Tussen 1927 en 1941 is de Résidence Palace in de Wetstraat een van de hotspots van Brussel. Aan de overkant van het huidige Berlaymontgebouw troepen prinsen, rijke adel en bankiersfamilies samen in luxeappartementen – een beetje zoals in de Square des Milliardaires aan Ter Kamerenbos vandaag de dag.
Estafette: wie redt het zwembad?
In het modernistische complex van architect Michel Polak kan op huishoudpersoneel worden bespaard. Daar staan heel wat diensten tegenover, zoals één tot zeven vakkundig afgewerkte slaapkamers, een koele voorraadkamer, een bureau, een terasse de service, centrale verwarming en natuurlijk een volledig ingerichte badkamer.
In 1941 wordt het gebouw door de Duitsers geconfisqueerd. De bewoners krijgen exact acht dagen de tijd om hun boeltje te pakken.
Het appartementencomplex inspireert auteur Eric de Kuyper tot de zeer lezenswaardige literaire thriller Als een dief in de nacht.
O ja, wat heeft dat nu allemaal met sport te maken?
Tijdens het Interbellum moedigen overheid en privé-instanties mensen aan om veel te sporten, omdat sport gewaardeerd wordt als een vorm van hygiëne en als een manier om fit te blijven. Dat idee gaat niet onopgemerkt voorbij aan de ontwerpers van de Résidence Palace.
In het complex bevinden zich een scherm- en gymnastiekzaal, waar je tevens kan boksen. Op inventieve wijze plaatst Polak tennisvelden in zijn micropolis: ze krijgen een plaats op het dak van de autogarages, zodat je lekker een balletje kan slaan met een mooi uitzicht erbovenop.
Maar het paradepaardje van de Résidence Palace is zonder twijfel het kleine maar uiterst stijlvolle art-decozwembad. Volgens de overlevering heeft Polak voor het ontwerp beroep gedaan op voormalig zwemkampioen Martial Van Schelle.
Op een oude reclameaffiche wordt het zwembad omschreven als ‘le rendez-vous de la Belle Société Belge et Etrangère’. De kleedkamers bevinden zich zoals in wel meer Brusselse zwembaden op de eerste verdieping. Ideaal om geen onopgemerkte entrée te maken bij het afdalen van de trappen. Na het zwemmen kan je even stoom aflaten in het Turks bad of je laten verwennen in het massagesalon.
Ik ken het prachtige zwembad enkel vanop foto’s en wil het wel eens van dichtbij bekijken, dus maak ik een afspraak bij het Internationaal Perscentrum, dat vandaag in de Résidence Palace gevestigd is.
Ik krijg het zwembad, dat sinds 1 juli 2006 gesloten is, helaas niet te zien. Er zou betonrot in de badkuip woekeren, verf van de muren afbladderen en het zwembad zelf zou in een flinke stoflaag baden. Bovendien voldoen de ventilatie en de waterzuiveringsinstallatie allang niet meer aan de norm.
Met de renovatie van het zwembad kan pas begonnen worden als de werken aan het gebouw van de Raad van Europa en aan de Josaphattunnel, die het Schumanplein met de luchthaven moet verbinden, zijn afgerond. Dat is in principe het geval aan het einde van dit jaar, maar je weet natuurlijk nooit met werken in Brussel.
Daarna moet de Regie der Gebouwen een privépartner vinden die het zwembad kan en wil opknappen, en moet er genoeg geld gevonden worden voor de renovatie. In de wandelgangen valt te horen dat die momenteel geen prioriteit is.
En toch, het is zo belangrijk dat het zwembad – en de theaterzaal – van de Résidence Palace opgeknapt worden en bereikbaar blijven voor het grote publiek.
Om het nijpend zwembadtekort te verlichten, zodat Brusselse kinderen en andere zwemliefhebbers er opnieuw baantjes kunnen trekken. Om ons te blijven herinneren wat er in de buurt gebeurde, voor ze werd opgeslokt door de Europese instellingen. Omdat ik me weleens wil kunnen inbeelden hoe het voelt om een Brusselse bourgeois-bohémien te zijn tijdens het Interbellum.
Wie redt het zwembad?
Eindredacteur Ken Lambeets houdt van literatuur en van echte sporten
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.