Ontmijningsdienst DOVO heeft tussen begin 2016 en de eerste helft van 2017 320 interventies gedaan voor verdachte pakketten. Dat zijn er vier per week. In de periode 2014-2015 waren dat er gemiddeld maar twee per week. Dat blijkt uit cijfers die CD&V-Kamerlid Veli Yüksel heeft opgevraagd bij minister van Defensie Steven Vandeput.
Nooit eerder zoveel DOVO-interventies
DOVO of de Dienst voor Opruiming en Vernietiging van Ontploffingstuigen moet steeds vaker uitrukken voor verdachte pakketten. Volgens de cijfers van Defensie waren er in 2013 94 interventies voor verdachte pakketten, in 2014 116 en in 2015 158. Voor de periode van begin 2016 tot de eerste helft van 2017 zit DOVO al aan 320 interventies.
"Aan dit tempo zullen aan het einde van dit jaar de kaap van 400 interventies overschreden worden. En dat is een absoluut record", zegt CD&V'er Yüksel. De stijging van het aantal interventies wordt toegeschreven aan de terreurdreiging. "De werklast van de DOVO-medewerkers is aanzienlijk toegenomen sinds de aanslagen van 22 maart 2016", aldus Yüksel.
Dan is er nog de vraag wie opdraait voor de kosten voor de interventies, want vaak gaat het om valse meldingen. Het is telkens de politie die een evaluatie van de dreiging maakt en een pakket al dan niet verdacht verklaart. DOVO beschouwt elk verdacht voorwerp als een reëel tuig, tot het tegendeel wordt bewezen. Het is vervolgens Defensie die de kosten draagt.
Lees meer over: Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.