Zwembad van Vorst is moskee
O p een dinsdagmiddag is het rustig in El Hikma, wat 'de wijsheid' betekent. Op de verhoogde en met tapijt bedekte zwembadvloer zitten enkele mannen richting Mekka geknield voor het middaggebed. Ze worden begeleid door de gezangen van de muezzin. Boven op de galerij gaan deuren open. De Arabische les voor vrouwen is afgelopen.
El Hikma is meer dan een gebedsruimte, het is een cultureel centrum waar moslimfamilies uit de buurt terechtkunnen voor huiswerkbegeleiding, Koranlessen, alfabetisering, fitness en sport- en scoutsactiviteiten.
Zopas heeft de vereniging het aanpalende huis gekocht, zodat de vrouwen een eigen gebedszaal kunnen krijgen. Nu bidden ze boven op de mezzanine, maar tijdens de ramadan is die ruimte veel te beperkt. "Dan moeten we overal in de klasjes tapijten leggen," zegt een van hen.
Het is de bedoeling om het voormalige gemeentezwembad en het huis ernaast flink te renoveren. De gebedszalen zouden in de kelder komen, met aparte ingangen voor mannen en vrouwen. De zwemkuip op de gelijkvloerse verdieping zou omgevormd worden tot een polyvalente ruimte. "Voor onze conferenties en feesten," zegt voorzitter Mimoun. De kuip zou dan helemaal opgevuld worden en de laddertjes weggehaald: te onhandig voor de ouderen. Daarmee zullen zo ongeveer de laatste sporen van het zwembad verdwijnen.
Rellen van Vorst
Het art-decobadhuis was een ontwerp van architect Charles Rifflart, die het in de jaren twintig van de vorige eeuw tekende in samenhang met een school. De bouw begon in 1930, maar werd onderbroken door de Tweede Wereldoorlog. Pas in 1950 kon de gemeente de baden openen. Behalve een 25 meterbad met mezzanine en kleedhokjes rondom waren er in de kelder ook publieke baden en douches.
Het badhuis was geen lang leven beschoren. Al in de jaren 1980 bleek het verouderd, maar de gemeente had geen geld voor de modernisering. In 1984 ging het zwembad onherroepelijk dicht.
Vijf jaar later verkocht de gemeente het aan een privébedrijf en werd het zwembad een chique nachtclub, de Bains-Baden. De Brusselse jeunesse dorée reed 's nachts met veel lawaai af en aan in dure auto's, wat de buurt irriteerde. In 1991 braken er vlakbij, op het Sint-Antoniusplein, rellen uit, de fameuze Rellen van Vorst, onder meer omdat de allochtone jongeren uit de buurt niet welkom waren in de club. De gemeente greep in en de discotheek ging dicht.
Achteraf bleek dat het badhuis flink wat averij had opgelopen: ramen waren dichtgemetseld, de zwemkuip die dienst deed als dansvloer, was opgehoogd met een dikke laag beton en de kleedhokjes beneden waren afgebroken. Het gebouw werd doorverkocht aan de Brusselse filmproducent en vastgoedinvesteerder Dominique Janne. Die had plannen voor een filmstudio, maar toen die te duur bleken, liet hij het gebouw leeg staan.
Te Vlaams?
In 1997 werden de baden ontdekt door een groep jonge kunstenaars op zoek naar een plek voor een artistiek laboratorium. Na een eerste tijdelijke bezetting onder de naam Bains::Connective mocht de vzw er van de eigenaar voor langere tijd gratis blijven, in ruil voor renovatie van het pand. "Wij zijn begonnen met leegmaken en schoonmaken. De discotheekuitbater had veel kapotgemaakt, maar al het puin lag in de kelder. Nog een geluk, want we vonden daar losse, oorspronkelijke tegels die we konden hergebruiken," zegt voorzitter Didier Annicq. "Onze benadering bestond erin het karakter van het gebouw zoveel mogelijk te bewaren."
Na een aantal jaar vond eigenaar Janne dat de renovatie niet snel genoeg ging en probeerde hij Bains::Connective eruit te zetten. De vzw zocht hulp bij Pascal Smet, die toen binnen de VGC over cultuur ging. De VGC was bereid het onderhoud van het gebouw op zich te nemen als de gemeente Vorst het pand zou aankopen.
Bains::Connective ondernam een poging om het pand te laten beschermen. Dat mislukte. "Het was nochtans een superproject, ook voor de buurt. En het paste prima in het wijkcontract Sint-Antonius. Maar uiteindelijk werkte de gemeente niet mee. Het was misschien te Vlaams," zegt Annicq. Hij vindt het nog altijd een schande dat zo'n waardevol badhuis zo weinig steun kreeg. "Alleen de VGC en Pascal Smet hebben hun nek uitgestoken. Gemeente en Gewest hebben niets gedaan."
Duikend meisje
Jean-Marc Basyn, die voor de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen een studie maakte over de Brusselse zwembaden, legt uit hoe het kan dat een art-decozwembad niet beschermd is. "Toen het midden jaren 1980 leeg kwam te staan, was er geen aandacht voor zulke gebouwen. Late art deco was niet in de mode, men begon net met de bescherming van art nouveau. Het Brussels Gewest bestond nog niet, en Vlaanderen en Wallonië bekommerden zich sowieso weinig om het erfgoed in Brussel."
Maar waarom lukte de bescherming ook later niet, toen er wel een Brussels erfgoedbeleid was? Basyn: "Bains::Connective heeft de bescherming gevraagd en de Commissie heeft hen gesteund. Maar het is uiteindelijk de politiek die beslist. Want een bescherming heeft financiële gevolgen. Tot tachtig procent van de renovatie wordt gesubsidieerd. En de restauratie van een zwembad is peperduur. Wat in dit geval wellicht ook meespeelde, was dat het gebouw al lang geen zwembad meer was en dat het flink toegetakeld was."
Op basis van de zwembadenstudie van Basyn besliste het Gewest uiteindelijk om de vier belangrijkste Brusselse zwembaden te beschermen: Sint-Gillis, Ukkel, Elsene en het zwembad op het Vossenplein.
Bains::Connective trok weg in 2009. Een jaar later sloot Janne een huurkoopovereenkomst met El Hikma. De nieuwe gebruikers gingen aanvankelijk nogal driest te werk. Het uithangbord met het duikende meisje verdween van de voorgevel, de laatste originele kleedhokjes op de mezzanine werden afgebroken en vervangen door leslokaaltjes, en aan de voorkant kwam er een raam in pvc. Inmiddels werken ze voor de bouwaanvraag samen met architectenbureau (en buurman) K2A, dat zich terdege bewust is van de waarde van het gebouw. De façade en oorspronkelijke binnenindeling zouden in de renovatieplannen intact blijven. Wel wordt mogelijk het in zeer slechte staat verkerende glazen dak in piramidevorm vervangen door een vierkant, glazen volume. Tenminste als de gemeente akkoord gaat. Want die oordeelt inmiddels minder lichtzinnig over het pand en beschouwt het als ingeschreven op de inventaris van het bouwkundig erfgoed. Hierdoor is het niet beschermd, maar krijgt het wel extra stedenbouwkundige aandacht en erfgoedbegeleiding.
Het bad zelf valt wellicht niet te redden, het gebouw hopelijk wel.
Lees meer over: Vorst , Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.