Wonen in Brussel: Herman Lemahieu, musicus met pensioen
Op weg naar onze afspraak ontdek ik nogal wat hoekjes en kantjes. Maar dan wel hoekjes en kantjes die me niet onmiddellijk brengen waar ik moet zijn; rare verkeerskronkels in Brussel: ik kan er ondertussen een boek over schrijven. Herman Lemahieu, die me met een warme handdruk verwelkomt, heeft er alle begrip voor. Hem zal het echter nooit overkomen. "Ik doe alles zonder auto. Te voet, met het openbaar vervoer. Het autorijden laat ik aan mijn echtgenote Catherine over."
Ten huize Lemahieu, langs de Waversesteenweg in Etterbeek, is het op deze mooie augustusdag de rust zelve. Alleen kinderjolijt in een belendende tuin begeleidt ons gesprek. We hebben ook het rijk voor ons alleen. Mevrouw Lemahieu en de kinderen, Alexander (24) en Sofia (23), zijn in geen velden of wegen te bespeuren. "Met mijn vrouw, die afkomstig is van Oostende, deel ik al 27 jaar lief en leed in Brussel. Alexander en Sofia zijn hier geboren en voelen zich goed als Brusselaars. Al van kleins af; aan vriendjes en vriendinnetjes hebben ze nooit gebrek gehad. Het Frans? Geen sta-in-de-weg; toen de tijd rijp was, hebben we hen naar Frankrijk gestuurd voor een taalbad, wat hen zeer heeft geholpen. Ze hebben zich aangepast. Net zoals ik dat gedaan heb, toen ik in 1965 ben beginnen te werken bij de BRT in Flagey. Ik kon ook moeilijk anders: in het Groot Symfonisch Orkest van de RTB-BRT/Le Grand Orchestre Symphonique de la RTB-BRT waren de meeste van de collega's Franstalig. Ik heb ook wel iets met talen. Zo heb ik een jaar of vier Italiaans gevolgd in het volwassenenonderwijs aan de VUB. Hoe meer talen, hoe beter en hoe liever. Het is verrijkend, zonder meer."
John Coltrane
Lemahieu is thuis niet de enige bij wie muziek in het bloed zit. Zijn vrouw is fluitiste en heeft twintig jaar les gegeven aan het Conservatorium van Leuven, waar ze nu directrice is.
"Ik benijd haar niet, het is een enorme verantwoordelijkheid: maar liefst 2.700 leerlingen, zowat 130 leraars. Ook Alexander en Sofia hebben talent. Onze zoon heeft cello leren spelen, onze dochter viool, en allebei kunnen ze uit de voeten op de piano. Maar op een bepaald moment hadden ze geen zin meer in muziek en zijn ze een totaal andere richting ingeslagen. Alexander is afgestudeerd als tv-regisseur aan het Rits en gaat nu managements- en pedagogiecursussen volgen. Sofia heeft een diploma Management Toerisme aan de Erasmushogeschool en wil daar nu nog een jaar Hotelmanagement aan vastkleven, in Elishout in Anderlecht."
Niet in de voetsporen van vader dus, die zijn loopbaan heeft uitgebouwd als musicus. Als hoornspeler, meer bepaald. "Mijn vader was dirigent van een harmonie, de liefde voor de muziek wilde hij doorgeven aan zijn drie zoons en zijn dochter. Daarom werden we naar het conservatorium van Brugge gestuurd. Fagot zei me wel iets, maar er was geen leraar voor dat instrument. Daarop heeft de directeur me voorgesteld de hoorn ter hand te nemen. Het was niet mijn bedoeling daarin een carrière uit te bouwen, maar na de middelbare school kwam de vraag: wat nu? Wat ga ik doen in het leven? En omdat gebleken was dat het musiceren me heel goed af ging, heb ik beslist daarin verder te gaan en heb ik me ingeschreven aan het Conservatorium van Gent. Ik heb in die jaren ook contrabas leren spelen. Niet zonder vrucht: tijdens mijn legerdienst in Zellik heb ik nog op het jazzfestival van Comblain-la-Tour gespeeld, naast grootheden als John Coltrane. Een onvergetelijke belevenis."
"Toen ik opnieuw een vrij man was, kon ik zowel aan de slag in een muziekkapel van het leger, in de Opera van Gent, als bij de toenmalige BRT. De keuze was snel gemaakt: als schooljongen had ik de gebouwen van de BRT mogen bezoeken, met die befaamde Studio 4. Ik was danig onder de indruk, en dacht bij mezelf: hier zou ik graag ooit spelen. Die wens is werkelijkheid geworden en ik ben het huis trouw gebleven tot aan mijn pensioen."
