Royal Racing Club de Bruxelles bestaat nog (een beetje)
Als een kat zeven levens heeft, hoeveel levens heeft dan een rat? Royal Racing Brussel (dat behalve met zijn zwart-witte uitrusting ook de annalen inging als 'de club van de ratten') heeft er al een respectabel aantal levens opzitten. Na een aantal verhuizingen en fusies eindigde Racing als de R in RWDM. Die club ging op haar beurt ook over de kop. Maar nog voor die Molenbeekse dood was Racing alweer herrezen: in 1985, precies 101 jaar na de (eerste) oprichting, stond de club weer in Ukkel in de steigers. Als voetbalvereniging dan, want de tennis-, atletiek- en hockeyafdeling zijn al die tijd fier rechtop gebleven.
Met een nieuw stamnummer (9012) herbegon de voormalige landskampioen in vierde provinciale. Om al gauw weer te fuseren met andere clubs en op te gaan in Royal Racing Club de Bosvoorde, dat nu actief is in het ooit zo roemrijke Drie Lindenstadion. Speciaal uit de grond gestampt voor het oude Racing overigens, dat er vervolgens na een gelddispuut door de gemeente werd uit gezet.
Koninklijk
Wie niet van opgeven wil weten, is Léopold Vandenschrik. Hij is als oud-speler én trainer én bestuurslid begeesterd door het Racing-verleden en wil Racing Brussel weer op de kaart zetten. Zijn leeftijd wil hij niet in de krant, maar de geboren en getogen Ukkelnaar ("Saint-Job," verbetert hij me, "het enige echte dorp in Brussel") is nog razend ambitieus. Administratief liet hij de club weer uit haar as verrijzen, maar van het nieuwe stamnummer 9473 keert zijn maag. Bij gebrek aan een terrein in Ukkel traint Vandenschrik nu jonge spelertjes van Gunners Woluwe. Zijn toekomstplannen tekende hij als voormalig ingenieur uit met veel gevoel voor detail. Op papier ziet het er niet eens zo gek uit.
"Eén ding hebben ze me al moeten teruggeven," zegt Vandenschrik. "De naam. In principe krijgt een vereniging pas het predicaat 'koninklijk' als ze vijftig jaar bestaat. Maar ook in de nieuwste versie heet onze club Royal Racing Club de Bruxelles. Het kabinet van de koning bevestigde dat de titel aan Racing verbonden blijft, en dus moest de Voetbalbond volgen. Ik ben in het verleden al wel meer in de clinch gegaan met mensen van de Bond. Die durven weleens uit de hoogte te doen, maar op mij maakt dat echt geen indruk. Ze zijn verdorie schatplichtig aan Racing. De club behoorde tot het handvol stichtende leden die in 1895 de Voetbalbond oprichtten."
Vandenschrik sleept ons mee naar de historische Racing-site aan de Eikenlaan. De tribune en de overwoekerde staanplaatsen kunnen een grondige renovatie gebruiken. Als historisch erfgoed zijn ze beschermd. "Niet alleen de Belgische bond is aan Racing schatplichtig, ook de Fifa, de Wereldvoetbalbond. Die is hier geboren. Hier, op de Racing-tribune, op 1 mei 1904, na de eerste interland van de Rode Duivels tegen Frankrijk. De kopstukken staken de hoofden bij elkaar en vonden dat de tijd rijp was voor een internationaal orgaan. Officieel is de Fifa in Parijs gesticht. Maar de voetbalbaby is hier in Ukkel geboren en werd pas twee weken later op de burgerlijke stand in Parijs aangegeven: een formaliteit."
Volkssport
Aan het Ukkelse sportcomplex Vivier d'Oie (Ganzenvijver) ligt behalve een handvol tennisvelden en twee synthetische hockeyterreinen ook een aftandse tribune. Die werd in 1902 gebouwd en was de allereerste voetbaltribune van het land. Ze had een groteske balustrade met betonnen takken, die nu helemaal afbrokkelen.
Vandenschrik monstert wat verderop met nostalgie de met gras overwoekerde staanplaatsen. Intussen bestaat zijn voetbalclub alleen nog op papier. "Hockey en tennis, allemaal goed en wel. Maar voetbal is de sport van het volk. Het enige wat ik wil, is de plaatselijke kinderen weer laten sjotten. Zoals ik ook zelf heb gedaan, in het zwart-wit. Geef Racing alsjeblieft weer een voetbalterrein. Burgemeester Armand De Decker springt mogelijk in de bres. Politiek interesseert me niet, behalve dan de politiek die kinderen laat sporten. Ook minister-president Charles Picqué kreeg al een dossier in de bus: een Klavertje Vierstadion op de plek van de renbaan van Bosvoorde zou een grote uitdaging zijn. Die renbaan ligt in feite op Ukkelse grond, hé! Komaan zeg, doe dan toch eens iets."
Vandenschrik blijft er bescheiden onder. "Ik heb geen standbeeld nodig. Maar mijn oud-trainer, die zou er een moeten krijgen: Torreke Van Campenhout. Een man zonder armen, die ons leerde bewegen met heel ons lichaam onder het motto: 'Gebruik wat ik niet heb.' Een Racing-man om nooit te vergeten."
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.