Nadja Allgeier

Nadja Allgeier: ‘Geven, zo veel ik maar kan’

Karel Van der Auwera
© Brussel Deze Week
14/05/2014

Nadja Allgeier stelt haar kunst ten dienste van het goede doel. "De armoede in Brussel raakt me diep. De verdoken armoede, de armoede in het straatleven."

N adja Allgeier is Zweedse van nationaliteit. Ze werd geboren in Bombay, nu al meer dan veertig jaar is het Brusselse haar thuis. “Mijn vader werkte in India als afgevaardigde van Swedish Match voor de Western India Match Company, een van de vele fabrikanten van lucifers die het land rijk is. Daar, in het mierennest dat Bombay is, heeft hij mijn moeder leren kennen. Française, dochter van de toenmalige gouverneur van Frans-India, toen nog een van de restanten van een afgebrokkeld koloniaal verleden. Enkele jaren later zijn we naar België verhuisd, waar mijn vader voor Swedish Match in Geraardsbergen de Union Allumetière heeft opgericht. De ‘stekskesfabriek’ in de volksmond. Geen Belg, denk ik, die nooit een van de gele doosjes heeft vastgehad, waarin de Union Match-lucifers zijn verpakt. Wat er ook onder vaders leiding werd geproduceerd, waren de Unalit-vezelplaten, die oogden als keramiek. Het hoorde bij de rijke investeringspolitiek van Zweedse firma’s in België. Denk bijvoorbeeld maar aan Volvo, of aan Atlas Copco.”

“Veel heb ik van die periode niet ter plekke meegemaakt. Omdat ik op kostschool zat in Zwitserland. België en het ouderlijk huis waren iets voor de vakanties. Pas toen ik zestien was ben ik hier middelbare school beginnen te lopen. Een van mijn doelstellingen was Nederlands leren, want ik wilde alle landstalen beheersen. En blijkbaar was ik niet zo’n slechte leerlinge: na nog geen drie maanden behaalde ik al de beste cijfers van de klas in het Nederlands. Het ging me zo makkelijk af dat sommigen me een genie noemden, maar dat ben ik niet. Mijn goede kennis van het Duits – dat ik net als het Italiaans in Zwitserland had geleerd – was een grote hulp. Ik was wel echt gebeten: na het behalen van mijn diploma middelbaar onderwijs ben ik niet naar Zweden op vakantie gegaan, maar heb ik een zomercursus Nederlands gevolgd in Amsterdam. Grappig was dat de mevrouw bij wie ik daar logeerde, madame Havercorn, enkel Engels en Frans sprak.”

Goede en slechte verrassingen
Allgeier heeft in haar jonge jaren ook nog in Engeland gewoond, Londen. Waar ze voor de BBC heeft gewerkt. En in het Spaanse Sevilla, waar ze in één moeite Spaans heeft geleerd. Nu, al decennialang, staat haar bedstee in het Brusselse. Vier jaar geleden verhuisde ze van Kraainem, naar de buurt van het Jubelpark. Vijf zonen en één dochter heeft ze hier grootgebracht. “Met hoeveel kleinkinderen ben ik gezegend?” Allgeier lacht: “Dertien. Ze weten me goed bezig te houden, ja.”

“Het Brusselse kiezen om te wonen en mijn kinderen groot te brengen, is een bewuste keuze geweest. Net zoals het een bewuste keuze was van mijn ouders. Met de jaren ben ik me ook meer Brusselse beginnen te voelen dan Zweedse. Brussel houdt nooit op te verrassen. Goede verrassingen, slechte verrassingen. Dat heb ik zelf al aan den lijve mogen ondervinden. Toen ik nog in Kraainem woonde, stonden onze deuren steeds open, wagenwijd. Nooit is er iets onaangenaams voorgevallen. Sinds we vier jaar geleden naar hier zijn verhuisd, is mijn auto op korte tijd twee keer gestolen, is er ingebroken, ben ik het slachtoffer geweest van agressie. Maar ik laat het niet aan mijn hart komen, want deze plek heeft zo veel te bieden. Alleen al het feit dat ik hier dag in dag uit verschillende talen mag horen, verschillende talen kan spreken als ik het wil, maakt van Brussel een ongelooflijk boeiende habitat. Het is iets dat ik in mijn jaren in het buitenland nooit heb mogen ervaren, of in veel mindere mate.”

