RENSENBRINK VAN INTERNET 300DPI CMYK

Estafette: Pieter Robert Rensenbrink

David Steegen
© Brussel Deze Week
13/05/2015

Sportcolumnist David Steegen telefoneert en dineert met clublegende Rob Rensenbrink. En is danig onder de indruk.

Een verloren ochtend, vorige week, een vijftal dagen voor de clash tegen Brugge. De telefoon gaat. Een nummer uit Nederland. Waarschijnlijk een journalist die nog snel geaccrediteerd wil worden voor de topper.

“Met Robert Rensenbrink,” hoor ik.

Mijn hart slaat over. Mijn God! In alle betekenissen van het woord. De eerste voetbalheld van een mensenleven.

RSC Anderlecht - Club Brugge is een cruciale wedstrijd. We moeten winnen. Dat geldt eigenlijk voor elke match maar nu is het van moeten of Anderlecht is uitgeteld voor de titelstrijd. Om de fans op te warmen hebben we de koppen bij elkaar gestoken. Een collega heeft voor streamers gezorgd: brandveilige rollen papier.

Wanneer de twintigduizend supporters de streamers van de tribunes laten rollen bij de opkomst van de spelers, wanen we ons heel even in Buenos Aires. Boca Juniors in Brussel. Ook het vuurwerk zorgt voor een helse sfeer. Vervolgens ontvangt Dennis Praet zijn Gouden Schoen uit handen van de voorzitter en de chef van de inrichtende krant.

Maar het mooiste moment is de opkomst van drie oude gloriën van paars-wit. Beter kan bijna niet.

De eerste zien we elke dag op Anderlecht: Paul Van Himst. Speler van de eeuw. We kunnen hem overtuigen om het veld op te komen met de belofte dat zijn maatje, de nummer negen die hij jarenlang bediend heeft, er ook bij zal zijn. Jan Mulder en zijn lieve echtgenote Johanna komen graag. Via de oude ‘centervoor’ komen we aan het email adres van Rensenbrink. Wat meer is, hij zorgt ervoor dat de legendarische vleugelspeler ook komt. Mijn eerste voetbalheld. Deze verlossende e-mail zal ik een leven lang koesteren.

“Dag David, Johanna had zijn nummer. Robbie wil heel graag komen. Prachtig! Mail hem voor de uitnodiging (…) (Robbie heet Pieter Robert)”.

De club voorziet een lunch voor de oud-ploegmaten. Ook coryfee Eddy Merckx schuift aan.

Jan Mulder is de volmaakte pr-man. Een selfie hier, een handtekening daar. Niets is hem te veel. Hij geniet.

De drie rakelen anekdotes op. “Hoezo, Paul, deed jij dan aan powertraining vroeger?” vraagt Mulder.

“Natuurlijk, dat moest van Raoul Mollet,” legt Van Himst uit. Mollet was een vijfkamper die nog voorzitter van het olympisch comité is geweest.

“Nou leer ik iets bij, Paul. Dat deed jij dan in het geheim, want ik heb het jou nooit zien doen.” Ze lachen.

“Of het voetbal beter was, vroeger?”, probeer ik. “Slechter, man!” schreeuwt Mulder het uit. “Veel trager en minder hard. Je had wel eens een Spanjaard of een Argentijn die je doormidden kliefde, maar nu doet iedereen het. Geef mij maar onze tijd.”

Robbie lacht en geniet. Rensenbrink is een stille man. Hij gedraagt zich zoals hij voetbalde. Geruisloos om plots toe te slaan.

Wanneer het trio het veld betreedt, ontploft het Constant Vanden Stockstadion. Het meeste applaus gaat naar Robbie, denk ik. Hoop ik. Wat een mooie, mooie dag.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sport , Column

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni