Kwart meer fietsers in 2011

Het aantal fietsers in het Brussels Gewest steeg vorig jaar met 24 procent. Wie fietst noemt het vervoermiddel snel, praktisch en ook gewoon plezierig.

Pro Velo telde het voorbije jaar op 27 plaatsen fietsen. Gemiddeld leverde dat 159 fietsers per uur op, een stijging met 24 procent. Dat schrijft De Standaard.

De fiets blijft dus aan belang toenemen in het Gewest, een evolutie die nog eens versterkt wordt in 2012 door de uitbreiding van Villo, dat van 2.500 naar 5.000 fietsen groeit.

Toch blijft het aandeel van de fiets in het totale mobiliteitsplaatje nog steeds bescheiden: 4 procent van alle verplaatsingen gebeuren op twee niet-gemotoriseerde wielen. Bij het woon-werkverkeer stijgt dat aandeel al naar 6,8 procent.

Ter vergelijking: in Antwerpen zijn tweewielers goed voor 12 procent van de verplaatsingen. Het Brussels Gewest wil tegen 2015 naar 10 procent, een doelstelling die weinig realistisch lijkt aan het groeitempo van de voorbije jaren. In 2020 moeten fietsen zelfs 20 procent marktaandeel hebben, vijf keer meer dan vandaag.

Plezier
Pro Velo ondervroeg zowel fietsers als niet-fietsers ook over hun beweegredenen. Wie wel fietst apprecieert de snelheid, het praktische aspect (gedaan met parkeerplaats zoeken) en het fietsplezier.

Brusselaars die niet fietsen zien wel de milieuvoordelen van een tweewieler, maar denken dat fietsen nauwelijks een snelheidsvoordeel oplevert. Zij zien ook op tegen het gebrek aan comfort, de verkeersonveiligheid, de weersomstandigheden en de kans op fietsdiefstal.

Meer fietsinfrastructuur
Brussels parlementslid Jef Van Damme (SP.A) vreest dat de positieve beweging waarop de Brusselse regering nu aan het surfen is, stil zal vallen als de regering niet snel werkt maakt van een degelijke fietsinfrastructuur.

"Het aantal fietsers stijgt, maar het aantal fietspaden stijgt niet mee", zegt Van Damme. "We plukken nu nog steeds de vruchten van het fietsbeleid uit de vorige legislatuur. Om een fietscultuur te stimuleren, moet er ook meer aandacht aan de fietsinfrastructuur gegeven worden. Dat betekent meer inzetten op fietspaden, maar ook op verkeersveiligheid en het bestrijden van fietsdiefstallen."