"Ontelbaar, de goede herinneringen die ik eraan heb overgehouden. Vooral aan de jaren dat de BRT en de RTB nog samen zaten in Flagey, in dat prachtige omroepgebouw: je kon van de ene producer naar de andere lopen met voorstellen voor opnames van muziekuitvoeringen: klassiek, hedendaags,... Dat is helaas allemaal met de jaren afgebouwd. In zoverre zelfs dat Miel Van Attenhoven - die onlangs helaas overleden is - de enige was die de voorbije jaren bij de VRT nog muzikale producties verzorgde. Miel was overigens ook de drijvende kracht achter Jazz Middelheim."
Eén burgemeester
Werken in Brussel betekende voor Lemahieu ook: in Brussel komen wonen, met een tussendoortje van twee jaar Leuven. Nu heeft hij al bijna 22 jaar zijn stek in een mooi gerenoveerd rijhuis. "Nadat ik Catherine had leren kennen, hebben we eerst een vijftal jaar gehuurd op het Sint-Katelijneplein. Een gerenoveerd appartement van de Stad Brussel. Maar zodra de kinderen er waren, was het niet meer te doen: we woonden op de hoogste verdieping en er was geen lift. Dus zijn we op zoek gegaan naar iets om te kopen. Met als voorwaarden: niet te duur, dicht bij het werk en niet te ver van de autosnelweg, omdat Catherine in Leuven werkte."
"Tussen twee diensten door had ik altijd een paar uur vrij en kon ik wat rondkijken. Zo ben ik op dit huis gevallen. Het stond al zes maanden leeg en het zag er niet uit. Het dak, bijvoorbeeld: zo lek als een zeef. Maar een vriendin van mijn echtgenote, die architecte is en mee was komen schouwen, zag onmiddellijk de mogelijkheden. Voldoende voor ons om een optie te nemen. Toen de notaris zei dat er al een optie genomen was, hebben we zelfs prompt de knoop doorgehakt: 'We kopen het!'"
De leefruimte beneden - bureau, zithoek, eetkamer en keuken - is een aangename combinatie van oud en nieuw. "Zithoek en keuken hebben we bijgebouwd. Sanitair, elektriciteit: allemaal vernieuwd. De rest hebben we opgeknapt met respect voor wat er was. Er is genoeg comfort voor vier en we hebben de luxe van een tuintje voor als het mooi weer is."
Lemahieu heeft het zich nooit beklaagd ronduit voor Brussel gekozen te hebben. "Dat bijna vanzelfsprekende gemak waarmee de aanpassing aan het leven in Brussel is verlopen, heeft wellicht te maken met het feit dat steden me nooit hebben afgeschrikt. Integendeel. Door de muziek heb ik betrekkelijk veel mogen reizen, een flink stuk van de wereld gezien en dat ontdekken is me steeds goed afgegaan. Bovendien hebben andere culturen me altijd aangesproken, en op dat vlak heeft Brussel me meer dan op mijn wenken bediend. Samen met het feit dat er achter elk hoekje wel een verrassing schuilt, maakt het dat hier van alles te beleven valt. Veel meer dan in om het even welke Vlaamse provinciestad."
"Brussel is een beetje een eiland in België: we staan gelukkig nog steeds een beetje buiten het extremistische discours dat zowel in Vlaanderen en Wallonië steeds meer opgeld maakt. Het is echt beschamend wat er nu allemaal gebeurt in de nationale politiek. Een tijd geleden zijn we naar Frankrijk geweest en toen hebben we een concert bijgewoond in Cluny, met op het podium een ex-collega. Na het optreden praatten we wat bij en zodoende kwam ik in contact met de organisatoren. 'Ah, vous êtes de la Belgique! En hoe zit het daar nu?' Ik was beschaamd, durfde het zelfs niet uit te leggen. Maar in Brussel valt het allemaal nog mee, zeker aan de basis. Al zijn er natuurlijk ook de politici - verschillende van hen hebben het nog steeds niet begrepen. Bijvoorbeeld een Milquet, die bij een of andere opening in het Hortahuis in het Frans speecht en het Nederlands links laat liggen: zoiets kan natuurlijk niet."
Toch heeft Lemahieu weinig of geen problemen met Brussel. "Soms erger ik me wel. Maar niet fanatiek, dat is alleen maar tijdverlies. Maar als er één ding is dat ik wel zou willen zien veranderen, dan is het de hopeloos onpraktische constructie met die negentien gemeenten. Eén burgemeester, dat zou ik graag zien. Eén. En maak van die gemeenten arrondissementen, zoals in Parijs. Daar, in die miljoenenstad, werkt het. Waarom zou het dan niet kunnen werken in Brussel, met maar één miljoen inwoners? Alles zou veel vlotter verlopen."
