Maurice des Ombiauxlaan c Saskia Vanderstichele

Online huizeninventaris: ‘De middelmaat is prachtig’

Steven Van Garsse
© Brussel Deze Week
11/12/2013

Elk huis heeft een geschiedenis, het ene al interessanter dan het andere. Monumenten en Landschappen verzamelt die in een inventaris en publiceert die op het internet. Huis per huis. We trokken met Tom Verhofstadt door de wijken Huart Hamoir en Colignon. “De stad is als een boek.”

H et Brussels Gewest telt drie instrumenten om zijn erfgoed te beoordelen: het register van beschermd erfgoed, de bewaarlijst en de inventaris. Dat laatste middel biedt de minste bescherming, maar is tegelijkertijd misschien wel het meest interessante. De inventaris biedt geen overzicht van de uitzondering, van de exceptionele art-nouveauwoning bijvoorbeeld, maar van de doordeweekse bebouwing. En die is in Brussel van een onvermoede schoonheid.

Lukraak
Vandaag heeft het Brussels Gewest al zo’n 14.000 gebouwen op zijn grondgebied beschreven. Monumenten en Landschappen gaat daarbij meticuleus te werk. Het bakent een wijk af en begint dan elk huis te fotograferen. Een ruime selectie daarvan wordt ook beschreven, als het kan aan de hand van opzoekingen in het gemeentearchief of oude foto’s.

Daar zitten tal van huizen bij die u en ik kennen. Of misschien net niet. Want het is een ongeschreven wet dat heel wat bewoners en passanten door Brussel drentelen en intussen de pracht en praal missen van het Brussels erfgoed.

We wandelen met Tom Verhofstadt van Monumenten en Landschappen door de Huart Hamoirlaan om huizen te kijken. Die wijk werd zopas in de inventaris opgenomen. We stoppen bij een lukraak huis en zien een majestueuze woning. Het huis is niet beschermd. Waardevol is het zeker. “Dit huis verdient het om er even bij stil te staan,” zegt Verhofstadt. “Het is een opbrengsthuis in eclectische stijl met art-nouveau-elementen. Als je even verder kijkt in de inventaris, (Verhofstadt neemt zijn tablet erbij, SVG) leer je dat er vroeger achterin een koekjesfabriek zat. Op de website geven we daar de plannen van mee. We geven de typologie, de architect als die bekend is, het bouwjaar en een volledige kunsthistorische beschrijving van de gevel.”

De inventaris kent een groot succes. De website wordt door 25.000 mensen per maand bezocht. “Erfgoed is enorm in trek,” zegt Verhofstadt. “Of het nu om de eigenaar gaat die de geschiedenis van zijn huis of de straat wil kennen, of de toerist.”
“Je kan de stad zien als een boek, met straten als paragrafen, en huizen als woorden. Het is onze betrachting om de stad leesbaar te maken.”

Plantsoenwijk
De inventaris is tevens een uitstekend instrument voor de overheid zelf, al was het maar om haar eigen patrimonium beter te leren kennen. Zo haalt de inventaris de naam van de urbanist uit de schaduw die de Huart Hamoirwijk rond de vorige eeuwwisseling heeft getekend: Octave Houssa. Hij maakte van de akkers en velden aan het Walckierskasteel een plantsoenwijk en liet zich vrijelijk inspireren door de squares in de Leopoldwijk.

De urbanisatie van rond 1900 is boeiende materie. Het was een tijd van grote bevolkingsaanwas. Er werden volop wijken aangelegd buiten de stadsmuren van de Vijfhoek, in de dorpen errond als Schaarbeek, Kuregem, Sint-Gillis, Vorst en Laken. “Het valt op met welke kwaliteit die huizen zijn gebouwd. Daarom zeggen wij ook: de eerste kroon en de Vijfhoek samen zijn goed voor driekwart van het waardevol erfgoed in Brussel. We concentreren ons daar nu op. De ambitie is om in 2016 de laatste wijk van dat gebied te inventariseren, zodat we in 2018 klaar zijn.”

Zoete broodjes
Die eind negentiende-eeuwse bouwwoede is het gevolg van zuivere vastgoedspeculatie. Grootgrondbezitters verkavelden, lieten straten trekken en huizen neerzetten. Die verkochten als zoete broodjes.

Wat opvalt, is dat die ‘prachtige middelmaat’ die de stedelijke ontwikkeling van rond 1900 zo heeft opgeleverd, er gekomen is door vaak onbekende architecten. “Soms is er zelfs geen architect,” zegt Verhofstadt. “Dat beroep was toen nog niet beschermd. We krijgen seriewerk, maar wel van hoge kwaliteit.”

Hij toont ons een huis en wijst ons op de sokkel. “De gevel is gesigneerd. De architect was een zekere Hugo De Smet. Maar bekijk de sokkel goed. Het schrijnwerk, het smeedwerk en de blauwsteen vormen samen een klein schilderij.”
Meer nog dan vroeger is seriewerk een aandachtspunt voor de patrimoniumspecialist. “Vroeger gingen we echt huis per huis te werk. Nu bekijken we de huizen in hun context. Je hebt huizen die misschien geen pareltjes zijn, maar breek je ze af, dan is de coherentie van de huizenrij verstoord.”

De inventaris levert geen bescherming op. Dat komt omdat die nog niet in het Staatsblad is verschenen, in tegenstelling tot Vlaanderen, waar de inventaris wél een wettelijk instrument is.

In afwachting is er een overgangsmaatregel. Bij elke bouwaanvraag voor een gebouw van voor 1932 is Monumenten en Landschappen betrokken. “Maar die datum is natuurlijk niet zaligmakend,” zegt Verhofstadt, terwijl we verder wandelen. “Neem nu dit huis in art-decostijl. Het dateert van na 1932 en is erfgoedkundig best interessant. Maar de eigenaar kan ermee doen wat hij wil.”

Gebriquetteerd
Het voordeel van de inventaris is dat de gemeenten, die de bouwvergunning afleveren, nu minstens beschikken over een degelijke kunsthistorische beschrijving. “Als gemeenten aandacht hebben voor hun erfgoed, en Schaarbeek is zo een gemeente, dan zullen ze toch met die inventaris rekening houden, zelfs al is het gebouw niet wettelijk beschermd.”

We wandelen verder door de Huart Hamoirlaan, richting het gemeentehuis van Schaarbeek. Die wijk wordt de komende maanden onder handen genomen. “We zien al meteen een andere typologie,” zegt Verhofstadt, “De huizen zijn enkele decennia eerder gebouwd. Neoklassiek was toen erg in trek.”

We zien ook hoe sommige huizen verbouwingen achter de rug hebben. In het interbellum kreeg een van de huizen onderaan een winkelpui, later werd het huis met een etage verhoogd. En in de jaren vijftig kreeg de gevel een voorzetsteentje. “We noemen dat een gebriquetteerde gevel,” zegt Verhofstadt. Het resultaat van al die verbouwingen is een knoeiboel, die het ritme van de huizenrij danig verstoort. Verhofstadt: “Het voordeel van het voorzetsteentje is dat het er makkelijk af kan gehaald worden, zodat de gevel terug in ere hersteld kan worden.”

www.irismonument.be

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Schaarbeek , Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni