De Vlaamse Onderwijsinspectie trekt aan de alarmbel over de kwaliteit van het Nederlandstalig onderwijs in Brussel. Zes procent van de basisscholen en zelfs negen procent van de middelbare scholen krijgt een ongunstig advies. Oorzaken zijn onder meer bomvolle schoolgebouwen, onvoldoende ervaren leerkrachten, en te weinig pedagogische begeleiding.
Onderwijsinspectie slaat alarm over kwaliteit Brusselse scholen
Dat meldde Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) woensdag op een persconferentie.
De onderwijsinspectie geeft slechts 43 procent van de onderzochte Brusselse lagere scholen een onverdeeld gunstig advies. Dat is minder dan in Antwerpen (64 procent) en de Vlaamse centrumsteden (67 procent).
51 procent van de Brusselse lagere scholen krijgt een gunstig advies met voorwaarden, voor 6 procent (8 scholen) adviseerde de inspectie vorig jaar de erkenning in te trekken. Dat percentage ligt hoger dan in de rest van Vlaanderen, waar het op 3 procent ligt. Scholen krijgen vervolgens twee maanden de tijd om een verbeteringsplan voor de vastgestelde tekortkomingen in te dienen, zoniet wordt de procedure tot intrekking van de erkenning opgestart.
Overbevolking
Dit relatief hogere cijfer ligt voor een deel aan de grootstedelijke context, zegt de Onderwijsinspectie. Het aantal kinderen in Brusselse Nederlandstalige scholen is in de laatste decennia meer dan verdubbeld. Amper drie op de tien lagereschoolkinderen komen uit een Nederlandstalig of gemengd gezin en het aantal leerlingen met een niet-westerse culturele achtergrond is er gestegen tot 58 procent.
Scholen hebben het daardoor moeilijk om de onderwijsdoelen voor Nederlands volledig aan te bieden. Daarnaast hebben de schoolgebouwen in Brussel door de overbevolking "een kritische grens van bewoonbaarheid" bereikt, stelt de inspectie.
Bovendien haken leraren in Brussel sneller af en zijn ze minder ervaren.
"Lesgeven in Brussel vereist een expertise die niet bij alle leraren aanwezig is", zegt inspecteur-generaal Lieven Viaene op de persconferentie. "Net in Brussel zien we dat weinig leerkrachten hun positie lang volhouden. We hebben nood aan een stabieler lerarenkorps en gerichte begeleiding van de zwakke scholen."
De onderwijsinspectie pleit ook voor expliciete kwaliteitsindicatoren voor toetsen en examens. Viaene: "Zo niet halen jongeren wel een diploma, maar eigenlijk niet de norm."
Te veel ASO-opleidingen
In het secundair onderwijs krijgt slechts 20 procent van de Brusselse scholen een onvoorwaardelijk gunstig advies. 9 procent krijgt een ongunstig advies.
De Onderwijsinspectie wijst net als in 2007 op het disproportionele aanbod aan ASO-opleidingen in Brussel. Ze vraagt dringend meer arbeidsmarktgerichte opleidingen.
“Bijna 60 procent van de plekken in het secundair onderwijs vallen binnen het ASO, terwijl dat in Vlaanderen maar rond de 40 procent ligt", zegt Viaene. "Jongeren zijn daardoor soms niet in staat de opleiding te volgen die het beste bij hun interesses en capaciteiten past. Daardoor halen kinderen soms een diploma, maar scoren ze vervolgens zeer zwak in het hoger onderwijs.”
“Het gebrek aan technische en beroepsopleidingen is voor een deel ook verantwoordelijk voor de hoge schooluitval in Brussel”, zegt minister Crevits nog aan brusselnieuws.be.
Ze wijst erop dat er nog een technische school in Schaarbeek-Evere gepland staat, maar dat die nog altijd niet gebouwd is. "Het is verder een groot probleem dat veel capaciteitsmiddelen al toegekend zijn, maar nog niet gebruikt. 44 procent van de geplande werkzaamheden in Brussel zijn zelfs nog niet gestart." Crevits kondigt een monitoring aan van alle eerder toegekende middelen.
Bekijk hieronder ook de reportages van tvbrussel:
Lees meer over: Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.