"Eén burgemeester dus, én een beter cultureel beleid. Ik kan maar niet snappen dat het zo versnipperd blijft. In feite is er geen cultuurbeleid. Het is alsof alleen Brussel-Stad belang heeft. Waarom niet die andere gemeenten betrekken bij zoiets als Brupass? Bijvoorbeeld het Museum in Elsene: dat is prachtig, daar loopt op dit ogenblik een heel interessante tentoonstelling van affiches van Toulouse-Lautrec. Maar het is amper of niet bekend."
Jourdanplein
"Ook Etterbeek zou op cultureel gebied veel beter kunnen scoren. Ik heb het al voorgesteld aan de verantwoordelijke schepen: maak het Jourdanplein autovrij en poot daar een grote kiosk neer, waar concerten kunnen worden gegeven. Als er muziek is, komt er altijd volk op af en het hoeft allemaal niet veel te kosten. Ons Belgisch leger heeft drie muziekkapellen. Ze zijn alle drie goed, de grootste is de muziekkapel van de Gidsen. Die traden vroeger regelmatig op op de Grote Markt, dat was schitterend. Feesten en barbecues, het is allemaal leuk en het moet kunnen, maar er moet ook plaats zijn voor cultuur. In Frankrijk is er zelfs in het kleinste dorpje ruimte voor. Neem nu Cormatin, niet ver van Cluny. Een boerengat van welgeteld één straat en een kasteel. In een grote schuur bij dat kasteel hebben ze een theatertje, waar muziek van Kurt Weill wordt uitgevoerd en theaterstukken van Molière worden gespeeld."
Geen zwart gat
Nu Lemahieu met pensioen is, is hij zich ook meer en meer gaan engageren binnen Etterbeek, binnen Brussel. "Ik ben zeker niet in een zwart gat gevallen. Musiceren doe ik nog amper; als ik überhaupt nog speel, dan is het enkel en alleen om kennissen een plezier te doen. In de harmonie van Asse bijvoorbeeld, die heel goed werk levert. Maar de meeste van mijn activiteiten zijn sociaal-cultureel geëngageerd. Ik zit onder meer in de raad van bestuur van het gemeenschapscentrum De Maalbeek, in die van de Gepensioneerden van de VRT en van de vzw Beeldenstorm, een sociaal-artistiek project in Kuregem, gesticht en geleid door Nik Honinckx. Daarnaast ben ik ook voorzitter van de raad van bestuur van de Kunsthumaniora in Laken. Niet dat het mijn ambitie was - ik ben erin gerold, omdat ik gevraagd ben."
"Beeldenstorm, dat volgend jaar tien jaar bestaat, heb ik echt zien groeien. Het fleurt de achtergestelde buurt op en houdt kinderen van de straat. Bij De Maalbeek is mijn dada - hoe kan het anders? - de muzikale programmering. Klassiek, maar ook hedendaags. Het is niet altijd makkelijk om de mensen te overtuigen, maar voor mij komt het erop aan kwaliteit te brengen. En bijvoorbeeld kamermuziekgroepen te programmeren die weinig of geen kans krijgen om in het PSK te spelen."
"Ook in de Kunsthumaniora steek ik met veel plezier tijd en energie. Met de nieuwe directeur is het een bloeiende school geworden, er zit werkelijk schwung in: de jazzafdeling begint goed te marcheren, er is hedendaagse dans bijgekomen. Bovendien blijft het leerlingenaantal stijgen, wat betekent dat we selectiever te werk kunnen gaan. We hebben ook nogal wat leerlingen van buiten Brussel, het internaat zit bomvol. Er was al plaats voor zestig leerlingen, nu komt er nog accommodatie bij voor twintig extra internen."
"Dankzij de raad van bestuur van de Gepensioneerden van de VRT kom ik dan weer geregeld in contact met oude bekenden en kan ik hun Brussel en ons cultureel leven wat beter leren kennen - de meesten onder hen zijn allerminst Brusselkenners. De ene keer troon ik die mensen mee naar een tentoonstelling in Bozar, de andere keer op een tour van Brukselbinnenstebuiten. Grappig: bij een van die tours zijn we op mijn initiatief langs Beeldenstorm gepasseerd. Zelfs voor de gids was dat een ontdekking: alweer een bewijs dat Brussel, zelfs voor wie de stad kent, altijd verrassingen in petto heeft."
Lees meer over: Etterbeek , Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.