Wilskracht, dat is een van de belangrijkste eigenschappen die Claire Michel (26) als topsporter heeft. De wil om zich te overtreffen en goede resultaten te halen. Maar ook het vermogen om door te zetten na alweer een blessure die haar plannen in de war gooien. Al die energie steekt ze momenteel in haar grote droom: de Olympische Spelen.
Triatlete Claire Michel: ‘Dat vallen moet stoppen’
“We waren de garage aan het opruimen toen ik een krantenartikel over mijn moeder vond,” vertelt Michel. “Ik was twaalf jaar oud en wist tot dan toe niet dat zij in 1976 als zwemster aan de Olympische Spelen had deelgenomen. De droom om in haar voetstappen te treden was geboren.”
De in Brussel geboren Michel zat daarvoor in het ideale land. Toen ze drie maanden oud was, is haar gezin namelijk naar Portland (Oregon) verhuisd voor het werk van haar vader. In de Verenigde Staten ontdekte ze dat ze coördinatie miste om een goede basketbalspeelster te worden, niet gracieus genoeg was om te dansen, maar wel veel uithoudingsvermogen had. Een talent dat goede zwemsters gemeen hebben.
“Ondanks de mooie carrière die mijn moeder heeft gehad, heeft ze me nooit gepusht. Wel gesteund, uiteraard. Ik heb veel wilskracht en dat zie ik als een grote troef.”
“Ik zwom zeer graag, maar probeerde rond mijn veertiende ook cross country uit. Na één training vroeg de coach me of ik twee dagen later wou deelnemen aan een scholenwedstrijd. Zonder druk. Hij zette mij in de groep met de betere lopers en zei dat ik gewoon moest volgen, maar voor ik het wist liep ik alleen voorop. Aangezien het een moeilijk parcours was dat niet goed was afgebakend, heeft de coach zowat heel de tijd met mij moeten lopen om me de weg te tonen (lacht).”
En zo begon Michel naast het zwemmen ook met cross country. Kiezen wou ze aanvankelijk niet, maar toen ze een beurs aan de universiteit kreeg, moest ze wel. Het werd atletiek aan de universiteit van Oregon.
Strenge Belgen
“Ik kwam er terecht in een team dat zeer hecht was. Alles was op de campus aanwezig, tot dokters en kinesitherapeuten. Sommige leraars vergezelden ons zelfs tijdens competities om bijles te geven.”
“In Brussel heb ik later een master-na-master gedaan aan Solvay. Als topsporter kreeg ik er ook wel hulp, maar kleine zaken die in de Verenigde Staten logisch leken moest ik zelf vragen. Het beeld heerst hier soms nog te veel dat topsportatleten zich sterren wanen en alles in de schoot krijgen geworpen. En laat het duidelijk zijn: ik word hier echt niet rijk van.”
In december 2011 besloot Michel terug te keren naar haar geboortestad omdat ze aan een nieuwe uitdaging toe was. Ze wilde Brussel en België beter leren kennen en hoopte ook nuttig gebruik te maken van haar diploma’s Internationale Handel en Romaanse Talen. Uiteraard was er ook een sportieve reden. “Ik hoopte mijn ticket voor de Olympische Spelen van Londen te behalen, voor de 3.000 meter steeple. En aangezien ik op dat moment alleen de Belgische nationaliteit had, moest ik het wel voor België doen.”
“Ik woonde in Brussel, maar trok twee à drie keer per week naar Luik om daar te trainen. De jaren voordien waren mijn besttijden steeds met 10 à 15 seconden verbeterd en ik stond niet zo ver van de internationale minima. Het is pas hier dat ik vernam dat de Belgische minima om naar de Olympische Spelen te gaan nog een pak strenger waren. Toch wou ik het proberen, maar ik heb de kans nooit gekregen. Op stage heb ik een blessure opgelopen aan mijn scheenbenen waardoor mijn droom meteen vervlogen was. Blessures maken nu eenmaal deel uit van het spel.”
Michel laste na deze opdoffer een pauze in. Ze had er even genoeg van en ging in Brussel aan de slag bij de Kamer van Koophandel van de Verenigde Staten. Eind 2012 sloot ze zich aan bij de Brussels Triathlon Club (BTC) om terug wat te sporten en nieuwe vrienden te maken. “Ik ontdekte een sympathieke club. Van mijn zwem- en loopcapaciteiten waren ze onder de indruk, maar in het fietsen had ik een grote achterstand. Ik had het tot dan toe nooit echt serieus gedaan.”
“Bij BTC vond ik wat ik zocht: plezier en vrienden. Ik herinner me hoe leuk ik mijn eerste wedstrijd vond. Ik nam mijn tijd tussen de disciplines, maar eindigde wel bij de betere dames. Toen ik tijdens mijn tweede wedstrijd, een sprinttriatlon, de beste tijd neerzette, ben ik aangesproken door iemand van de Franstalige federatie. Ze vroeg me of ik interesse had in het hoge niveau. Ik twijfelde, maar heb toegehapt omdat ik nog steeds die Olympische droom heb.”
De Brusselse draaide de knop om en had het geluk dat haar trainers in haar geloofden.
“Aanvankelijk combineerde ik triatlon met werk en later een schooljaar lang met mijn studies. Dat was niet evident, want ik kon nooit genoeg rusten en ervoer wat stress. Daarom heb ik vorig jaar in juli besloten om alles op triatlon te zetten, tot de Olympische Spelen. Dat is ook nodig om rond te reizen en de nodige punten te verzamelen om mijn kwalificatie te behalen. Gelukkig krijg ik steun van de federatie, want een jaarlijks budget van 50.000 euro kan ik niet neertellen.”
“De periode tussen mei 2014 en mei 2016 is ingedeeld in twee delen, waarin je veertien beste tijden punten opleveren. Op het einde van die periode moet je tot de mondiale top 55 behoren om kans te maken op een selectie van je land. Eind vorig seizoen stond ik 33ste. Voor België mogen er twee mannen en twee vrouwen naar de Spelen.”
Stuurmanskunsten
Michel reist vandaag de wereld rond om aan de World Triathlon Series deel te nemen. Een internationale ranking bepaalt of je deel mag nemen aan het vermaarde circuit, waarin de olympische afstand van triatlon wordt afgewerkt (zie kaderstuk). De Brusselse doet het goed, maar heeft dit jaar al ongeluk gekend.
“Ik ben een paar keer gevallen, ook door mijn eigen fout. Daarom heb ik wat achterstand opgelopen en ben ik op zoek naar punten. Maar ik heb er wel vertrouwen in. Er staan nog heel wat belangrijke afspraken op de agenda. Zoals de Europese Spelen in Baku en het Europees kampioenschap. Wie daar wint, krijgt een rechtstreeks ticket voor de Olympische Spelen.”
“Men zegt dat het vijf jaar duurt eer je als triatleet naar je beste vorm groeit. Het potentieel is er. Ik moet zeker nog werken aan mijn stuurmanskusten, zorgen dat ik op sleutelmomenten fris genoeg ben en hopen op wat geluk. Want dat vallen moet stoppen.”
Lees meer over: Sport
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.