Ruzie over herdenking Rwandese genocide in Sint-Pieters-Woluwe

Politieke heibel rond de jaarlijkse herdenking van de Rwandese genocide in Sint-Pieters-Woluwe. MR-politicus Alain Destexhe valt kersvers burgemeester Benoît Cerexhe (CDH) aan omdat hij afgelopen zaterdag een manifestatie van een twintigtal hutu’s liet doorgaan. "Een belediging voor de Rwandese autoriteiten en de slachtoffers."

Destexhe hekelt vooral het feit dat de nieuwe burgemeester de bijeenkomst van de Hutu's niet verboden zou hebben. Zijn liberale voorganger Willem Draps kondigde volgens Destexhe wel steeds een politieverbod af om problemen te vermijden.

"Al sinds de oprichting van het monument ter herdenking van de genocide op de Roger Vandendriesschelaan proberen families van de genocideplegers en negationisten op 6 april, aan de vooravond van de officiële herdenking, daar bijeen te komen", schrijft Destexhe op zijn blog. "Dat werd de vorige jaren altijd bij politiebevel verboden."

"Burgemeester Cerexhe heeft de betoging dit jaar echter laten doorgaan", gaat hij verder. "Wat door de slachtoffers en de Rwandese autoriteiten als een 'ontheiliging' wordt ervaren."

Als reactie zou een vertegenwoordiger van Buitenlandse Zaken niet mogen deelnemen aan de officiële herdenking in Kigali en werd de herdenking in België verplaatst van de Vandendriesschelaan naar de ambassade zelf op de Bloemenlaan, eveneens in Sint-Pieters-Woluwe.

Minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders (MR) liet via Twitter al weten dat hij de "flater" van Cerexhe zal onderzoeken.

Cerexhe: 'Destexhe overdrijft'
Burgemeester Cerexhe zegt aan brusselnieuws.be dat hij voor de manifestatie van zaterdag geen toestemming gaf. "Die was dus verboden, maar dat heeft een twintigtal personen niet verhinderd bijeen te komen", zegt hij. "Zonder dat daar ontheiliging of onaanvaardbaar gedrag bij te kijken kwam. De politie heeft er, ondanks het gebrek aan toestemming, voor gekozen om de betogers enkele minuten te laten begaan en zo incidenten te vermijden."

Een officieel verbod via een politiebevel was er echter niet. "De politierapporten gaven aan dat er geen reden tot bezorgdheid was", zegt Cerexhe. "Zelfs met een expliciet verbod vond de manifestatie de laatste jaren ook al plaats, het gaat steeds om dezelfde mensen. Dat de politie ter plaatse niet streng optrad, dat laat ik over aan de inschatting van de agenten. Ik vertrouw op hen."

Cerexhe vindt de reactie van Destexhe dan ook overdreven. "Ik begrijp ook niet waarom de ambassade de herdenking heeft verplaatst", gaat hij verder. "Er was immers geen toestemming voor de betoging zaterdag. Dat heb ik ook duidelijk gemaakt aan de ambassade en aan de organisatoren van de officiële herdenking." Cerexhe heeft volgende week een ontmoeting met de Rwandese ambassadeur op de agenda staan, waarop hij een en ander wil uitklaren.

Bij de Rwandese Genocide in 1994 werden minstens een half miljoen tutsi's en gematigde hutu's gedood door andere hutu's, de andere grote etnische groep in het land. Er kwamen ook 10 Belgische paracommando's om het leven.