Verbreding Ring houdt nog geen rekening met NEO of Eurostadion

De verbreding van de ring rond Brussel wordt volop bestudeerd, maar tegenstanders beweren dat simulaties geen rekening houden met grote projecten zoals het Eurostadion, Uplace of NEO. “Klopt”, zegt Marijn Struyf, woordvoerder van de werkvennootschap aan BRUZZ. “Die impact berekenen is niet evident. Maar we verwachten die cijfers begin december.” De eerste werken aan de ring zijn dan weer gepland voor 2019.

Niet het Vlaams Agentschap Wegen en Verkeer is bezig met de verbreding van de ring. Die taak is weggelegd voor De Werkvennootschap, een nv die experten uit verschillende studiebureaus verzamelt, en fungeert als projectleider voor de verbreding van de ring.

Die vennootschap houdt ook overleg met de verschillende betrokken gemeenten, iets wat een moeizame start kende. “Eerst kwamen alleen Jette en de Stad Brussel naar onze werkgroepen. Maar intussen is Sint-Agatha-Berchem ook al eens naar een infosessie gekomen, net als de MIVB, Brussel Leefmilieu en Brussel Mobiliteit. Daarenboven zijn er bilaterale overleggen, onder meer met de kabinetten Smet (SP.A) en Vervoort (PS).

Oude simulaties
Op die werkoverleggen stelden Jets burgemeester Hervé Doyen (CDH) en schepen voor Mobiliteit Nathalie De Swaef (Groen) vast dat de modellen waarmee gerekend wordt, geen rekening houden met nieuwe vastgoedprojecten.

“In de simulaties die ze doen houden ze geen rekening met auto-aanzuigende projecten het Eurostadion, Uplace of NEO”, zegt De Swaef aan BRUZZ. Daardoor is niet zeker of het verkeer na de herinrichting van de ring wel degelijk vlotter gaat.

“De cijfers die we gebruiken zijn inderdaad op basis van de huidige situatie, zonder die grote projecten”, zegt Struyf van de werkvennootschap. “Dat is ook openlijk zo gezegd geweest. We wachten immers nog op de cijfers van het studiebureau dat de impact van projecten als NEO of het Eurostadion onderzoeken. Die zijn niet zo eenvoudig te berekenen. Maar we verwachten die begin december, waarna we ze zelf analyseren en vanaf dan zullen gebruiken voor onze volgende werksessies.”

Timing
Op 20 december is er alvast de Intergemeentelijke Begeleidingscommissie (IGBC). Dat is een overlegforum waarin de betrokken partners gezamenlijk mobiliteitsknelpunten onderzoeken en voorstellen tot oplossingen uitwerken. Op die commissie wordt de kadernota besproken, zeg maar de basisnota waarmee wordt verder gewerkt.

De eerste spade zou in 2019 in de grond moeten. Het hele project - inclusief 60 kilometer tramlijnen en 40 kilometer fietspaden - wordt geraamd op 2 miljard euro.