Het bezoek aan de Koninklijke Serres, die vanaf vanavond weer drie weken open zijn voor het publiek, begint dit jaar met een wandeling door het park. “We wilden het parcours zo opbouwen dat het bezoek crescendo gaat tot aan de indrukwekkende Wintertuin.”
Serres van Laken: architectuurjuweel én planten uit de 19de eeuw
(Bekijk ook de video van tvbrussel in bijlage)
Elke lente sinds 1946 openen de Koninklijke Serres hun deuren voor het publiek. Koning Leopold II wenste al in 1892 dat de Belgen konden genieten van het prachtige bouwwerk. “Het is niet zo duidelijk hoe open de serres toen waren”, zegt Michel Dekens, de regisseur van het Koninklijk Domein van Laken. “Kon iedereen het domein bezoeken of enkel een paar genodigden?”
Elk jaar probeert Dekens iets nieuws te brengen voor de 100.000 bezoekers die gedurende drie weken naar het Koninklijk Domein komen. Dit jaar valt vooral het nieuwe parcours op. Het bezoek begint met een wandeling door het park om dan een 700 meter lang parcours door de serres te volgen tot de Wintertuin, de grootste serre. Het bezoek eindigt in de oranjerie.
“We hebben ervoor gekozen om dit jaar te beginnen met het park, zodat het bezoek crescendo gaat tot aan de Wintertuin, de grootste en indrukwekkendste serre”, zegt Dekens. “We hebben dit jaar ook gekozen om meer te doen rond het thema water. We hebben allerlei vijvertjes en watervalletjes aangelegd om een iets andere sfeer te creëren. En omdat het Pasen is hebben we ook hier en daar nestjes met eieren verstopt. Vooral voor kinderen vonden we dat een leuk idee.”
Art nouveau
De serres in art-nouveaustijl werden in 1873 ontworpen door Alphonse Balat voor Koning Leopold II. De hele structuur bestaat enkel uit glas en ijzer, wat toen zeer uitzonderlijk was. Vandaag nog dateert een deel van de planten uit die tijd. Koningin Elizabeth had in de serres haar beeldhouweratelier laten bouwen. Ook dat is te bezoeken.
De meest indrukwekkende serre is ongetwijfeld de Wintertuin. Door zijn hoogte kan de serre meerdere palmbomen onderdak verlenen, de meesten zijn al in de 19de eeuw geplant. Veel van de exotische planten uit die tijd heeft Koning Leopold II zelf meegenomen tijdens zijn vele reizen. Sindsdien is de collectie alleen maar aangegroeid, onder meer dankzij samenwerking met botanische tuinen uit de hele wereld.
Uit de verzameling exotische exemplaren is het moeilijk kiezen welke plant het opvallendst is. “Het is alsof je aan een vader vraagt welk kind hij het liefst ziet”, is de uitleg van Michel Dekens. “Alles vormt hier een geheel. Als je een plant weglaat, zijn al de anderen niets meer waard.”
35 tuinmannen
Om ervoor te zorgen dat alle bloemen op hetzelfde moment bloeien, net tijdens deze drie weken, werken 15 tuinmannen fulltime in de serres. Daarnaast zijn er nog 20 anderen die het park onderhouden. “Je moet daarbij ook de mensen niet vergeten die voor het onderhoud van de installaties zorgen en voor de administratie”, zegt Dekens.
Ook buiten de weken dat de serres open zijn voor het publiek is het belangrijk dat alles onderhouden wordt. “De serres zijn niet alleen de tuin van de koning”, onderstreept Dekens. “Ze worden gebruikt voor tal van officiële evenementen. Een recent voorbeeld is het bezoek van de Chinese president, Xi Jinping. De Wintertuin diende toen voor het galadiner.”
Wie de Koninklijke Serres wil bezoeken, kan dat nog tot 9 mei. De toegangsprijs bedraagt 2,50 euro per persoon, minderjarigen mogen gratis binnen. Alle inkomsten komen ten goede aan het Hulpfonds van de Koningin, aan restauratiewerk en aan de aanschaf van kunstwerken voor de Koninklijke Verzameling.
Meer info op www.monarchie.be.
Lees meer over: Laken , Samenleving , Events & Festivals
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.