Paul De Knop: 'Studeer niet in je achtertuin'
door Paul De Knop, rector Vrije Universiteit Brussel
N iet iedereen weet het of wil het weten, maar Brussel is de grootste studentenstad van België. Ruim zeventigduizend jongeren zijn ingeschreven aan een hogeschool of universiteit van de hoofdstad. Bijna 25.000 van deze studenten volgen hoger onderwijs in het Nederlands.
Maar Brussel is meer dan een studentenstad, het is ook het kloppende hart van België en Europa. Daardoor biedt studeren in Brussel voordelen die geen enkele andere (studenten)stad in ons land te bieden heeft. Waar kun je bijvoorbeeld beter politieke wetenschappen studeren dan op een steenworp van de Wetstraat, in de schaduw van Kamer, Senaat, Vlaams, Brussels en Europees parlement? Waar kun je beter moderne Europese talen studeren dan in een stad waar al die talen gewoon op straat gesproken worden? Of bouwkundig ingenieur in het centrum van het vastgoed? Of alle economische opleidingen in het economische hart van België? Of sociologie in een kosmopolitische stad waar de diversiteit manifest is?
Regionaal
Toch hangen er donderwolken boven het Nederlandstalig hoger onderwijs in Brussel. Het beleid wil het aantal opleidingen beperken, en het aantal eerstejaarsstudenten gaat niet langer in stijgende lijn. Ook aan mijn eigen instelling, de Vrije Universiteit Brussel, is er voor het eerst in vele jaren sprake van een lichte daling van het aantal nieuwe studenten.
Een ding staat vast: aan de kwaliteit van ons onderwijs zal het beslist niet liggen. Onze opleidingen krijgen steevast goede punten van de onafhankelijke visitatiecommissies die over de kwaliteit waken. Van de gevisiteerde bacheloropleidingen van de VUB werd honderd procent geaccrediteerd. Ook ons onderzoek is altijd excellent geweest, en vaak ook baanbrekend.
Maar hoe komt het dan dat dit alles niet tot meer studenten leidt? Een aantal oorzaken lijkt nu al duidelijk. Vooreerst is er de algemene tendens van regionale rekrutering. De wereld globaliseert, maar de Vlaamse studenten kiezen massaal voor een universiteit in hun achtertuin. Oost-Vlamingen, net als West-Vlamingen, kiezen massaal voor Gent; Antwerpenaars trekken naar de UA; alsmaar meer Limburgers geraken niet verder dan Hasselt. Steeds meer studenten blijven ook thuis wonen, in Hotel Mama.
Die tendens heeft een negatieve invloed op de Brusselse onderwijsinstellingen. Wij werken nu eenmaal in een overwegend Franstalige en Engelstalige omgeving, waardoor het aantal potentiële studenten in de omgeving van de universiteit veeleer beperkt is.
Ook het imago van de hoofdstad vormt een groot probleem. Brussel mag dan al veruit de grootste studentenstad van het land zijn, in Vlaanderen is onbekend onbemind. De bekende clichés (onveilig, duur, verfranst) hebben wortel geschoten in brede lagen van de bevolking. Anderhalf jaar communautaire spanning heeft de hoofdstad daarenboven niet bepaald geliefder gemaakt in Vlaanderen.
Om Brussel meer als studentenstad te promoten zou men echte studentenwijken moeten oprichten. De band tussen de studenten en de stad moet nauwer aangehaald worden. Zowel de hogeronderwijsinstellingen als de (Brusselse) overheid moeten meer doen om de studenten te laten 'profiteren' van Brussel.
Onlangs hebben de Brusselse instellingen voor hoger onderwijs het Vlaams Overlegplatform voor Hoger Onderwijs Brussel opgericht. De nieuwe vereniging heeft tot doel "initiatieven te nemen die de positie van het Vlaamse hoger onderwijs in Brussel ten goede komen." Vlaams minister van Brusselse Aangelegenheden Bert Anciaux (SP.A) komt met twee miljoen euro over de brug voor een aantal 'flankerende maatregelen'. Het geld gaat niet naar onderwijs, maar naar projecten en initiatieven die een aantal specifieke Brusselse problemen aanpakken, onder meer op het vlak van studentenvoorzieningen, huisvesting, diversiteit en communicatie.
University
De extra middelen van de Vlaamse regering zijn een goede zaak. Maar minstens even belangrijk is dat de Vlaamse overheid andere maatstaven begint te hanteren voor het hoger onderwijs in Brussel. Ik denk aan een soepele opstelling inzake taal. De Vrije Universiteit Brussel wil voluit gaan voor een samenwerking met haar Franstalige zusteruniversiteit ULB - elk met behoud van de eigenheid - én voor een stevige internationale poot, de University of Brussels. En daarvoor is het nodig om opleidingen volledig in het Engels aan te bieden. Dit is al mogelijk in de Franse gemeenschap, maar nog niet in Vlaanderen, tenzij dezelfde opleiding ook in het Nederlands wordt aangeboden.
Met de oprichting van de University of Brussels willen we in Brussel het voortouw nemen om met de ULB en andere onderwijspartners, zoals de Erasmushogeschool Brussel en het Vesalius College, op een professionele wijze goede internationale studenten te rekruteren. We denken concreet aan het aanbieden van volledig Engelstalige masters. We willen overigens ook een speciale band opbouwen met de Europese scholen in Brussel. Dat is niet onbelangrijk, want de Europese kinderen in Brussel stromen nu door naar de universiteiten. Dit is een grote potentiële markt die nu onaangeroerd blijft.
Voor alle duidelijkheid: de University of Brussels zal de Vrije Universiteit Brussel niet vervangen. Dat is nooit de bedoeling geweest. De VUB blijft in haar huidige vorm uiteraard bestaan. Brussel is de enige stad in ons land met internationale bekendheid en uitstraling, laten we die troef dan ook voluit uitspelen op de buitenlandse studentenmarkt. Daar wordt ook het Nederlandstalig hoger onderwijs in de hoofdstad beter van.
Lees meer over: Elsene , Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.