De Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen (KCML) blokkeert alle plannen voor de verlichting van historische gebouwen, zegt het Brusselse architectenbureau Arter. “Niet waar,” klinkt het bij de Commissie. “We vragen wel dat een gebouw goed leesbaar blijft.”
Ontwerpers en Commissie in de clinch over lichtplan
Arter mocht in opdracht van Stad Brussel het lichtplan uitwerken. De Stad, die zo’n 26.000 lichtpunten telt, beschikt immers over een verouderde uitrusting. Veertig procent van de straatlampen is ouder dan twintig jaar, maar er zijn ook lantaarns die er al zestig jaar staan en nog op kwik werken.
Het lichtplan, dat vorig jaar door het Brusselse stadsbestuur werd goedgekeurd, voorziet in de vervanging van 25 procent van alle straatlampen in tien jaar tijd. Te beginnen bij de oude kwiklantaarns, die vanaf 2015 verboden zijn door Europa. In het belang van de zichtbaarheid worden overal de gele natriumlampen vervangen door wit licht van metaalhalogeenlampen. “De hele vervangoperatie zal na tien jaar tot een daling van het energieverbruik met vijftien procent leiden,” zegt Marc Gemoets van Arter.
In het plan, dat samen met lichtontwerper Barbara Hediger uitgewerkt werd, worden de historische centra geaccentueerd en voorts ook alle grote verkeersassen, de wijken met een sterke identiteit, de haven en het kanaal. Natuurgebieden en parken worden niet of zwak verlicht. Dat is beter voor de biodiversiteit.
Arter had aanvankelijk ook de opdracht om tien historische – en beschermde – gebouwen te verlichten zodat die ‘s nachts beter uit de verf zouden komen. Zo bijvoorbeeld de Sint-Michielskathedraal, de Beurs, de Kapellekerk, de Hallepoort, het Martelaarsplein en het Klein Kasteeltje. Het bureau deed verschillende voorstellen, maar die botsten telkens op grote bezwaren van de Commissie voor Monumenten en Landschappen. “We hebben twee jaar lang geprobeerd om met de Commissie tot een akkoord te komen. Talloze nachtelijke vergaderingen zijn eraan gewijd. Uiteindelijk hebben we het moeten opgegeven. De Commissie wil niets, onder het voorwendsel dat de gebouwen vroeger ook niet verlicht waren,” zegt Gemoets. “Brussel is daarmee de enige stad in Europa waar de historische gebouwen en monumenten geen scenografische verlichting hebben.”
De Commissie is het oneens met deze kritiek. “Wij zijn niet tegen de verlichting van gebouwen. Kijk maar naar de Grote Markt, het stadhuis van Schaarbeek en de Koninklijke Sint-Mariakerk in Schaarbeek. Maar met deze voorstellen konden we niet akkoord gaan omdat ze ten koste gingen van de leesbaarheid van de gebouwen. Voor ons moeten alle belangrijke delen van een gebouw verlicht zijn. Dus niet alleen het dak of de sokkel.” Ook was de Commissie niet gelukkig met het overmatige gebruik van led-lampen, die het gebouw van onderuit aanstralen. “Daarmee wordt elke oneffenheid zichtbaar en worden details verlicht die niet bedoeld zijn om geaccentueerd te worden. Dit geeft een onesthetisch resultaat.”
Lees meer over: Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.