Met de Ronde van Vlaanderen van afgelopen zondag ging de Heilige Week van het wielrennen van start. Sinds de parcoursverandering om commerciële redenen veranderde Vlaanderens mooiste in een veredeld criterium. Zo werd Parijs-Roubaix meer dan ooit het orgelpunt van het voorjaar.
Estafette: Ukkelaar wint Hel van het Noorden
Waar de Ronde van Vlaanderen steeds meer een afwachtende koers werd, wordt er in de Helleklassieker altijd gekoerst, zelfs op honderd kilometer van de meet.
Op het eerste gezicht lijkt Nord-Pas-de-Calais niet meteen een aantrekkelijke streek om door te koersen, laat staan om koerscommentaar over te leveren, maar het tegendeel is waar. De regio met de vele terrils en mijnschachten heeft misschien een slechte naam, maar er worden wel degelijk inspanningen geleverd. Afgelopen zaterdag bracht ik samen met een vriend een bezoekje aan het gloednieuwe Louvre van Lens, opgetrokken met geld van Europa voor de ontwikkeling van regio’s. Een ware aanrader.
Na een eresaluut aan het Canadian National Vimy Memorial ter ere van de 60.000 Canadese gesneuvelden in de Groote Oorlog, ging de dagtrip verder naar het bos van Wallers-Arenberg, waar traditiegetrouw de voorselectie van de Helleklassieker plaatsvindt. De Frans-Poolse renner Jean Stablinski, die op zijn veertiende zelf in de mijn van Wallers werkte, beval de strook in 1968 aan bij de koersdirectie, die op dat moment op zoek was naar nieuwe stroken voor de koers. Een monument voor Stablinski siert de ingang van het bos.
Op een zonnige lentedag is het bijzonder rustig in het beschermde bos. De slagbomen zijn gesloten. Enkele gezinnen laten hun hond uit. De kinderkoppen liggen er ver uit elkaar en er hebben heel wat verzakkingen plaatsgevonden; het is echt onvoorstelbaar dat een peloton met dunne koersbandjes aan hoge snelheid het bos induikt. Levensgevaarlijk. Enkele mountainbikers, nochtans voorzien van fietsen met hydraulische vering, sturen hun fiets over de ventweg.
Maar soit, in deze rubriek hebben we het over Brusselse sportgeschiedenis. Drie weken geleden schreef ik al over Emile Daems, die niet alleen Milaan–Sanremo maar ook Parijs-Roubaix op zijn palmares schreef. In 1989, exact vijfentwintig jaar geleden, won de in Ukkel geboren Jean-Marie Wampers de Helleklassieker.
De grote favoriet die dag, Laurent Fignon, komt nog voor het bos van Wallers-Arenberg ten val. Hij zal later in de achtervolging nog eens tegen de grond smakken, en rijdt maar liefst vier keer lek. Geen man met staart op de voorposten vandaag.
Iets voorbij de grens van de tweehonderd kilometer komt de beslissende kopgroep tot stand: Dirk Dewolf, Eddy Planckaert, Gilbert Duclos-Lasalle, Marc Madiot, Jean-Marie Wampers en Edwig Van Hooydonck, de winnaar van de jongste Ronde van Vlaanderen, springen weg. De rest ziet hen niet meer terug.
Op achttien kilometer van de meet, net op een moment dat Wampers met krampen te kampen heeft, demarreert Dirk Dewolf uit de kopgroep. Even later gaat Edwig Van Hooydonck in de tegenaanval. Wampers laat zich meedrijven met Eddy Bosberg, maar wanneer die stilvalt, zet hij de achtervolging alleen verder. Op twaalf kilometer van de meet haalt hij Dirk Dewolf in.
De enige twee renners die nog geen pech hadden, rijden nu voorop. Ze slaan de handen in elkaar en rijden samen naar Roubaix. Op de wielerbaan strijden ze voor de overwinning. Wampers, twee dagen geleden dertig jaar geworden, zet van ver aan. Een moegestreden Dirk Dewolf staat niet meer op de foto.
Na de Grote Prijs van Frankfurt in 1986 wint Jean-Marie Wampers, die vandaag in Halle woont, zijn tweede klassieker. Van Hooydonck eindigt een minuut later op de derde plaats en maakt het Belgische podium compleet.
BDW-eindredacteur Ken Lambeets houdt van literatuur en van echte sporten.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.