Sociaal Vervoer Brussel moet duizenden verplaatsingen weigeren
Sinds 16 maart zoeft Sarah Maes met haar rolstoel door de kelder van de treinstations Mechelen en Brussel-Noord. De rolstoelgebruikster pendelt op dinsdag, woensdag en vrijdag tussen haar woonplaats in Evere en haar werkplaats in Mechelen. Daar werkt de 23-jarige als administratief bediende bij een bedrijf dat gespecialiseerd is in apparatuur voor mensen met een handicap.
Bij Maes is sinds haar geboorte de link tussen hersenen en benen onderbroken, maar verlamd is ze niet. Met haar rolstoel komt ze overal. Daar wrong het schoentje toen ze haar eerste baan buiten Evere aanvaardde: hoe geraak ik ter plekke, en terug?
Ze legde haar mobiliteitsknoop voor aan Alex Penninckx (55), de coördinator van Sociaal Vervoer Brussel. Die Brusselse dienst voor aangepast vervoer met begeleiding transporteert al meer dan tien jaar mensen met een mobiliteitsprobleem tegen een zacht tarief. Maes kwam in aanmerking voor Run, een project waarbij Sociaal Vervoer Brussel het traject voor zijn klant uitstippelt. Zo werden de tijdstippen van vertrek, overstap en terugkomst bepaald. Terzelfder tijd werd een bus van De Lijn tussen haar woonplaats en het treinstation Brussel-Noord geregeld. Hetzelfde gebeurde voor het traject tussen haar werkplaats en het treinstation in Mechelen. Daarnaast zijn ook de diensten Assistentie van beide stations erbij betrokken - in het Noordstation is Maes een van de twaalf die van de dienst gebruikmaken, zegt een assistent. Na een vlot proeftraject raakte Maes overtuigd, en intussen pendelt ze op en af.
Run-project
Maes is heus niet de enige die door het Run-project een grotere zelfstandigheid heeft gekregen. Het project vermindert tegelijkertijd het aantal oproepen dat Sociaal Vervoer Brussel krijgt voor 'klassiek vervoer', dus met een taxi of busje van deur tot deur. Iedereen die niet in staat is het openbaar vervoer te gebruiken én nergens anders op een voorziening kan rekenen, maakt aanspraak op klassiek vervoer. Het gaat vooral om hoogbejaarden, maar ook kinderen en mensen met een handicap bellen voor hulp. De klassieke bestemmingen zijn ziekenhuis en arts, maar ook administratie, sociale activiteiten en vorming komen in aanmerking. Vorig jaar werden 31.500 ritten aangevraagd, 15.500 ritten werden geweigerd - ruim zevenhonderd mensen kregen minstens één rit.
"Van bij de start in 1998 hebben we één aanvraag op de twee moeten weigeren," zegt coördinator Alex Penninckx in een van de krappe kantoren aan de Fontainasstraat in Sint-Gillis. "En naarmate we groeiden, bleef die verhouding vrij constant." Dat aantal zou nog hoger kunnen liggen, want de vervoersdienst maakt geen publiciteit, ook niet op zijn busjes, al is dat om redenen van discretie. Op dit ogenblik maken vijftien voltijdse chauffeurs zeven dagen op zeven van halfzeven 's ochtends tot elf uur 's avonds de dienst uit.
Vormt het tekort aan ritten geen probleem? Penninckx: "Het is erg voor de mensen die een andere oplossing moeten zoeken. In het beste geval vinden ze ander vervoer, of ze passen hun levensstijl aan waardoor ze minder naar buiten gaan, of ze laten zich in een bejaardentehuis opnemen."
Vanwaar het tekort? "We hebben niet genoeg auto's en chauffeurs. Dat komt door de te krappe subsidies. Anderzijds komt er weinig geld via onze klanten binnen. Maar het heeft ook te maken met huisvesting. Op ons parkeerterrein, dat we alleen 's nachts huren, kan geen wagen meer bij."
Jaarlijks krijgt Sociaal Vervoer Brussel een - niet-structurele - subsidie van verschillende overheden en organisaties. De VGC is met 200.000 euro een grote steunpilaar. Brigitte Grouwels (CD&V), VGC-collegelid voor Welzijn, is op de hoogte van de 'weigeringen en wachtlijsten', zegt haar woordvoerder. "Sociaal Vervoer Brussel is het slachtoffer van zijn succes. Er zijn wel gesprekken om de capaciteit uit te breiden."
Leven in handen nemen
Sociaal Vervoer Brussel staat open voor alle Brusselaars en is in het gewest de grootste vervoerder van mensen met mobiliteitsproblemen. Naast klassieke ritten geeft de dienst ook advies over financiële tegemoetkomingen, maakt hij gebouwen tijdelijk toegankelijk of stuurt hij een chauffeur naar ouderen die hun wagen niet meer gebruiken.
Intussen slaat het Run-project steeds meer aan. "Ik kende dit project niet. Alex heeft het me aangeraden," zegt Sarah Maes. "Het is goed dat er zulke projecten bestaan, maar er wordt niet veel reclame rond gemaakt, dus je weet niet waar je moet zoeken. Anderzijds moeten mensen met een handicap meer naar buiten komen. Zo worden de tekortkomingen in bijvoorbeeld het openbaar vervoer duidelijk. Wat mezelf betreft: ik heb mijn leven zelf in handen genomen, en daar ben ik best trots op."
Lees meer over: Sint-Gillis , Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.