Wat mijn gastvrouw in haar jonge jeugdjaren in Zwitserland ook heeft geleerd, is creatief te zijn. Daar op kostschool was schilderen haar favoriete keuzevak. “Mooi was dat, behalve discipline, niets werd opgedrongen. Het stond me vrij mijn stijl te kiezen. Ik heb een voorliefde voor het figuratieve, maar ik pin me niet graag vast op één enkele schildertechniek. Hout, glas, spiegels, canvas: het maakt me niet uit. Tot zelfs het inbranden van tekeningen in hout en die vervolgens inkleuren. Een techniek die veel in Zwitserland wordt gebruikt.”

Veel van wat Allgeier uit haar penseel tovert, kan men klasseren als naïeve schilderkunst. Schilderkunst die al tot verschillende tentoonstellingen heeft geleid in binnen- en buitenland, maar die vooral bij haar sociaal engagement van dienst is. Dat vult ze in als vicevoorzitter van verschillende liefdadigheidsinstellingen. “Die bezorgdheid voor de minderbedeelden onder ons draag ik al van kleins af mee. Daarbij werd ik geïnspireerd door mijn grootouders. Toen we nog in India leefden, had ik het voorrecht te mogen zien hoe ze, met een hart van goud, mensen hielpen. Elke vrijdag kwamen de armen naar hen thuis, waar ze te eten kregen, en kleding. Een les in naastenliefde die me altijd is bijgebleven.”

Nadja Allgeier is actief als vrijwilligster bij de vzw Femmes d’Europe, L’Association des Femmes d’Amérique Latine en ook voor het Instituut Jules Bordet, een oncologisch ziekenhuis, zet ze zich belangeloos in. Tevens is ze lid van Amade, een organisatie in het leven geroepen door wijlen Prinses Gracia van Monaco voor de hulp aan kinderen in nood. Maar het zijn vooral haar activiteiten met Femmes d’Europe die in het oog springen.

“Het hele jaar door organiseren we activiteiten om geld in te zamelen. Met als hoogtepunt onze jaarlijkse Kerstbazaar in het Beaulieugebouw in Oudergem. Elk land dat in onze organisatie vertegenwoordigd is, heeft er zijn stand. Vorig jaar hebben we met Kerst maar liefst 60.000 euro ingezameld. Op twee dagen tijd. We zamelen niet alleen geld in, we letten er ook op dat het nadien op de juiste plaats terechtkomt. Zonder dat er biljetten aan de verkeerde vingers blijven kleven. Slechts vijf procent van onze inkomsten gaan naar onkosten. Voor briefpapier, postzegels. Dikwijls gebruiken we zelfs geen postzegels en doen we de brieven zelf op de bus om geld te besparen. Over zowat de hele wereld hebben we projecten lopen. Afrika, Azië, het Midden-Oosten, Zuid-Amerika, Europa... De projecten waar het geld naartoe gaat, worden telkens gekozen op aangeven van één lid. Er komt pas groen licht als iedereen pro is. Er begeeft zich ook steeds iemand ter plekke, om erop toe te zien dat de volledige som op de juiste bestemming terechtkomt.”

“De door mij aangedragen projecten zijn steeds gericht op Afrika en India. Afrika, omdat de nood daar het hoogst is. India omdat ik er nog steeds een band mee heb. Een daarvan is dat van professor De Backer, gewezen diensthoofd van St-Elisabeth in Ukkel, die na zijn pensioen ziekenhuizen in Congo heeft geopend. Ziekenhuizen voor herstellende chirurgische hulp aan meisjes wier zwangerschap op erg jonge leeftijd zware fysieke littekens heeft achtergelaten. Wij steunen niet alleen de ziekenhuizen, we trachten er tevens voor te zorgen dat die jonge moeders achteraf een deftig onderkomen hebben.”
“Een nood die gekoppeld is aan armoede lenigen, is ook hier in Brussel een nijpend probleem. Daar hebben we met Femmes d’Europe eveneens oog voor. Zo zijn er echtgenoten van sommige leden, die de daklozen die overdag in en rond het Centraal Station toeven, een scheerbeurt geven. Tevens hebben we enkele centra waar de minstbedeelden zich kunnen komen wassen, waar vrijwilligers zich bekommeren om hun wasgoed.”

www.assocfemmesdeurope.eu

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Etterbeek , Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni