Kritiek op aanpak Stefaniatunnel: 'Communicatie via eigen kanalen schiet zwaar tekort'

In het Brussels parlement kreeg mobiliteitsminister Pascal Smet enkele vragen over de Stefaniatunnel voorgeschoteld, die maandag volledig gesloten was. Smet bevestigde dat onvoorziene stofontwikkeling aan de basis lag, en zei dat de tunnel eind augustus opnieuw helemaal opent. Intussen krijgt Smet kritiek op de gebrekkige communicatie vanuit het Gewest over de zaak.

De sluiting van de Stefaniatunnel zondagavond en maandag was veroorzaakt door onvoorzien hevige stofontwikkeling bij het zandstralen in het tunneldeel dat afgesloten is. Smet zei dat de aannemer voorzorgen had genomen bij het zandstralen. Er werden bijkomende stofwanden opgericht en de technische lokalen werden met schuim afgesloten.

Maar de stofontwikkeling was veel groter dan voorzien en drong toch door in het tunnelgedeelte dat nog open is voor het verkeer en in de technische lokalen. Daardoor ging het brandalarm af en verspreidde het stof zich in de tunnel, verduidelijkte hij op vragen van Vincent De Wolf (MR), Cieltje Van Achter (N-VA) en Stefan Cornelis (Open Vld).

De tunnel werd daarop afgesloten om te onderzoeken of er sprake was van een brand, dan wel of het alarm enkel afging wegens de stofontwikkeling. Die controle verliep moeizaam wegens de slechte zichtbaarheid. Het ventilatiesysteem kon het stof niet aan, stelde Smet.

“We gaan met incidenten zoals deze blijven zitten tot de werkzaamheden helemaal afgerond zijn”, zegt Cieltje Van Achter aan BRUZZ. “Die rookontwikkeling wijst er trouwens op dat het afzuigsysteem niet goed gewerkt heeft, en ook dat is een groot probleem.”

Ter herinnering: een deel van de Stefaniatunnel is al dicht sinds begin 2016, vanwege scheurtjes in het plafond. De werkzaamheden aan dat deel veroorzaakten maandag de problemen in de bocht richting Naamsepoort en hadden de volledige sluiting tot gevolg.

‘Steeds risico op sluiting’
Maandagmorgen vond een vergadering plaats van Brussel Mobiliteit en de aannemer. "De staat van de tunnels is niet goed, dus is er steeds een risico op sluiting, zeker in tunnels waar gewerkt wordt", aldus de minister, die nog benadrukte dat er alles aan gedaan wordt om de tunnels open te houden.

Volgens Smet was de communicatie over het incident goed. Van Achter trekt dat in twijfel. “Er is wel veel via de media gecommuniceerd, maar op de eigen kanalen schoot het Gewest zwaar tekort”, zegt het N-VA-parlementslid. “Je moet al een expert zijn om de Twitter van Mobiris goed te begrijpen en te volgen. Op de website van Brussel Mobiliteit vond je gewoon niets terug over de sluiting.”

“Het Gewest moet zelf meer communiceren: wat is de stand van zaken, wanneer wordt er meer nieuws verwacht,…”, vervolgt Van Achter. Ook bij de sluiting van de tunnel begin januari was de communicatie volgens haar niet optimaal: “Toen was er gewoon geen communicatie, en werden er bijvoorbeeld geen alternatieve routes voorgesteld.”

Pascal Smet besloot met de mededeling dat de werken volgens de aannemer op schema zit. Dat betekent dat de volledige tunnel bij het einde van de schoolvakantie terug open zal zijn "behoudens onvoorziene grote problemen".