Oussama Atar: Amnesty riep op tot medische hulp, niet vrijlating

Mensenrechtenvereniging Amnesty International heeft in 2010 enkel actie gevoerd voor het recht op gezondheid en niet voor de vrijlating van 's lands meest gezochte terrorist, de Brusselaar Oussama Atar. Dat zegt de organisatie vandaag zondag in een persbericht.

Atar werd vier jaar geleden vrijgelaten uit een Iraakse gevangenis omdat hij zogezegd 'doodziek' was. Dat gebeurde onder druk van de Belgische federale overheid, Amnesty International en de familie van Atar.

In 2010 waren er sterke aanwijzingen dat Atar, die toen in een Iraakse gevangenis zat, kampte met ernstige gezondheidsproblemen, zegt Amnesty International. "Op basis van de toenmalige berichten heeft de organisatiezes jaar geleden haar bezorgdheid geuit en de Iraakse autoriteiten opgeroepen om alle noodzakelijke medische hulp te voorzien voor Atar. Elk individu, gevangen of niet, heeft recht op basisgezondheidszorg.

"Amnesty International heeft toen, in 2010, enkel actie gevoerd voor het recht op gezondheid en niet voor de vrijlating van Atar," klinkt het. De vereniging veroordeelt met klem elke daad van terreur. "Er is geen enkel excuus voor blind geweld tegen burgers. Overheden moeten er alles aan doen om hen te beschermen tegen terreur en daders moeten in een eerlijk proces ter verantwoording geroepen worden."