Minder Brusselaars zeggen auto vaarwel

De Brussel’AIR-premie is steeds minder in trek. In 2010 ruilden 1.429 mensen hun nummerplaat voor een formule met een openbaar vervoersabonnement en/of autodelen. Dat zijn er ruim 400 minder dan in 2008. In Vlaanderen piekt een gelijkaardige formule net.

In 2008 kozen 1.847 Brusselaars ervoor om hun auto vaarwel te zeggen en een Brussel'airpremie te incasseren. Een jaar later daalde dat aantal tot 1.618 en in 2010 zakte het aantal met nog eens ruim 10 procent tot 1.429. Dat blijkt uit navraag door brusselnieuws.be bij vervoersmaatschappij MIVB.

De meeste mensen - 871- kozen in 2010 voor de formule waarbij een jaar gratis openbaar vervoer gecombineerd werd met een cambioabonnement (autodelen).

376 gaven de voorkeur aan een jaar autodelen in combinatie met een fietspremie van maximaal 505 euro.

De overigen maakten gebruik van formules waarbij niet enkel de nummerplaat maar ook de hele auto werd vernietigd.

Een enquête onder de autoverlaters wees uit dat 80 procent meer gebruik wou maken van het openbaar vervoer. 73 procent wou meer stappen, 40 procent ziet zichzelf meer fietsen en 24 procent was van plan om meer van autodelen gebruik te maken. De respondenten konden verschillende mogelijkheden aankruisen.

De cijfers tonen een ander beeld dan Vlaanderen, waar het aantal gelijkaardige premies vorig jaar met 10 procent steeg, tot 11.095. Dat betekent meteen dat het nummerplaat inleveren ook per hoofd van de bevolking populairder is in Vlaanderen.

'Geen grootschalige campagne'
De verklaring voor de daling moet vooral gezocht worden in de zichtbaarheid van de premie, weet de MIVB. "Onze marketingdienst merkt dat campagnes een heel belangrijk effect hebben op de cijfers," zegt woordvoerster An Van hamme. "In 2010 is er niet grootschalig gecommuniceerd. Dit jaar pakken we het anders aan en komt er een grote campagne tijdens de week van de vervoering."