Plannen voor winkels en restaurants in Heilige Familie-kerk
De Heilige Familie, een monumentaal en gesloten gebouw dat aan het begin van de vorige eeuw in twee fasen werd opgetrokken, ligt op de grens van twee Schaarbeekse wijken: aan de achterkant van de kerk ligt de volkse, drukke Helmetsesteenweg met zijn nogal rommelige assortiment aan winkels; aan de voorkant bevindt zich de rustige en residentiële buurt van de Rigasquare en Huart Hamoirlaan. Tussen beide is er weinig contact. De doorgaans welgestelde bewoners van de voorkant steken niet zo makkelijk de grens over om te gaan winkelen op Helmet. Alsof de kerk de doorgang blokkeert.
Maar er is meer aan de hand met de Heilige Familie. De kerk met de opvallende toren is te groot geworden voor de gemiddeld honderd dertig gelovigen die er nog wekelijks naar de mis komen, te duur in onderhoud ook. Het hele gebouw verwarmen is in deze koude dagen bijna een onmogelijke zaak. Om te besparen op de stookkosten werd de kerk met een wand van hout en glas in tweeën verdeeld, zodat tijdens de missen slechts de helft verwarmd moet worden. En voor de kleinere bijeenkomsten is er nu een houten box in the box . Maar zelfs zo is het niet houdbaar, beseft de kerkfabriek. "Bij elke storm houden we ons hart vast: 'Wat zal er nu weer gesneuveld zijn?'" zegt voorzitter Pascal de Roubaix.
En dus zoekt de kerkfabriek, die eigenaar is, naar een oplossing om tot een kleinere kerk te komen. Ze krijgt hierbij volop de steun van de Schaarbeekse schepen van Erediensten, Etienne Noël (LB). Het is immers de gemeente die elk jaar het deficit van de kerkfabriek moet aanzuiveren, een wettelijke verplichting, en die ook opdraait voor alle grote onderhouds- en infrastructuurwerkzaamheden van de kerk. Momenteel staat de Heilige Familie in de steigers voor de herstelling van de glasramen: 80.000 euro. En de Kerk betaalt geen belastingen.
Noël is niet alleen schepen van Erediensten, hij is ook schepen van Economie en Middenstand en voorzitter van Atrium, de organisatie die de lokale handel wil aanzwengelen. Dus begon hij te dromen van een commercieel project in de kerk. Ook al zijn er, net als elders in Brussel, tal van leegstaande vitrines in Helmet, aan aantrekkelijke en ruime handelspanden is er blijkbaar nog behoefte.
Atrium en de kerkfabriek vroegen aan architect en buurtbewoner Christophe Gillis van het bureau Ozon om een studie te maken van het kerkgebouw, dat niet beschermd is. "De opdracht bestond erin de staat van het gebouw te beschrijven en na te gaan hoe de functie van gebedsplaats gecombineerd kan worden met andere, profane functies, die natuurlijk verenigbaar moeten zijn. Een hotel of een nachtclub is dus uitgesloten. En ook huisvesting is niet mogelijk omdat anders het typische gewelf niet meer zichtbaar zou zijn," zegt Gillis, die ook lesgeeft aan Saint-Luc.
Eerst mochten zijn studenten zich uitleven op de ruimte, hetgeen uitmondde in een tentoonstelling. Uiteindelijk tekende Gillis twee realistische scenario's uit. In het ene wordt de gebedsruimte, aangevuld met een ontvangstlokaal, ingericht in het oudste gedeelte van het gebouw, aan de Helmetsesteenweg; de andere helft wordt dan verbouwd tot een soort markthal. Daarin komen, verspreid over twee etages, winkeltjes en een restaurant dat uitgeeft op het voorplein.
In het tweede scenario wordt een gebedsplaats met aparte ontvangsruimte gemaakt in het midden van het gebouw, op de plek waar de neogotische achterkant en de modern-gotische voorkant op elkaar aansluiten. Aan de kant van de Helmetsesteenweg zouden dan winkeltjes verschijnen, aan de voorkant een groot restaurant en enkele ruimtes voor seminaries of voorstellingen.
Gillis verzekert dat in beide gevallen de kerkgangers ongestoord in de gebedsruimte zullen kunnen vertoeven. "De kerk krijgt eigen ingangen en wordt goed geïsoleerd, zodat er bijvoorbeeld geen geurtjes van het restaurant kunnen binnendringen."
Naast deze scenario's biedt het gebouw nog andere mogelijkheden. Zo droomt schepen Noël al langer van een lift in de toren. "Het uitzicht boven is prachtig. Zo zouden we ook toeristen naar Schaarbeek kunnen lokken."
Het tweede scenario geniet op dit moment de voorkeur van de kerkfabriek. Nochtans is ze niet van plan zelf te investeren. Samen met de gemeente zoekt ze, met het dossier als smaakmaker, naar een projectontwikkelaar. Het gebouw zou gedeeltelijk ontwijd worden en in erfpacht gegeven worden. Voorlopig heeft zich nog geen serieuze kandidaat aangediend.
Pastoor Michel Christiaens is alvast enthousiast. "Als Schaarbekenaar vind ik niet dat we de gemeente kunnen blijven belasten met de oplopende onderhoudskosten. Als christen pleit ik voor een moderne gebedsplaats met een aparte ruimte waar ook mensen die binnenwippen, onthaald worden. Een secretariaat enkele straten verderop, zoals nu, heeft niet zoveel zin. En als buurtbewoner kijk ik liever op een open en levendig gebouw dan op een gesloten, stille kerk."
Lees meer over: Schaarbeek , Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.