Meer volk op wachtlijst dan in woning

Eén socialehuisvestingsmaatschappij op de drie loopt vertraging op met de bouw of renovatie van woningen. Meer controle moet soelaas brengen.

Van de 33 socialehuisvestingsmaatschappijen in het Brusselse gewest "zit een derde niet op schema" met investeringen in de bouw of renovatie van woningen. Dat zei Gert Van der Eeken, de voorzitter van de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij (BGHM). Hij vertelde dat in de marge van de persconferentie over de nieuwe vijfjarige beheersovereenkomst tussen het Brussels Gewest en de BGHM. Volgens Van der Eeken, tevens waarnemend directeur-generaal bij de Gomb, ligt die vertraging vooral aan externe factoren. "Personeel dat voor een hoger loon naar de privé­sector vertrekt, is een belangrijke factor. Ook zijn er buurten die zich tegen de bouw van sociale woningen verzetten, en het gebeurt ook dat het Gewest een bouwplan afkeurt."

Die vertraging kan het Gewest missen als kiespijn. Voor het eerst staan er meer mensen op de wachtlijst (36.867) voor een sociale woning dan dat er mensen zo'n huis bewonen (35.946). Met de verwachte demografische boom (133.000 extra inwoners tegen 2020) zullen die wachtlijsten nog aangroeien. Tegelijk staan 2.443 sociale woningen leeg. Een derde daarvan dient als buffer bij verhuizingen, de rest wordt gerenoveerd.

Opdat de openbare vastgoedmaatschappijen meer woningen zouden bouwen (en de leegstand wegwerken), voeren de Brusselse staatssecretaris voor Huisvesting Christos Doulkeridis (Ecolo) en de BGHM stimulansen en sancties in. Een sanctie bij (te) veel vertraging is minder geld ontvangen; een mogelijke stimulans is bijstand uit een expertisepool. Van der Eeken: "Een jurist uit die pool kan zijn expertise aan een maatschappij verlenen. Waarom zou elke maatschappij alle knowhow in huis moeten hebben?" Wanneer de expertisepool precies van start gaat en hoeveel extra personeel aangeworven wordt, moet een consultant bekijken. Wat de socialehuisvestingsmaatschappijen betreft, ziet de BGHM-voorzitter geen heil in het reduceren van de 33, een vraag van heel wat Vlaams-Brusselse politici. "We moeten eerder kijken of ze goed beheerd worden." Dat zal gebeuren in een nog op te richten interne opvolgingsgroep, die bestaat uit het Gewest, de BGHM en de 33 socialehuisvestingsmaatschappijen.