Sportcolumn David Steegen: De antiheld
Lees ook: Sportcolumn David Steegen: Lilicup
We keuvelen naast het oefenveld. De laatste 'open' training. Een gezellig winterzonnetje bemoeilijkt het werk van de talrijke fotografen en cameramensen. Tegenlicht. "Net goed," zegt de Hollandse teammanager, "de media zijn alleen maar uit op sensatie." Ze worden op hun wenken bediend. Tientallen supporters van paars-wit zingen uit volle borst en hebben spandoeken opgehangen: 'Winnen is niet genoeg, wij willen een vernedering'. Ongezien. Napels is plots niet ver weg meer. Er zijn ook een twintigtal Poolse supporters: RSCA heeft een supportersclub in Polen.
De man van Ajax kijkt met bewondering naar de training en snuift de warme sfeer op. "Heerlijk toch, zo'n ambiance. Bij ons maken ze sneller amok, zelfs op wedstrijden van het tweede tegen Feyenoord, de aartsrivaal. Hier is het duidelijk allemaal wat beschaafder." Ik herinner hem aan de woeste reacties van enkelingen na de verloren wedstrijd in Luik. Maar hij heeft een punt, het is allemaal wat ruwer en directer in Nederland.
Zondag. We houden onze adem in. De Théo Verbeecklaan straalt een ongeziene rust uit. Stilte voor de storm. Anderhalf uur voor de wedstrijd komen de spelers van Standard aan. Zij worden, naar gewoonte, opgewacht en begroet door algemeen directeur Herman Van Holsbeeck. Beleefdheid heerst.
De media kijken toe. Hopend op een ontsporing? Niets daarvan. Jelle Van Damme, ooit boegbeeld van paars-wit en onderwerp van de hoogspanning, loopt breed glimlachend op zijn voormalige baas af. Ze schudden elkaar enthousiast de hand. Drie kwartier voor aanvang betreden de Standard-spelers het veld voor de collectieve opwarming. Enkele honderden supporters hebben hun plaatsen al ingenomen en nemen Van Damme zwaar op de korrel. In de catacomben begroet hij ons allemaal. Even voordien heeft hij op kantoor alle medewerkers begroet.
Net voor de wedstrijd, als het stadion helemaal volgelopen is, heeft de spanning zich meester gemaakt van iedereen. Vanden Stock en Van Damme ontmoeten elkaar kort in de spelerstunnel. De voorzitter is zijn sympathieke zelve en wenst de voormalige Anderlecht-speler succes. Jelle glimlacht opgelucht.
De wedstrijd wordt op gang gefloten. Het publiek laat zich niet onbetuigd. Jelle is de kop van Jut. Je gaat niet ongestraft van Anderlecht, via een ommetje bij Wolverhampton, naar aartsvijand Standard Luik. Maar het blijft binnen de perken. 'Elke is de baas, olé olé' - doelend op Van Dammes vrouw Elke Clijsters, met wie hij in Hasselt, op een boogscheut van Luik, aan het bouwen is - is het grappigste lied. 'Te zwak voor Engeland', het korte verblijf in Wolverhampton indachtig, is al wat bitser. Na de twee-nul wordt dat: 'Te zwak voor Anderlecht'.
Na de wedstrijd praat Jelle in de spelerstunnel nog even na met zijn vroegere ploegmaats. De voorzitter begroet hem een laatste keer. "Proficiat joeng, mo g'het nog vuil werk." Brusselse humor.
David Steegen
Lees meer over: Sport , David Steegen
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.