Maar liefst dertig centimeter, dat is het verschil tussen de Claire Orcel (16) van 2013 en die van 2014. Niet qua lengte, maar wel wat haar persoonlijk record hoogspringen betreft. Een enorme evolutie die haar nu al een Belgische titel en een deelname aan de Jeugd Olympische Spelen heeft opgeleverd. Ze wil recht naar de top gaan en kan daarvoor mogelijk rekenen op hulp uit Amerika.
Claire Orcel: hoogspringen met voetjes op de grond
‘H et toeval ligt aan de basis van mijn passie voor hoogspringen,” vertelt de Brusselse. “Mijn turnlerares raadde me aan om atletiek eens uit te proberen, terwijl ik niet eens graag liep. Toch ging ik erop in. Op de club, La Forestoise, bleek de coach die me verschillende disciplines zou tonen, afwezig te zijn, waardoor ik in de handen van mijn huidige coach terechtkwam. Hij liet me meteen hoogspringen en ik was verkocht. Was het zo niet verlopen, dan was ik wellicht meteen gestopt.”
De dertienjarige Orcel is dan al groot en springt tijdens die eerste training – op haar Converse-schoenen – 1m30. Veelbelovend, maar het is vooral in het verspringen dat ze aanvankelijk goed presteert. “De coach wil dat we de combinatie ver- en hoogspringen behouden. Vorig jaar werd ik bijvoorbeeld Waals kampioen in het verspringen. Dat was het resultaat van mijn opgevoerde trainingsritme, een beslissing die ik zelf heb genomen omdat ik zo ver mogelijk wil geraken.”
“Vorig jaar, in september, besloot ik mij te concentreren op het hoogspringen. Op dat moment was het een catastrofe, mijn persoonlijk record was amper 1m56. Tijdens het springen leek ik wel op een stoel te zitten, ik had veel te weinig souplesse.”
Om daaraan te werken, kan de Brusselse rekenen op Thierry Briquemont. Hij coachte onder meer Sabrina De Leeuw, een succesvolle hoogspringster in wier voetstappen Orcel maar al te graag zou treden. Minstens. “Ik heb vertrouwen in hem omdat hij al eens een atlete naar een hoog niveau heeft gebracht. Hij wil zo ver mogelijk met mij gaan en ik zal hem overal volgen. Thierry daagt me uit en weet hoe hij me moet motiveren. Hij legt me niet te veel druk op, hij zegt alleen dat hij me het Belgische record wil zien breken. Maar dat ligt wel op twee meter en vijf centimeter, hé.”
Tranen met tuiten
Orcel moet zich niet te veel laten afschrikken door grote hoogtes. Op een jaar tijd heeft ze haar record met maar liefst dertig centimeter verbeterd, een prachtprestatie die haar ook nog eens de Belgische titel – van alle categorieën samen – heeft opgeleverd. Dit is het seizoen van haar doorbraak. “Ik weet ook wel dat er meisjes zijn die hoger dan mij springen. Zo trachtte een atlete de limiet voor het Europees Kampioenschap te behalen op het BK, waardoor ze het snel op een meter negentig probeerde. Ze faalde drie keer, ik brak mijn persoonlijk en het Waals record door 1m82 te springen, en stak de titel op zak. Leuk!”
De voorbereiding op de Jeugd Olympische Spelen krijgt hiermee nog eens een extra boost. Al had Orcel die niet echt nodig, want de desillusie van er niet bij te zijn maakte in laatste instantie plaats voor de blijdschap van een selectie.
“Op 30 mei ben ik naar de European Youth Olympic Trials (EYOT) in Azerbeidzjan getrokken om me te plaatsen voor de Jeugd Olympische Spelen. Daarvoor moest ik bij de top acht eindigen, maar ik werd pas elfde. Wat een ontgoocheling! Ik was ongelooflijk boos op mezelf en heb tranen met tuiten gehuild.”
“In juli kreeg ik op vakantie een telefoontje van de technische directrice van de bond met de boodschap dat ik toch gekwalificeerd was. Men had zich blijkbaar in de quota vergist, waardoor de top elf mee mag naar China. Fantastisch nieuws, maar ik legde me wel meteen druk op. Ik zal pas aan mijn tweede internationaal tornooi deelnemen. Ik heb een van de laagste persoonlijke records en neem het op tegen sterke tegenstanders. Maar dat schrikt me niet af.”
Op de Jeugd Olympische Spelen neemt de Ukkelse het op tegen veertien hoogspringsters die vooral uit Europa komen. Ze kan de concurrentie moeilijk inschatten, maar gaat sowieso resoluut voor de finale. Er meteen uitliggen is geen optie. “Op de EYOT was ik de grootste hoogspringster, dat is zeker een voordeel. Net als mijn regelmaat. Maar mijn techniek moet veel beter. Ik moet mij meer ontspannen tijdens de sprong, ik wil het nog te veel controleren. Dat is frustrerend, maar het is iets waar ik aan kan werken. Andere meisjes zijn beter, maar zitten nu misschien al aan hun top.”
Motiverende plaagstoten
Toch raakt Orcel snel onder de indruk van haar tegenstrevers. Dat het stadion in Nanjing 62.000 plaatsen telt, deert haar niet. Maar die andere meisjes… “Ik martel mezelf psychologisch door hen op voorhand op te zoeken op internet en hun resultaten na te gaan. Tijdens de competitie bekijk ik ze ook aandachtig, zo leer ik bij en zie ik wat ze verkeerd doen. Ik ben nogal nieuwsgierig (lacht).”
“Deelnemen aan de Jeugd Olympische Spelen is sowieso al een voldoening. Ik toon hier nog maar eens mee dat je niet per se bij een club met een groot budget en topinfrastructuur moet zijn om iets te presteren. Maar dat gaan ze me bij mij op de club niet snel zeggen. Ze plagen me graag omdat ze weten dat dat me motiveert.”
Orcel weet wat ze wil. Ze krijgt loon naar werken en wil nog een pak hoger en verder. Na de zomer pikt ze de draad van het verspringen weer op met de ambitie zich voor het volgende Europees kampioenschap te plaatsen in beide disciplines. “Dat wordt niet gemakkelijk, maar ik ga ervoor. Mijn ambitie is om elk seizoen aan de hoogste internationale competitie van dat jaar deel te nemen: het EK, WK, de Olympische Spelen, enzovoort.”
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.