met kandidaten, in overleg met de voorzitter en hoofdinvesteerder. Met zijn veertien jaar ervaring als lesgever aan de trainersschool was hij de geknipte selectieheer. “Drazen Brncic had tijdens ons gesprek wel indruk op mij gemaakt. Hij kon goed uitleggen wat hij wou en kon interessante methodes voorleggen. Hij tekende uiteindelijk in mei zijn contract.”

“Aangezien de onderhandelingen met de trainer nog liepen, ben ik begonnen met het samenstellen van de spelersgroep. De kern van 26 was te ruim en te veel jongens zaten in dezelfde periode in hun carrière. Daarom werd de groep opgekuist en werden er een paar jongeren naar de A-ploeg gehaald. Ik heb onder meer Geoffrey Cabeke en Charles Morren aangetrokken. Die laatste kende ik al een paar jaar en ben ik in tweede provinciale gaan halen.”

Urbain heeft dus samen met trainer Brncic de huidige spelerskern gevormd. Hij luistert naar de wensen van zijn coach, staat in contact met makelaars om naar opportuniteiten te speuren en gaat naar de bestuurders als er knopen doorgehakt moeten worden. Maar ook op tactisch vlak doet hij graag zijn zegje. “Natuurlijk heeft de coach het laatste woord. Maar het moet allemaal passen in de filosofie van de club. Tactisch heb ik ook wel een inbreng om daar op te letten. Elke week ga ik naar een drietal trainingen kijken en praat ik met de coach.”

Geen show
“Je mag me als een man van de luwte zien, ja. Maar niet in de zin van een geniepigaard, hé. Het is in positieve zin, om de trainer en de club te helpen.”

Het harde werk in het Dudenpark werpt dit seizoen zijn vruchten af. Mede dankzij het feit dat sommige derdeklassers hun licentie voor tweede klasse niet aanvroegen, is de kans groot dat Union binnenkort de promotie mag vieren. Achter de schermen wordt geanticipeerd. “Ik ben al bezig met volgend seizoen, ja. Ik weet nog niet met welk budget ik zal werken, maar ik kijk al uit naar interessante spelers. Indien we promoveren, zouden we toch drie à vier basisspelers moeten aantrekken. Mannen met ervaring in tweede die kwaliteit bijbrengen. Ze moeten niet met operettespelers afkomen, maar gasten met een goede mentaliteit. We moeten een stevige basis leggen zodat we geen liftploeg worden.”

Of er in de toekomst nog echt sprake zal zijn van liftploegen hangt af van de competitiehervorming die doorgevoerd zou kunnen worden. In het voorstel staat dat het aantal profclubs herleidt wordt tot 24 ploegen en dat de tweede klasse, die nog maar acht ploegen zal tellen, helemaal hervormd wordt.

“We moeten afwachten wat er uiteindelijk uit de bus komt. Maar we hebben wel de ambitie om ons stevig te settelen als we opgaan. Dat is ook nodig om goede spelers aan te kunnen trekken.

“De afgelopen maanden waait er alvast een frisse wind binnen de club. Jurgen Baatsch en medebestuurder Michael Piette hebben veel ideeën op commercieel vlak en dat doet de zaken bewegen. Nogmaals, bij een club als Union is het soms moeilijk omdat sommige mensen vasthouden aan hun gewoontes. Maar ik vind dat beide heren het goed doen. Uiteraard moet er gecommuniceerd worden met de sportieve cel om op dezelfde golflengte te blijven zitten, en dat gebeurt ook.”

Projecten zoals het bouwen van een tribune achter de goal, waar nu het secretariaat gevestigd is, lopen nog. Maar dergelijke zaken nemen tijd, veel tijd. Dat het stadion aan de gemeente behoort, zorgt soms ook voor lange wachttijden en bepaalde ongemakken op vlak van veldonderhoud. Maar volgens Urbain is de club op de goede weg. “Het is belangrijk om de promotie naar tweede klasse af te dwingen en op de ingeslagen weg door te gaan. Ik vind alvast dat we goed bezig zijn.”

--------------------------------

GEEN MINUUT STILTE MEER?

Union is terug hip. De tribunes zitten bijvoorbeeld steeds voller, heel wat cafés uitten zich als Uniongezind en @UnionStGilloise is steeds meer te vinden op Twitter. “Ik loop hier al een tijdje rond en ik merk ook wel dat Union steeds meer leeft,” aldus Urbain. “Ik zie steeds meer jonge gasten in de tribunes. Dat is goed, want we staan bekend als een club met een ouder publiek. Er wordt zelfs gegrapt dat elke thuismatch een minuut stilte wordt gehouden, want om de vijftien dagen is er wel iemand gestorven (lacht). Het is leuk om te zien dat die jonge gasten de mentaliteit en de sfeer van de club behouden.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Gillis , Samenleving , Sport

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni