Zuidfoor op weg naar topeditie: 'Mensen zullen altijd nood hebben aan kermissen'

Het einde van de Zuidfoor is in zicht. Voor de start van het laatste weekend lijken de foorkramers er nu al van overtuigd dat deze 140ste editie een succes is geweest. “Ik denk dat we wel eens een record kunnen breken.”

Zijn eigen frietkraam mag dan wel aan de Franse Azurenkust staan, de Brusselse forain Patrick De Corte, voorzitter van de Zuidfoor, volgt de gang van zaken in de hoofdstad minutieus op via zijn familie. Morgen gaat het laatste weekend van de grootste kermis van het gewest in. Nu de vijf weken van de Zuidfoor bijna achter de rug zijn, maakt De Corte al de balans op. “Die is heel positief. Er was ontzettend veel volk, ondanks het weer dat niet altijd even zomers was. Dat er toch zoveel mensen zijn gekomen zegt veel”, vertelt de foorkramer.

Toch zijn niet alle standhouders en attractie-uitbaters tevreden. Door de werken voor de nieuwe metrolijn moesten enkele foorkramers verhuizen richting Ninoofsepoort, waar minder bezoekers voorbijkwamen. “Iedereen is blij”, verzekert De Corte, “behalve een vijftiental foorkramers. Zij waren het gewoon om middenin de Zuidfoor te staan. Voor de andere foorkramers, negentig procent ongeveer, was dit een fantastisch jaar met veel volk.”

“Dat er zoveel mensen waren, is volgens ons het bewijs dat het publiek de kermis écht gemist heeft. Gedurende anderhalf jaar was niets mogelijk”, gaat De Corte verder. “Het publiek had veel zin om zich opnieuw te kunnen laten gaan.”

Toen de Zuidfoor van 2020 last minute geannuleerd werd, vreesden sommige foorkramers niet alleen voor de toekomst van hun eigen job, maar van de kermiswereld in zijn geheel. “Zelf heb ik nooit mijn twijfels gehad, ook al zaten we vorig jaar in een dipje. Mensen zullen altijd nood hebben aan kermissen, met de carrousels en de smoutebollen.”

Na een lange periode van inactiviteit deed de Zuidfoor ook deugd voor de foorkramers zelf. “Niet alleen op economisch vlak", benadrukt De Corte, "ook psychologisch was na een jaar zonder het erg belangrijk dat er dit jaar iets gebeurde."

Geluidsoverlast

Niets dan blije reacties op de 140ste editie van de Zuidfoor, zo lijkt het wel. Maar een aantal buurtbewoners liet deze zomer van zich horen. Ze menen dat de geluidsnormen op de Zuidfoor vaak niet gerespecteerd worden, kritiek die De Corte wegwuift. “Het is maar een kleine minderheid die erg actief en luid is. Dankzij sociale media worden hun klachten honderd keer uitvergroot.”

“De Zuidfoor staat al honderdveertig jaar op de Zuidlaan, iedereen weet dat. Als je daar komt wonen, weet je dat je tijdens de zomervakantie wat overlast zal ondervinden”, gaat De Corte verder. “Maar wij hebben al veel water bij de wijn gedaan. Vroeger, zo’n dertig tot veertig jaar geleden, was er geen sluitingsuur en sloten de forains rond 3 of 4 uur af. Nu sluiten we tijdens de week om middernacht en de muziek gaat een uur daarvoor uit.”

“Ik denk dat de meerderheid van de Brusselaars – en daarmee bedoel ik de échte Brusselaars die er altijd gewoond hebben – geen problemen heeft met de Zuidfoor. Bovendien: als je op de Kleine Ring woont, weet je dat daar altijd lawaai is, want er is dag en nacht verkeer, met brandweerwagens en politieauto’s en hun sirenes. Nachten zijn er vaker hels, dat is de realiteit, maar men schuift alles steeds af op de foorkramers en wij moeten telkens ons beroep opnieuw verdedigen.”

Mondmaskers

Waar de Zuidfoor nog voor bekritiseerd werd, was het gebrek aan respect voor de mondmaskerplicht. Niet alleen op de attracties, maar ook daartussen is het dragen van een mondmasker verplicht. Toch worden er maar weinig mondmaskers gezien.

De Corte: “Wij waren van in het begin akkoord met het dragen van mondmaskers en dat deden wij ook. We komen uit een fragiele situatie en een sluiting van de foor wilden we absoluut vermijden. We zorgden er ook voor dat ze op onze attracties gedragen werden, maar daarbuiten konden we niemand verplichten. Daarvoor heb je de politie en stewards nodig. Bovendien is het niet alleen op de Zuidfoor dat niet iedereen de mondmaskerplicht respecteert. Ga maar eens naar de Nieuwstraat.”

Record

Over de samenwerking tussen de foorkramers en de Stad Brussel is De Corte erg positief, al kan het altijd beter. Zo hadden de foorkramers graag een vermindering van het staangeld gezien. “Net zoals in Wallonië. Daar hebben we geen akkoord over bereikt, maar goed, we hebben ons brood goed verdiend, dus je gaat ons daar niet luid over horen klagen. We hadden graag meer cadeaus gekregen van de Stad, maar je kan niet alles hebben.”

Precieze bezoekersaantallen zijn er nog niet, maar De Corte vermoedt dat de teller zondagavond wel eens heel positief kan zijn. “Vroeger bepaalden we de bezoekersaantallen uit de losse pols, en ik durfde dan wel eens te overdrijven, dat geef ik toe. Nu wordt alles via gsm-signalen berekend. Ik denk dat we dit jaar wel eens een record kunnen breken. Ik hoop alleszins op minstens een miljoen bezoekers."